Amos Oz Fanatisme is onze grootste vijand

De Israëlische auteur Amos Oz (Jeruzalem, 1939) schrijft in zijn nieuwe verhalenbundel 'Onder vrienden' over het kibboetsleven in de jaren vijftig. Hij gelooft nog steeds in de kibboets, maar dan in een mildere variant.

ELMA DRAYER

Hij wist, zegt hij, 'al heel lang' dat dit boek er ooit zou komen. "Maar ik had tijd nodig om over de karakters te schrijven zoals ik dat wilde: met afstand, empathie en humor. Zonder boosheid. In de jaren zeventig had ik dat nog niet gekund. Toen stond ik er nog te dichtbij. Ach, laat ik er niet omheen draaien: ik had er de wijsheid van de ouderdom voor nodig."

Onlangs verscheen van Amos Oz (Jeruzalem, 1939) de nieuwe verhalenbundel 'Onder vrienden'. In het boek schetst hij in acht, onderling samenhangende verhalen een scherp, maar liefdevol beeld van het kibboetsleven in de jaren vijftig. We spreken elkaar in Den Haag, waar de wereldberoemde schrijver - klein van postuur, ironische blik, geroutineerde zinnen - dezer dagen verblijft vanwege het internationale literatuurfestival Winternachten.

Ooit vertrok Amos Oz, geboren als Amos Klausner, als vijftienjarige puber naar Hulda, een van de alleroudste kibboetsen van Israël. In zijn meesterlijke, autobiografische roman 'Een verhaal van liefde en duisternis' (2005) beschrijft hij het drama dat tot deze stap leidde: zijn moeder had enkele jaren ervoor zelfmoord gepleegd, met zijn vader was de verstandhouding slecht. Hun enige zoon zocht zijn heil op het platteland. En als om de breuk te bezegelen, veranderde hij zelfs zijn achternaam. Oz zou ruim dertig jaar in Hulda blijven wonen.

Is 'Onder vrienden' uw afscheid van het kibboetsleven?
"Nee, ik noem het geen afscheidsboek. Ik heb dit niet geschreven uit nostalgie. Een kibboets is geen paradijs, zo heb ik het ook niet neergezet. Maar het is ook geen afrekening. Ik geef een kalm perspectief op het leven in zo'n gemeenschap."

In essentie, zegt Oz, gaat zijn boek niet over de kibboets. "Je hoeft niet te weten wat een kibboets is om het te kunnen begrijpen. De kibboets is alleen de achtergrond, het decor. In essentie gaat 'Onder vrienden' over de grote, simpele dingen in het leven: eenzaamheid, liefde, verlangen, begeerte, dood. De personages proberen elkaar aan te raken, net als de vingers op de schildering van Da Vinci in de Sixtijnse kapel. Ze komen dicht bij elkaar, maar nooit helemaal. Dat is universeel, niet speciaal voor de kibboets."

Literatuur, zegt Oz, heeft iets magisch. "Hoe provincialer een roman, des te universeler. Niet elke streekroman is literatuur, dat zeg ik niet. Maar elke goede roman is een streekroman, zelfs als het verhaal zich afspeelt in Amsterdam of New York. Want de schrijver beperkt zich altijd tot een bepaalde periode, tot een bepaalde locatie, een straat, een buurt."

Wat trok u op uw vijftiende aan in het kibboetsleven?
"Kijk, ik rebelleerde tegen mijn vaders wereld. Ik wilde in alles zijn tegenvoeter zijn. Hij was een stadsmens, ik besloot een kibboetsnik te worden. Hij was een intellectueel, ik werd tractorrijder. Hij was rechts, ik werd socialist. Hij was klein van stuk, ik wilde lang worden." Lachje: "Dat laatste is helaas niet gelukt, maar ik heb het geprobeerd."

Zijn kennismaking met de kibboets was een 'formatieve ervaring', zegt Oz. "Ambivalent. Er waren dingen die ik heel fijn vond, en dingen die ik niet fijn vond." Hem bekoorde bovenal het idee van samenwerken en alles delen. Langzaam ontdekte hij dat de kibboetsgedachte ook zo haar 'zwarte kanten' heeft. "De stichters van de kibboets geloofden oprecht dat het mogelijk was om de menselijke natuur in één klap te veranderen. Als iedereen dezelfde kleren droeg, hetzelfde eten at, hetzelfde werk deed, dezelfde levensstandaard genoot, dan zouden alle slechte menselijke kwaliteiten van de aardbodem verdwijnen: jaloezie, roddel, eigenbelang, egoïsme. Dat was naïef en in zekere zin ook wreed. Want als een kibboetslid weigerde te veranderen, dan oefenden zij zware druk uit. Ik heb in de kibboets bovenal geleerd dat een ideologie de menselijke natuur niet kan veranderen."

Zeg nou zelf, zegt Oz, wat is er in het liefdesspel veranderd sinds de dagen van koning Salomo en het Hooglied? "Ik zie geen verschil. Nu ja, de sigaret na afloop wellicht. In die zin hadden de stichters het aan het verkeerde eind. De kibboets van de jaren vijftig was te streng, te veeleisend en te doctrinair."

Hoe reageerde uw vader toen u vertrok naar de kibboets?
"Hij was daar heel ongelukkig over. Heel erg ongelukkig. Hij zei dat ik mijn leven verwoestte."

Vindt u achteraf dat uw vader gelijk had?
"Nee, nee! Ik heb mijn leven niet geruïneerd. Hulda was klein, honderd gezinnen, zo'n vijfhonderd mensen. Iedereen wist alles over iedereen. Wie wat deed met wie. Wie wat deed achter wiens rug. Ik kende al die roddels en al die geheimen. De prijs was dat iedereen ook al mijn geheimen kende, maar voor een schrijver was het een goudmijn. Ik zag de genen van de eerste generatie terugkomen in de tweede, weer opduiken in de derde. Als ik in dezelfde tijd tien keer rond de wereld had gereisd had ik niet zoveel geleerd als daar, in de microkosmos van de kibboets. Dus mijn vader kreeg geen gelijk."

De ironie is natuurlijk wel, zegt Oz, dat zijn rebellie niet heeft geholpen. "Zo gaat dat altijd met rebellen. Kijk naar me, ik woon in een huis vol boeken, ik schrijf, ik ben een intellectueel. Precies wat mijn vader voor me wilde. Maar politiek ben ik het nog steeds met hem oneens, hoor. Hij is nu veertig jaar dood, we maken nog elke dag ruzie over politiek."

Mist u het kibboetsleven?
"Ik mis niet de ideologie, wel misschien sommige momenten. Bijvoorbeeld als het winter was, zes uur 's ochtends. De werkers kropen in de gemeenschappelijke eetzaal bij elkaar, hun handen warmend aan hun koffiebekers, pakten de krant en begonnen luidkeels te debatteren over politiek. En ik hield van de koele zomeravonden als de volwassenen in de tuin zaten voor de gemeenschappelijke eetzaal en de kinderen om ons heen speelden. Ik mis het werken in de boomgaard, waar je de hele tijd met elkaar praatte en debatteerde. Dus ik mis het gevoel van gemeenschap."

Kun je dat ook in een gewoon dorp aantreffen?
"Dat is anders, denk ik. Want op een of andere manier waren alle relaties in een kibboets heel intens. Je leeft zo dicht bij elkaar als in een extended family."

Maar het kibboetsleven druiste in tegen de menselijke natuur, zegt u.
"Nee, de kibboets was een heroïsche poging om de menselijke natuur radicaal te veranderen. Die revolutie is mislukt. Maar als je kijkt naar de grote revoluties van de twintigste eeuw, dan was dit de enige die geen bloed heeft vergoten. Kibboetsen kenden geen concentratiekampen, geen goelags, je had er niet eens politieposten of rechtbanken. Alle conflicten en meningsverschillen werden opgelost door commissies. Elke zaterdagavond had je een algemene vergadering waarin iedereen een stem had. Het was een perfecte democratie."

Ik zag een documentaire over nu volwassen kibboetskinderen die behoorlijk getraumatiseerd waren. Zijn dat uitzonderingen?
"Dat weet ik niet. Sommigen zijn natuurlijk getraumatiseerd door het feit dat ze niet bij hun ouders mochten wonen. Sommigen helemaal niet."

Ook Oz' oudste twee kinderen sliepen hun hele jeugd nog in het kinderhuis. "Nee, dat vonden mijn vrouw en ik niet prettig. Het gaat in tegen alles wat je voelt als ouders. Maar het was nu eenmaal het systeem." Toen zijn jongste zoon vijf was, werd het afgeschaft. "Wij waren ongelooflijk blij dat hij voortaan bij ons in het kleine appartement mocht slapen. Maar ik herinner me nog, die eerste nacht onweerde het verschrikkelijk. Mijn zoontje was zo bang dat hij huilde: ik wil terug naar het kinderhuis!"

In Israël, vertelt Oz, functioneren nog altijd zo'n 250 kibboetsen. Ze zijn deels geprivatiseerd: de leden mogen nu eigendom bezitten, en desgewenst een baan hebben buiten de kibboets. "Maar ze delen nog steeds de verantwoordelijkheid voor de gehandicapten, de ouderen, de kinderen. En ze delen de inkomsten uit de landbouw. Die kibboetsen doen het heel goed. Er komen jongeren op af die doodziek zijn van de materialistische ratrace. Zij zien in de grote steden mensen die harder werken dan ze eigenlijk zouden moeten doen, om meer geld te verdienen dan ze eigenlijk nodig hebben, om spullen te kopen die ze eigenlijk niet willen, om anderen te imponeren die ze eigenlijk niet mogen. Geen wonder dat sommige jongeren daar genoeg van hebben en op zoek gaan naar een alternatief."

Waarom is het concept eigenlijk nooit aangeslagen in het buitenland?
"Het zou best kunnen dat het op een dag ergens anders opduikt. Misschien onder een andere naam. Ik denk dat er overal ter wereld enclaves zullen komen van experimenteel gemeenschapsleven. Daar ben ik zelfs van overtuigd."

Ondanks alle nadelen?
"Ik geloof in een milde versie van de kibboets. Niet de hardvochtige versie van de jaren vijftig, maar toleranter en vergevingsgezinder. En zonder de ambitie om de menselijke natuur te veranderen. Er is een prachtige uitspraak van Immanuel Kant: 'Uit het kromme hout waaruit de mens gemaakt is, is nog nooit iets rechts getimmerd'. De kibboets van de jaren vijftig probeerde iets rechts te snijden uit het kromme hout waaruit de mens is gemaakt. Dat kon niet werken. Nu is het anders."

Welke manier van samenleven past volgens u het beste bij de menselijke natuur?
Oz antwoordt aanvankelijk met de fraaie metafoor die de filosoof Arthur Schopenhauer ooit bedacht en die Sigmund Freud later dankbaar gebruikte. "Als egels het in de winter heel koud hebben, kruipen ze dicht tegen elkaar aan om warm te worden. Maar als ze dat doen, verwonden ze elkaar met hun stekels. Dus schuiven ze bij elkaar vandaan, om vervolgens weer naar elkaar toe te kruipen, en elkaar wéér te verwonden. Dat is het basisritme van de menselijke natuur. Als wij te dicht bij elkaar komen doen we elkaar pijn, als we te ver weg van elkaar gaan, krijgen we het koud. Inderdaad, we kunnen niet met en niet zonder elkaar."

Dus wat is de beste manier?
"Dat kan ik u niet vertellen, die vraag is te groot voor mij. Ik weet wel dat gevoel voor humor in elke vorm van samenleven een zegen is. En verdraagzaamheid ook. En ik kan u vertellen dat fanatisme onze grootste vijand is. Dat is alles wat ik weet."

Als vanzelf komt het gesprek op de actuele situatie in Israël. Net als veel van zijn schrijvende landgenoten is ook Oz politiek zeer geëngageerd. Komende dinsdag zijn er parlementsverkiezingen. Oz voerde, vertelt hij, tot de dag dat hij naar Nederland vloog, campagne voor Meretz, een kleine, linkse partij. "Ik heb stukken geschreven, redevoeringen gehouden, debatten gevoerd. Meer kan ik niet doen. Ik hoop dat mijn partij vijf, zes zetels haalt. Dan kan ze, wat voor regering er ook komt, tenminste stevig oppositie voeren."

Wat verwacht u van de uitslag?
"Het is heel moeilijk om een voorspelling te doen. Toen ik uit Israël vertrok was nog een kwart van de kiezers zwevend. Het rechtse blok leidt in de polls. Maar wat er zal gebeuren, ik heb geen idee. Het is moeilijk om een profeet te zijn, zelfs als je komt uit het land van de profeten."

U verdedigde veertig jaar geleden al de tweestatenoplossing voor het Israëlisch-Palestijnse conflict - een concept dat destijds nog bijna niemand omarmde.
"Toen stond ik vrijwel alleen, ja. Nu beseft de meerderheid van de Israëliërs dat het niet anders kan. Met tegenzin, maar toch. De meerderheid van de Palestijnen beseft dat ook, met evenveel tegenzin. De tweestatenoplossing is onvermijdelijk. De Palestijnen hebben geen andere plaats om heen te gaan, dus moeten ze blijven. De Israëliërs hebben geen andere plaats om heen te gaan, dus moeten ze blijven. Het land zal verdeeld moeten worden. Wanneer? Ik weet het niet. Wie de leiders zullen zijn die deze chirurgische ingreep zullen uitvoeren? Weet ik ook niet. Maar het zal op een dag gebeuren. Er is simpelweg geen alternatief."

Amos Oz, Onder vrienden. Vertaald door Hilde Pach. De Bezige Bij, Amsterdam. 205 blz. € 19,90

Vanmiddag om 12 uur treedt Amos Oz op tijdens het internationale literatuurfestival Winternachten in het Theater aan het Spui, Den Haag (www.writersunlimited.nl).

undefined

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden