Alles zakt in prijs, maar de huren blijven stijgen
Directeur Ronald Paping van de Woonbond, de belangenorganisatie van huurders, bestudeert tegenwoordig ook de inflatiecijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Dan wordt het hem droef te moede: "Een schril contrast, bijna alle prijzen dalen, maar het huren van een huis is veel duurder geworden."
Met lokale huurdersorganisaties is de Woonbond een campagne begonnen om die stijging in te dammen, want op 1 juli staat een nieuwe huurverhogingsronde voor de deur. Dat zou het derde jaar op een rij zijn, waarmee de forse verhogingen zich stapelen tot een prijsstijging van boven de 10 procent. Daarin telt mee dat de huren van woningen die vrijkomen voor nieuwe bewoners worden opgetrokken met gemiddeld 22 procent.
Bij de campagne hebben zich onder meer vakbond FNV, seniorenorganisatie KBO de Unie, cliëntenorganisaties Ieder(in) en de corporaties Beter Wonen en Wooncompagnie aangesloten.
In de knel
Gisteren overhandigde de Woonbond de Tweede Kamer een petitie met 43.679 handtekeningen om de huurstijging te stoppen. Want, constateert ze, steeds meer huurders komen financieel in de knel. Onder hen is een groeiend aantal bewoners van eengezinswoningen die meestal in de duurdere categorie vallen.
Ook van andere kanten komen waarschuwingen, zoals recent van het Nibud, de organisatie voor budgetvoorlichting. Behalve huishoudens op bijstandsniveau, kunnen ook traditionele gezinnen met één kostwinner, twee of meer kinderen en een modaal inkomen (35.000 euro), moeilijker rondkomen, constateert ze. Al snel komen die maandelijks honderden euro's tekort. Als een van de belangrijkste oorzaken wijst het Nibud naar de alsmaar stijgende huren.
Meer vermogen corporaties
Volgens de huurdersorganisaties moet het roer om, zodat de huren betaalbaar blijven. Paping verwijt politiek Den Haag dat die niet ingrijpt. Die zou de extra huurverhoging - sinds 2013 boven de inflatie - uit de wet moeten schrappen, "het liefst nog dit jaar". Hij heeft er moeite mee dat juist mensen met lage inkomens, de huurders van de 2,4 miljoen sociale woningen, "de rekening krijgen", terwijl het vermogen van corporaties stijgt: in 2013 van 12,8 miljard euro naar 45,3 miljard euro.
Uit een enquête van Aedes, de koepel van woningcorporaties, blijkt dat de huurverhoging dit jaar lager uitkomt: gemiddeld 2,2 procent. Dat komt deels door een lagere inflatie, en deels doordat corporaties minder vragen dan wettelijk toegestaan. Een kwart verhoogt de huren met niet meer dan het inflatiepercentage. Paping ziet echter grote verschillen. Waar volkshuisvesters in de kop van Noord-Holland, de drie noordelijke provincies en Zeeland kiezen voor matiging, gaan collega's in de Randstad voor het volle pond. Paping: "Daar wonen huurders met dezelfde bescheiden inkomens."
Woonbedrijf: We kunnen de huren eenmalig bevriezen
'Ja', zei Woonbedrijf (bijna 32.000 woningen in en rond Eindhoven) tegen zijn huurdersvertegenwoordiging. Die had een oproep gedaan om dit jaar geen huurverhoging door te voeren en wonen betaalbaar te houden. Die betaalbaarheid is ook de wens van de corporatie, zegt Paul Tholenaars, adjunct-directeur en manager wonen.
Huurders van woningen in verschillende prijsklassen hadden Woonbedrijf ook individueel benaderd over het probleem dat de huren alsmaar stegen, terwijl hun inkomens achterbleven. Tholenaars: "Dan moet je maatregelen durven nemen."
Het gaat vooralsnog om een eenmalige nullijn. Om deze nullijn te bekostigen heeft de corporatie, die er financieel gezond voorstaat, zijn vermogen aangesproken. Tholenaars: "Met het vermogen kun je ook andere dingen doen, zoals woningen bouwen en renoveren. Maar we hebben berekend dat we de huurverhoging achterwege konden laten zonder gevolgen voor onze andere plannen." Hij benadrukt dat het een kwestie is van goede afweging tussen betaalbaarheid (minder geld vragen), beschikbaarheid (meer bouwen) en kwaliteit (renoveren).
Woonbedrijf voerde vorig jaar ook al een terughoudend huurbeleid. Terwijl de corporaties in 2014 de huren met gemiddeld 3,9 procent verhoogden, kregen zijn huurders te maken met een verhoging van gemiddeld 2,7 procent, ofwel 14 euro per maand.
Havensteder: We moeten de huren wel verhogen
Havensteder (45.000 woningen in Rotterdam en Capelle aan den IJssel) verhoogt de huren zoveel mogelijk, naar bijna het maximum dat wettelijk is toegestaan. "We kunnen ons geen andere keuze permitteren", zegt bestuurder Hedy van den Berk. "We zijn geen rijke corporatie en hebben de inkomsten hard nodig om aan onze verplichtingen te voldoen." Die verplichtingen bestaan uit het betalen van de verhuurdersheffing (waarmee corporaties geld afdragen aan de staatskas), saneringssteun voor Vestia die voorkwam dat de corporatiereus omviel, en het aflossen van leningen voor opknapbeurten van oude stadswijken.
Om financieel sterker te worden is een reorganisatie doorgevoerd, waarbij 110 banen zijn verdwenen, zijn renovaties en nieuwbouwprojecten geschrapt en worden woningen verkocht. "In dat spanningsveld is open gesproken met de huurdersvereniging", vertelt Van den Berk. Daar kwam een pakket maatregelen uit ter ondersteuning van huurders die echt in de knel komen: budgetcoaches, helpen verhuizen naar een goedkopere woning, tot een woonlastenvergoeding voor de armste gezinnen. Door dat laatste heeft de Inspectie net een streep gezet, want een corporatie mag geen inkomenspolitiek bedrijven. "Heel jammer", zegt Van den Berk. Maar ze geeft niet op: "Als corporaties moeten we meer dan ooit kijken naar de betaalbaarheid en oplossingen verzinnen om woonlasten laag te houden."