'Aan beveiliging deden we niet'
De wortel van de gebrekkige aanpak van terreur ligt in de jaren '60 en '70, vindt voormalig Provo en Kabouter Roel van Duijn. Pas onlangs deed hij bij de politie aangifte van zijn ontvoering. Die vond plaats in 1970, lang voordat politiebescherming 'gewoon' was. “Kabouters waren vogelvrij.“
'Aangifte doen, dat deed je toen niet. We waren Kabouters, we waren tegenstanders van de politie. Ongemakkelijk was die houding wel. We wisten al snel dat Joop Baank deel uitmaakte van de groep die ons bedreigde, en we wisten ook dat hij actief lid was van de schietvereniging Watergraafsmeer. Dus we keken maar eens extra over onze schouders als we over straat gingen. Maar aan beveiliging deden we niet.“
De ontvoering van het gemeenteraadslid Roel van Duijn stond in 1970 niet op zichzelf. Het was een onderdeel van een reeks bedreigingen die destijds werden genegeerd, maar die in deze tijd zouden hebben geleid tot grote maatschappelijke onrust. ,,Ik word de laatste tijd steeds opgebeld“, zegt Roel van Duijn, ,,door mensen die me vertellen dat ze het zo gek vinden dat ze in die tijd hebben geleefd.“
Coen Tasman was in de vroege jaren zeventig zelf ook Kabouter, net als Roel van Duijn. Negen jaar geleden schreef hij een boek over die tijd: 'Louter Kabouter'. Daarin beschrijft hij de opkomst en ondergang van de kabouterbeweging, een anarchistische beweging die voortbouwde op de linkse vrije gedachten van de Provo's uit de jaren zestig.
De Kabouterbeweging was een idee van Roel van Duijn, die voor Provo in de Amsterdamse gemeenteraad zat. Hij pleitte er onder meer voor daktuintjes op auto's. De Kabouterbeweging beschikte over een 'Volksuniversiteit voor Sabotage', een 'Auto-eliminatiedienst' en hield 'volksvergaderingen'. In hun 'Oranjevrijstaat' hielden ze er zo hun eigen wetten en regels op na. Het was, ook buiten Amsterdam, een onder jongeren populaire groep. Roel van Duijn heette 'ambassadeur van de beweging'.
Tasman herinnert zich nog hoe geschrokken Roel van Duijn terugkeerde van zijn onvrijwillige reis naar België: ,,geschrokken, maar ook blij dat hij ongedeerd was.“ Wie er achter de ontvoering zat, was al snel bekend. Tasman: ,,Roel van Duijn werd in de gemeenteraad nogal hard aangevallen door een vrouw die in de raad was gekomen als lid van de Boerenpartij, maar zich later had afgesplitst. Ze heette Jeanne Baank-Meijer, een vrouw van dertig jaar. Ze vond dat Van Duijn leed aan grootheidswaan. Door allerlei aanwijzingen bleek dat haar man Joop die avond de auto bestuurde. Zij was er zelf niet bij.“
De ontvoerders brachten uitgebreide persberichten uit. Aan De Telegraaf vertelde de groep dat ze ,,een einde wilden maken aan acties die het leefklimaat in Amsterdam zo langzamerhand onmogelijk maken. Als het noodzakelijk is kunnen wij ook klappen uitdelen.“ Tegen Het Parool zeiden ze: ,,Wij zijn helemaal tegen Oranjevrijstaat. We vinden dat ze moeten stoppen. We zijn nu heel netjes begonnen. Maar als ze doorgaan, dan zal onze netheid verdwijnen.“
Na terugkomst van Van Duijn werden ook de andere Kabouters bedreigd. Zo vond een aantal datzelfde voorjaar een pamflet in zijn brievenbus waarin stond dat zij zouden worden 'bestraft' als ze doorgingen met het plan 5 mei uit te roepen tot nationale kraakdag. ,,Daarna“, zegt Tasman, ,, kregen we soms telefoontjes -ik ook- waarin niets werd gezegd. Soms werd het Wilhelmus afgespeeld. We hebben erover vergaderd. Sommigen waren bang voor verdere terreurdaden en wilden de kraakacties niet door laten gaan, of op een andere dag. Maar het ging toch door en er gebeurde die dag helemaal niets.“
Roel van Duijn liet zijn bezwaren tegen de politie varen toen er op en rond zijn huis in de Karthuizerstraat in Amsterdam affiches verschenen waarop een beloning werd beloofd voor zijn lijk.
Tasman: ,,Hij begon zich toen echt bedreigd te voelen. En de aangifte betekende dat het echtpaar Baank en trawanten zich de tijd daarna even gedeisd hielden, schrijft Tasman. Tot 1975. Toen werd Joop Baank gearresteerd terwijl hij een bom probeerde te leggen onder de metro, die toen nog in aanbouw was. ,,Pas toen deed Van Duijn aangifte van de ontvoering van destijds. Er is niets mee gebeurd.“