ColumnMerijn de Boer
Was de kat maar dood en niet mijn moeder
Terug in Tunesië lukt het me maar nauwelijks om te beseffen dat mijn moeder is overleden. Alleen op het schoolplein lukt het me goed, want ik word door zo’n beetje het hele lerarenkorps gecondoleerd. Ook een heleboel ouders komen naar me toe. Er vormt zich een condoleancerij tussen de klimrekken en schommels.
Eerst vraag ik me af hoe ze het allemaal weten. Maar dan blijkt dat onze dochter ze een voor een heeft ingelicht. Zoals ze een jaar geleden ook iedereen op school had geïnformeerd over het overlijden van onze kat. Toen kwam er geen condoleancerij, trouwens.
Het voelt hartverwarmend, al dit medeleven. Een lerares legt haar twee handen om de mijne en kijkt me met tranen in de ogen aan. De gymleraar plaatst zijn hand eerst op mijn schouder en daarna op zijn hart. Mooi gebaar blijft dat toch.
Twee oude verhalen
Als ik weer thuis ben, kijk ik naar het boekje dat net is verschenen, met daarin twee oude verhalen van mij. Een daarvan schreef ik in 2011 en ging over de dood van een (mijn) moeder. Ze was toen nog helemaal gezond. Ik denk dat het een onbewuste poging was om me voor te bereiden op wat me de verschrikkelijkste gebeurtenis in mijn leven leek.
In het verhaal rouwt een jongen om de dood van zijn kat. Maar aan het einde blijkt dat niet zijn kat maar zijn moeder is overleden. De jongen verdraait het omdat hij de werkelijkheid niet aankan. Hij komt weer in het huis van zijn moeder, praat met haar en negeert de levende kat aan zijn voeten.
Het verhaal had een autobiografisch uitgangspunt, want nadat mijn broer en zus het huis uit waren, woonde ik nog zeven jaar met mijn moeder en onze kat in het huis. En ook aan de kat was ik erg gehecht.
Merkwaardige samenloop van omstandigheden
Uitgerekend dit twaalf jaar oude verhaal werd afgelopen maand herdrukt in de reeks Literaire Juweeltjes. Ik ben nooit zo heel gevoelig voor symboliek, maar ik vond dit wel een heel merkwaardige samenloop van omstandigheden.
Nog merkwaardiger werd het toen tijdens de afscheidsceremonie in de aula van de begraafplaats, ineens een kat het podium op wandelde. Hij liep naar de mand van wilgentenen waarin onze moeder lag, rook eraan, maakte er een rondje omheen en sloop toen weer weg, op zoek naar de uitgang.
Tijdens de bijeenkomst na afloop begonnen veel mensen over de kat. De overbuurvrouw zei dat ze moest denken aan mijn verhaal. En toen pas moest ik er ook aan denken.
Ik zou willen dat ik nu aan eenzelfde soort verstandsverbijstering lijd als die jongen in het verhaal: dat niet mijn moeder dood is maar de kat. En dat ik in mijn rouwproces die twee even door elkaar heb gehaald.
Merijn de Boer is schrijver, huisman en expat. Zijn vrouw is diplomaat. Zijn roman De Saamhorigheidsgroep won de BNG Bank Literatuurprijs 2020 en De Inktaap 2022. Meer van zijn columns leest u hier.