ColumnErik Jan Harmens
Ik heb er niets aan, toch ben ik de hele dag aan het tellen
Tijdens het autorijden kijken veel mensen behalve naar hun medeweggebruikers ook naar koeien in de wei, roze wolkenflarden aan de hemel of via de binnenspiegel naar hun kroost op de achterbank. Ik kijk als ik achter het stuur zit naar iets anders, namelijk de borden bij benzinestations waarop de prijs van 1 liter euro 95 staat.
Na een ritje heb ik een heel rijtje: € 1,81, € 1,77, € 1,71, € 1,74, € 1,79, € 1,80. Ik doe verder niets met die informatie, want ik hoef helemaal niet te tanken. Toch wil ik weten of het getal bij de volgende pomp hoger is of lager. Hoger of lager, hoger of lager, als ik op de weg zit, ben ik kandidaat in mijn eigen quiz.
Ik hou ook mijn volgersaantallen op sociale media bij: op het moment van schrijven 4016 vrienden op Facebook, 2561 volgers op Twitter, 1205 op Instagram. Ik weet niet waarom ik het bijhou, want ik voel mezelf niet beter dan iemand met tien volgers en niet minder dan iemand met een miljoen. Wel wil ik elke dag weten of het aantal groter of kleiner is geworden en waar ik zei elke dag bedoel ik elk uur, stop de tijd.
Als het begon riep hij: ‘Shhhh!’
Wat ik ook bijhou zonder dat het nut heeft, is hoe vaak je in de hit ‘Blurred Lines’ van Robin Thicke en Pharrell na elke zevende tel WOE! hoort. Het zijn 64 maal acht tellen, dus je zou zeggen 64 keer WOE! maar op 1 minuut 29 hoor je slechts een halve WOE! en op 1 minuut 21 én op 2 minuut 10 valt hij zo’n beetje helemaal weg. Opnieuw doe ik verder niets met die informatie, bovendien is het maar een liedje.
Mijn opa was geen boer of teler, maar luisterde elke middag naar de Mededelingen voor Land- en Tuinbouw op de radio. Als het begon riep hij: “Shhhh!” waarna wij giechelend gadesloegen hoe hij met een stomp potloodje de ‘verwachte afwijkingen van de waterstanden’ in een schriftje noteerde. “Bij hoog water vanavond in Harlingen en vannacht in Delfzijl omstreeks een halve meter verlaging”, zag ik hem meeschrijven, terwijl hij helemaal niet in Harlingen of Delfzijl woonde.
Het had net zo weinig zin als het bijhouden van benzineprijzen of social media-volgers of hoe vaak je ‘WOE!’ hoort in een liedje. Bovendien werd mijn opa (net als ik) niet rustig van het bijhouden, maar wel minder onrustig dan als hij het niét had bijgehouden.
Schrijver en dichter Erik Jan Harmens over de prikkels die het druk maken in zijn hoofd. Lees zijn columns hier terug.