null Beeld

ColumnMerijn de Boer

Ramptoeristen op Schiermonnikoog

Merijn de Boer

We stapten in de Balgexpres: een tractor met een bus ­erachter die ons via het strand naar de uiterste oostpunt van Schiermonnikoog bracht. Mijn vader en zijn vrouw waren ook mee.

De grote vraag was of we zeehonden gingen zien. Iedereen verheugde zich daarop. Een halfuur mochten we uit de bus. Dan werd het hoogwater en moesten we weg zijn.

Nog verder oostwaarts waren de zeehonden. Maar iedereen keek westwaarts, naar een vastgelopen zeilschip. Het lag helemaal op het droge. Achterop wapperde een Zweeds vlaggetje.

“Die hoort daar niet te liggen”, zei onze chauffeur gealarmeerd.

Met een groot deel van de passagiers liepen we erheen.

De schipper bleek geen Zweed maar een Fransman. Hij had een baard, een staart en een oorbel. Hoewel ze zich niet lieten zien, waren er ook twee kinderen aan boord. “Die slapen”, zei de man.

Niemand had het nog over zeehonden

De zeiler vertelde dat hij een oude kaart bij zich had, uit de tijd dat de zandplaat nog niet zo ver aangegroeid was. Onze chauffeur, die ook bij de reddingsbrigade zat, wees hem waar hij bij hoogwater kon uitvaren. Het was duidelijk dat dat nog spannend ging worden.

We moesten terug naar de bus. Niemand had het nog over zeehonden. Ramptoerisme had het gewonnen van ecotoerisme.

Iemand stelde voor om de kinderen mee te nemen.

“Ja, maar wat doen we dan met ze?”, vroeg een man.

Mijn vader suggereerde om ze af te geven bij de Raad voor de Kinderbescherming. Sommige passagiers moesten lachen, anderen zeiden ‘ooooh’.

Een vrouw die in haar eentje vooraan zat, was bereid om mee aan boord te gaan.

“Weet u iets van zeilen dan?”, vroeg de chauffeur.

“Nee. Maar wel van kinderen.”

Het klonk zo gedecideerd, dat iedereen ­bewonderend zweeg.

De kiel uitgraven

We reden langs de boot. De Fransman was bezig de kiel uit te graven. “Een vrouw in de bus heeft aangeboden om met je mee te gaan!”, riep de chauffeur. “Wil je dat?”

Zijn gezicht klaarde op. “Heel graag!”

Ze pakte haar spullen en stond op.

Maar toen ze uitstapte, zei de Fransman ­ineens dat het toch niet nodig was.

Vanwaar die ommezwaai? Had hij gehoopt op een romantisch avontuur op zee? En bleek ze toch niet helemaal zijn typ toen ze uitstapte?

Aan het heldendom van de vrouw deed het niets af. Ze stapte weer in de bus en we ­reden terug naar het dorp.

De volgende dag kwam ik de chauffeur ­tegen voor de supermarkt. Ik vroeg of hij nog iets over het Franse gezin had gehoord.

“Nou, dat werd nog wat!”, riep hij. Hij zette zijn boodschappentas neer en vertelde dat het schip bij het wegvaren schade had opgelopen aan de kiel, waardoor het begon te zinken. Ze zijn gered door de KNRM.

Merijn de Boer is schrijver, huisman en expat. Zijn vrouw is diplomaat. Zijn roman De Saamhorigheidsgroep won de BNG Bank ­Literatuurprijs 2020 en De Inktaap 2022. Meer van zijn columns leest u hier.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden