Alle pijlen op de president
Op de Democratische conventie, die morgen begint, zal Obama de Amerikanen uitleggen dat ze met hem beter af zijn. Maar velen twijfelen: heeft hij het wel goed voor met hun land? Nee, zeggen de makers van de film '2016: Obama's America'.
Een bioscoopbon haalde Zach en Kristine Simone over de streep. Voor het eerst in vier jaar gunden ze zichzelf weer eens die kleine luxe: een middag naar de film.
Ze reden naar het 10 Regal complex in Concord waar ze, de naam zegt het al, keus hadden uit tien films. Daaronder de kaskrakers van deze zomer: 'The Expendables 2', 'The Bourne Legacy', 'ParaNorman'. Niets stond een paar uur afleiding in de weg van zijn werkloosheid, haar te lage salaris, hun in waarde gehalveerde huis.
Om half zes stonden ze weer in de gang, de megagrote bekers coke en popcorn leeg en het hoofd vol nieuwe informatie over hun president. Want de keus was gevallen op '2016: Obama's America', een gefilmde speurtocht naar de werkelijke politieke inborst van de man die zich deze week weer als kandidaat zal presenteren.
Zach Simone, 52, jongensachtig hoofd boven enorme buik: "We willen ons informeren." Kristine, 51, even dik als haar man: "We hadden de vorige keer al gehoopt en gebeden dat hij niet gekozen zou worden. Dat gaan we nu helemáál doen."
En zoveel Simones zijn er in de VS, dat een film zonder seks en zonder geweld, waarin herhaaldelijk de term 'verklarend kader' valt, vorige week op zes na de meest bezochte was.
Barack Obama is een raadsel. Voor vriend en vijand.
Geluk
Wie in november 2008 dolblij was dat de VS een zwarte man als staatshoofd kregen, kneep zich weken daarna nog in de arm. Woonden ze nu al in dat land, die Verenigde Staten, uit zijn inspirerende toespraak: niet blank of zwart, maar verenigd, niet Democratisch of Republikeins maar verenigd? Of was het toch een kwestie van 'geluk' geweest, die verpletterende economische crisis die George W. Bush verraste op het eind van zijn presidentschap en waar beoogd opvolger John McCain geen raad mee wist?
Die gelukkige aanhangers stelden een jaar later heel andere vragen. Waarom was het gevangenenkamp in Guantánamo Bay op Cuba nog niet dicht? Waarom moesten homo's in het leger zich nog steeds verstoppen? Dacht hun president nog wel eens aan klimaatverandering?
De eenvoudigste verklaring voor die gevoelens is een deprimerende: Obama is een gewone politicus, die na de hoogtepunten die hij en zijn aanhangers tijdens de campagne bereikten nu elke dag in het Witte Huis aan de politieke afwas staat en daarbij niet elk kopje heel houdt.
Desillusie
Mitt Romney en zijn Republikeinen hebben, zo bleek op de Republikeinse conventie vorige week, hun hoop op die desillusie gevestigd. "Het hoort niet dat iemand na zijn afstuderen tot zijn dertigste nog in zijn oude kinderkamer moet wonen, starend naar een vergeelde Obama- poster", zei kandidaat-vicepresident Paul Ryan woensdag vilein.
En Romney masseerde de zwevende kiezers donderdag met: "Amerikanen hebben deze president te goeder trouw gesteund, maar nu is de tijd voor ons gekomen om de teleurstellingen van de afgelopen vier jaar achter ons te laten, de verdeeldheid en de wederzijdse verwijten opzij te zetten, te vergeten wat had kunnen zijn en vooruit te kijken naar wat kan komen."
Het zou kunnen werken. Vaststaat in ieder geval dat de vorige aanpak, de door Romney in zijn rede glashard ontkende, maar in werkelijkheid nietsontziende demonisering van de president, niet heeft gewerkt.
Meerderheid verloren
Vanaf het begin van zijn termijn vormden de Republikeinen zowel in het Huis van Afgevaardigden als in de Senaat een hecht blok dat bijna al zijn voorstellen afwees als ideologisch on-Amerikaans en economisch suïcidaal. En halverwege Obama's termijn begon dat uit te maken. In het Huis hadden de Democraten tot januari 2011 de meerderheid, daarna verloren ze die. In de Senaat kwamen de Republikeinen aanvankelijk met hun 40 zetels net een stem te kort om wetsvoorstellen te blokkeren, maar in februari 2010 kregen ze hun 41ste.
Vanaf dat moment was de president grotendeels vleugellam en leden veel van zijn initiatieven, waaronder maatregelen om de economie aan te jagen, schipbreuk. Met één belangrijke uitzondering: zijn historische hervorming van het zorgstelsel kwam door de Senaat, dankzij een obscure regel die zegt dat voor begrotingswetten een gewone meerderheid genoeg is. De Republikeinen restte niets anders dan te beloven 'Obamacare' weer af te breken, 'vanaf dag 1' van het aantreden van hun president.
AAA-status
Dat de scheiding der geesten in Washington historische vormen had aangenomen, werd het scherpst duidelijk in juli vorig jaar, toen de Republikeinen het verhogen van het schuldenplafond van de VS blokkeerden. Door die routinemaatregel in gijzeling te nemen, met als eis een aantal grote bezuinigingen, riskeerden ze dat de VS bij buitenlandse crediteuren in gebreke zouden blijven. Kredietbeoordelaar Standard & Poor's ontnam het land daarop zijn AAA-status, een blamage waarvan de Republikeinen sindsdien Obama de schuld proberen te geven.
Het kan bijna niet anders of Obama moet van die manoeuvres regelmatig een rood waas voor de ogen hebben gekregen. Maar daar hebben de Amerikanen bijna nooit iets van gezien. En hoewel de Congresverkiezingen van 2010 dus niet best verliepen voor de Democraten, en de bevolking ontevreden is over het herstel van de economie, blijft de president persoonlijk populair.
Daaruit trekt de Britse, in de VS wonende commentator Andrew Sullivan de conclusie dat Obama zichzelf helemaal niet in zo'n benarde positie ziet. In januari schreef hij dat op, in een omslagartikel in Newsweek dat bij menige Obama-stemmer de passie weer helemaal terug moet hebben gebracht.
Hand uitsteken
Neem het einde van het 'Don't ask, don't tell - niks vragen, niks vertellen'-beleid voor homoseksuele militairen. "Ik maakte me kwaad op hem omdat hij twee jaar lang niets deed voor homorechten", schreef Sullivan. "Maar intussen was hij bezig zijn Republikeinse minister van defensie en de voorzitter van de chefs van staven zover te krijgen dat zij het initiatief namen."
Als je het eenmaal door hebt, zie je het patroon volgens Sullivan telkens terugkeren, of het nu gaat om een zorgverzekering voor iedereen of het terugdringen van het begrotingstekort. "De president begint met een hand naar zijn tegenstanders uit te steken. Als ze antwoorden met een vuist, laat hij zien dat zij de oorzaak zijn van het probleem. Daarna beweegt hij zich naar zijn gematigd progressieve voorkeurspositie en vecht daarvoor, zonder dat het je lukt hem af te schilderen als een fanaticus of iemand die verdeeldheid zaait. Zo'n strategie kost tijd. En het betekent dat er lange perioden zijn waarin Obama niet in staat lijkt zich te verdedigen, toe lijkt te laten dat anderen hem definiëren, gewoon zwak lijkt. Ik kan me die perioden herinneren tijdens zijn campagne tegen Hillary Clinton. Ik herinner me ook, wiens strategie uiteindelijk de winnende was."
Obama's horizon is daarbij een lange, meent Sullivan te weten: "Niets van zijn eerste termijn kun je begrijpen als je je niet realiseert dat Obama altijd al dacht in termen van acht jaar, niet vier. En als hij herkozen is, zal hij een slag hebben gewonnen die belangrijker is dan die van 2008: want dan heeft hij het mandaat voor een acht jaar lange verschuiving van de excessen van de ongelijkheid, Amerika's overmoed in het buitenland en het roekeloze geldsmijten van de afgelopen drie decennia. Het zal hem het politieke kapitaal geven om zijn beleid onomkeerbaar te maken."
Dinesh D'Souza
Wat Obama-aanhangers als muziek in de oren klinkt, is oorlogsgeschetter voor de maker en hoofdpersoon van '2016: Obama's America': Dinesh D'Souza. Hij is even oud als Obama en net als hij van gemengde komaf. Maar terwijl D'Souza uit India kwam en Amerika omhelsde als een paradijs van vrijheid en ondernemerschap, bekeerde volgens hem de Amerikaan Obama zich juist tot een buitenlands, anti-Amerikaans politiek programma.
Aan kwaadaardige fantasieën over een eventuele geboorte van Obama buiten de landsgrenzen doet D'Souza niet. In plaats daarvan betoogt hij in zijn film, en daarvoor in zijn boek 'The roots of Obama's rage', dat de Keniaanse vader die Obama als kind moest missen hem heeft geïnspireerd tot een beleid dat landen in de Derde Wereld hun geroofde rijkdommen terug wil geven en de nieuwste koloniale macht, de VS, de macht wil ontnemen.
Dat verklaart zo veel, zegt D'Souza. De beslissing om direct na zijn aantreden een buste van Churchill uit het Oval Office te verwijderen (die bestreed in Kenia de vrijheidsstrijders van de Mau Mau). Zijn (vermeende) steun aan Argentinië in het conflict over de Falklandeilanden. Zijn weerstand tegen olieboringen in eigen land. Zijn (vermeende) opdracht aan de Nasa om de ambities terug te schroeven.
Halverwege de film is Obama's verraderlijke ideologie al geen hypothese meer, maar een feit dat alleen nog maar verklaard hoeft te worden. Een psycholoog mag vertellen hoe sterk de behoefte kan zijn je bestaan te rechtvaardigen in de ogen van een verdwenen vader.
Een stoet aan kwade mentoren komt voorbij, van een Black Power-activist, Frank Marshall Davis, tot een Palestijnse intellectueel, Edward Said, en natuurlijk de radicale zwarte dominee Jeremiah Wright. Kwistig worden teksten uit Obama's boek 'Dromen van mijn vader', uit het door de president zelf voorgelezen luisterboek, tegen hem gebruikt.
Een geit
Heel slim laat D'Souza zo nu en dan scheuren zien in zijn kaartenhuis van feiten en vermoedens, zodat je een eerlijke waarheidszoeker gaat zien. Hij maakt in Kenia zijn opwachting bij de stiefgrootmoeder van de president. Een geit kost het interview, voor de zekerheid neemt hij er drie mee. Maar na een telefoontje van Obama's halfzus Auma ziet Sara ervan af en wordt die aardige Dinesh min of meer verjaagd.
Hij spreekt nog wel met Obama's halfbroer George, die in een sloppenwijk van Nairobi woont. Waarom helpt Barack hem niet in zijn armoe? Is het omdat George goede woorden over heeft voor de Britse kolonisators, die volgens hem beter wat langer hadden kunnen blijven? George voelt zich niet misdeeld: "Hij heeft heel veel te doen. Hij zorgt voor de wereld. Ik ben in de wereld. Dus hij zorgt ook voor mij."
Maar Obama, legt D'Souza daarna uit, zorgt hoogstens voor de islamitische wereld, door wel in te grijpen in Libië, maar weer niet in Iran, zodat spoedig van Libanon tot Marokko fanatieke moslims zullen regeren. En hij zorgt niet voor de VS, die hij met gigantische uitgaven tot de bedelstaf wil brengen en eenzijdig van kernwapens ontdoen. Nog vier jaar heeft hij nodig, en dan is Obama klaar met Amerika.
Verklarend kader
De aftiteling is begonnen, de dertig mensen in de zaal klappen zachtjes - maar dat doet Amerikaans filmpubliek meestal - en ook Zach en Kristine Simone lopen naar de uitgang. "Ik heb dingen gehoord die ik nog niet van hem wist", zegt Zach. "Met welke mensen hij vroeger omging. Nu begrijp ik opeens een heleboel."
Het 'verklarend kader' van de film, dat Obama bewust bezig is Amerika arm te maken, spreekt deze twee libertariërs wel aan. "De dingen die hij doet, zijn zo verkeerd. En het ergste is het nieuwe zorgstelsel", zegt Kristine. "Dat is een aanslag op je privacy."
Zach: "We hadden het er nog over toen we hier naartoe liepen. Je hebt bij elke stap die je zet het gevoel dat de regering-Obama haar hand in je broekzak stopt om er geld uit te halen. Misschien is dat in het socialistische Nederland wel heel gewoon, maar dat is niet de manier waarop we het in Amerika moeten doen."
undefined