CoronadagboekMarijke de Vries
Naar buiten? Binnenblijven? Dat kan ik zelf wel bepalen!
Ik weet niet zeker of ik het wel wil horen. Vanavond (vrijdag) maakt de Belgische premier Sophie Wilmès mogelijke versoepelingen van de corona-maatregelen bekend. En die hangen niet als een belofte, maar eerder als een donderwolk boven de dag.
Werden in Nederland in aanloop naar Ruttes persconferentie de verwachtingen getemperd, in België is de boodschap inmiddels dat we niet te veel illusies moeten koesteren.
Waar begin deze week nog sprake was van heropening van de speeltuinen en één avond in de week bezoek, lees ik vanochtend in De Standaard dat die adviezen alweer van tafel zijn. Wellicht gaan vanaf 18 mei de scholen weer gedeeltelijk open, maar de minister van onderwijs heeft al aangekondigd dat de kleuterklassen – waar onze dochter sinds vorige maand naartoe ging – als laatst aan de beurt zijn.
Ik reken daarom nergens op. Of nee, dat is niet waar. Ik verwacht een onnavolgbare spaghetti van nieuwe regels.
Aan die voorspelling val je je in dit land eigenlijk nooit een buil. België hangt met een kluwen van regels en uitzonderingen aan elkaar. Een gevolg van de ingewikkelde politieke structuur met zes regeringen, die er niet altijd dezelfde ideeën en belangen op na houden, om het voorzichtig uit te drukken.
Ook in coronatijd groeit het woud van ondoorgrondelijke regels. De tijdelijke, federale noodregering die samen met een commissie van deskundigen over de maatregelen beslist, heeft wat dat betreft al een mooi track record opgebouwd.
Zo begon de Belgische lockdown met een verbod op alle buitenactiviteiten behalve fietsen, joggen en wandelen. Later besloot men in alle redelijkheid niet langer boetes uit te delen voor skaten, steppen en skateboarden. In je eentje basketballen of tennissen tegen een blinde muur is nog altijd verboden. Het zou, net als op een bankje zitten, een risico geven op samenscholingen. Ondertussen blijk ik meer Nederlander dan ik soms zou willen zijn: alles in mij roept zo langzamerhand ‘dat kan ik zélf wel bepalen’.
Wanneer we überhaupt weer eens naar Nederland mogen blijft voorlopig onduidelijk. Nog meer dan een (speel)tuin, worden hier thuis de juffen, opa en de oma’s gemist. De vraag is wie onze kinderen het eerst zullen terugzien.
Met haar gezin woont Marijke de Vries in Brussel. Ze houdt voor Trouw een dagboek bij van de lockdown in haar stad.
Lees ook:
Koning Auto gaat in Brussel in quarantaine
Ik moet een paar keer met de ogen knipperen als ik het bericht lees. Het hele centrum van Brussel wordt omgevormd tot ‘woonerf’.