Laat de grasmaaier tot juni in de schuur, geef wilde bloemen een kans

‘Maai Mei Niet’ (maaimeinietnederland.nl) is een landelijke actie van de Bijenstichting, Flora van Nederland, Stichting Steenbreek, ecologische tuinvereniging Velt en EW-magazine. Doel: het bevorderen van biodiversiteit in Nederlandse tuinen door een ander, milder maaibeleid. Want bijen, hommels, vlinders en andere bestuivende insecten eten geen gras. Ze willen bloemen met nectar en stuifmeel!

Door in mei niet te maaien, geef je ­allerlei wilde bloemen waarvan de zaden en kleine plantjes al tussen je gras zitten, de kans om tot bloei te komen. Zo wordt je grasveld een stuk kleuriger en aantrekkelijker voor insecten. Een niet gemaaid gazon trekt wel tien keer meer bijen en vlinders dan een gemaaid grasveld!

Nectarscore

Als je je opgeeft om mee te doen, hoef je niet je hele gazon op te offeren. Je geeft aan hoeveel vierkante meter gras je van plan bent om niet te maaien. Dan krijg je een tel-lijst en tips hoe je de meest voorkomende soorten wilde bloemen kunt herkennen. Aan het eind van de maand tel je op één vierkante meter de bloemen die tussen je niet-gemaaide gras zijn op­gekomen. Daarmee wordt je ‘nectarscore’ uitgerekend: ­hoeveel bijen, vlinders en andere bestuivers jouw gazon per dag te eten kan geven.

In 2019 produceerden de tuinen van de deelnemers aan ‘No Mow May’, het Britse Maai Mei Niet, dagelijks zo’n 23 kg nectar, genoeg voedsel voor wel 2,1 miljoen ­bijen!

Welke bloemen ga je straks zien? Allereerst allemansvriendjes madelief en paardenbloem. Nee, dat zijn géén onkruiden: zeker niet vanuit het perspectief van een hongerige bij of vlinder. Die zijn er juist blij mee dat er, zeker met zo’n kleffe en koude lente als dit jaar, nu al nectar- en stuifmeelbloemen zijn waarmee ze hun trek kunnen stillen. Paardenbloemen staan met stip op nummer één. Zowel vlinders als argusvlinder, citroenvlinder, oranjetipje, kleine vos, witjes en dagpauwoog als 27 soorten wilde bijen en hommels leven nu van paardenbloemen.

Mijn favoriet: smeerwortel

In mijn vochtige kleigrond-tuin staan er naast paarden­bloemen en madeliefjes al pinksterbloemen tussen het gras. Verder fluitenkruid, boterbloemen en ereprijs, paarse dove­netel, herderstasje, hondsdraf, rode en witte klaver, weegbree, smeerwortel, vergeet-me-nietjes (uitgezaaid uit de border) en zuring. Ze bloeien niet allemaal even spectaculair: je moet ze ­leren waarderen.

Mijn favoriet is smeerwortel, met sierlijk hangende lila en witte bloemetjes, maar die zul je in een ­zanderige, droge tuin niet tegenkomen. Wél margrieten en biggenkruid, met kleine, paardenbloemachtige bloemen. Hoeveel en welke bloemen je na één maand niet maaien gaat zien, hangt af van de grondsoort en ligging van je tuin en hoeveel je altijd hebt gemaaid, ­bemest of gespoten.