Ali Duran tijdens carnaval voor zijn café in Zwolle. Beeld
Ali Duran tijdens carnaval voor zijn café in Zwolle.

NaschriftAli Haydar Duran (1961-2023)

Horecaman in hart en nieren Ali Haydar Duran bleef altijd streven naar het goede

Ali Haydar Duran had een groot hart en een vrije geest. De hardwerkende horecaondernemer stond voor iedereen klaar en was in de Turks-Koerdische gemeenschap een geboren bemiddelaar. Zijn Zwolse café was zijn tweede huis. Tot zijn leven in één klap een onverwachte wending nam.

Bert Van Der Kruk

Wie kende hem niet in de Zwolse horecawereld, en ver daarbuiten? Ali was een geliefde kroegbaas, zijn Café Neuf een bekende ontmoetingsplek voor jong en oud, student en arbeider. Allemaal liepen ze weg met de joviale man die eind jaren zeventig uit Oost-Turkije naar Nederland kwam en hier zijn mooiste kroegdagen beleefde tijdens carnaval. Dan ging ook hij helemaal los.

Ali had een groot en puur hart. Hij leefde van sociaal contact en maakte geen onderscheid tussen mensen. Bij problemen was hij een natuurlijke bemiddelaar. Wat er ook gebeurt, probeer altijd een goed mens te blijven, was zijn motto. Bestrijd het kwade met het goede. Als in een naburig café een ruzie losbarstte, ging Ali erheen om vechtende jongens uit elkaar te halen. Dat hij daarbij soms ook zelf klappen opliep, was dan maar zo.

Geloof in het goede in de mens

De rol van bemiddelaar speelde hij in de familie, maar ook veel breder in de Turkse en Koerdische gemeenschap. Vaak kreeg hij telefoontjes met een verzoek om hulp of bemiddeling, maar ook uit zichzelf stapte hij af op ruziënde mensen. Conflicten moeten uitgepraat worden. Als zijn vrouw en kinderen zeiden dat niet iedereen zijn hulp verdiende, zei Ali: “Maar hij is mens.”

Ali groeide op in een Koerdisch gezin in Tunceli, een stad in Oost-Anatolië. Zijn opa was er ‘dede’, een spiritueel leider binnen de alevitische gemeenschap. Alevitisme is een ondogmatische vorm van de islam met een humanistische filosofie. Met religie had Ali niet zo veel – hij noemde zichzelf niet gelovig – met humanisme des te meer. In het alevitisme dat hij van huis uit kende, stond het geloof in het goede in de mens voorop. Ali’s grootouders en ouders leefden hem dat voor.

Hij was het derde kind, met vijf broers en één zus. Verderop in de straat woonde het meisje dat later zijn vrouw zou worden, Ciçek Cangir. Ze zaten op dezelfde basisschool en middelbare school. Ze draaiden mee in een sociaaldemocratische vrijwilligersgroep die mensen op het land hielp en waren politiek actief. De Koerdische zaak ging Ali zeer ter harte. Dat zijn moedertaal in Turkije officieel verboden was, deed hem pijn.

Ali als jongen op fiets. Beeld
Ali als jongen op fiets.

Bij een protestmars voor vrijheid en gelijkheid werd Ali opgepakt. Acht maanden zat hij vast in een Turkse cel, waar hij ook gemarteld werd. Eenmaal op vrije voeten wist hij dat hij Turkije moest verlaten. Ook zijn vader, die al langere tijd als ‘gastarbeider’ in de Duitse Opelfabrieken werkte, drong daar op aan. In 1979 vertrok Ali naar Duitsland, waar hij slechts korte tijd verbleef, omdat hij naar Nederland wilde.

Het liefst wilde hij naar Amsterdam. De stad herbergde een grote Turks-Koerdische gemeenschap en bood de veelkleurige dynamiek en geestelijke vrijheid waarnaar Ali verlangde. Zijn verloofde dacht daar anders over. Ciçek zag de grote stad niet zitten en opteerde voor Zwolle, waar haar familie woonde. In 1982 trouwden ze in de Overijsselse stad; voor het grote huwelijksfeest huurden ze de IJsselhallen af.

Ali was inmiddels een snackbar begonnen in Arnhem, maar verruilde die al snel voor een broodjeszaak in Amsterdam. Een aantal nachten per week verbleef hij in zijn geliefde stad, verder reed hij heen en weer vanuit Zwolle. Hij was een geboren horecaondernemer; een paar keer begon hij een nieuwe zaak elders in de stad. Zijn laatste cafetaria zat op de Zeedijk, een wervelende plek waar hij dagelijks genoot, maar ook keihard moest werken.

Ali op zijn trouwdag in 1982. Beeld
Ali op zijn trouwdag in 1982.

In loondienst wilde hij nooit. Smalend kon Ali vertellen over de Nederlandse cursus die hij volgde na zijn aankomst. Daar leerden ze hem van alles over een lopende band en stoomden ze, in zijn woorden, alleen maar fabrieksarbeiders klaar. Vrij snel verliet hij de cursus. Zijn Nederlandse taal bleef sindsdien altijd wat gebrekkig. Als de beheersing daarvan beter was geweest, had hij misschien wel de politiek in gewild.

Smeekbedes aan zijn vrouw om te verhuizen naar Amsterdam, hadden geen effect. Andersom lukte het Ciçek op den duur wel Ali over te halen een zaak in Zwolle te beginnen. Ze voelde zich vaak angstig zonder hem, en zoon Cihan (1983) en dochter Gözde (1988) wilden hun vader ook weleens zien. Binnen de wat conservatieve Turkse gemeenschap stond Ali te boek als een vrij man. Als zijn dochter uit wilde, was dat geen enkel probleem. En als ze op stap met haar basketbalvriendinnen te veel had gedronken, moest ze zich maar in Café Neuf melden; dan zou hij wel even een taxi bellen.

Veeleisend horecawerk

Ali was niet bang voor een pittige discussie over politiek of andere zaken. Als iemand vond dat iets niet in overstemming met de traditie verliep, kon hij zeggen: “Je leeft in Nederland, niet in Turkije.” Hij was absoluut geen fan van Erdogan, maar keek wel vaak naar tv-zenders waarop de Turkse president te bewonderen is. Als zijn vrouw vroeg waarom, hoorde ze: “Je moet je tegenstander kennen; ik wil weten hoe hij denkt.”

Het vele werken trok wel een zware wissel op zijn gezondheid, die toch al niet fantastisch was. Zeker nadat hij in 2020 samen met zijn zoon ook nog een Turks restaurant was begonnen, nam de fysieke druk toe. ’s Ochtends na zijn eerste sigaretje deed hij boodschappen voor restaurant en kroeg, dronk onderweg ergens koffie, hielp mee in het restaurant en ging daarna naar Café Neuf, waar hij vaak tot drie uur ’s nachts bleef – soms langer omdat het zo gezellig was om met vrienden nog wat te praten.

Zijn vrouw en kinderen maanden hem geregeld te stoppen met het veeleisende horecawerk. Zijn eerste hartaanval kreeg hij zo’n twintig jaar geleden. Sindsdien raakten er steeds vaker aderen verstopt en moesten er geregeld stents worden geplaatst. Alleen onder valse voorwendselen kregen gezinsleden hem mee naar het ziekenhuis, waar dan vaak bleek dat het hart weer iets zwakker was geworden.

Gelukkig in zijn kroeg

Hun aandringen hielp niet. Ali kon niet buiten de vele contacten die het werk met zich meebracht. Hij zou doodongelukkig worden buiten de horeca. Zelfs de cardioloog zei het: “Laat hem maar lekker in zijn kroeg staan, daar is hij gelukkig.” Zelf noemde hij Café Neuf zijn tweede huis. Zijn gasten waren zijn vrienden, sociaal contact was zijn grootste hobby.

Maar toen werd het 3 november 2022. Ali had net de laatste gasten uitgezwaaid en bleef nog even televisie kijken, met zijn rug naar de openstaande deur. Niet veel later kreeg hij een harde klap met een stomp voorwerp op zijn hoofd. Er volgde een worsteling met een man die hij vaag herkende en die snel daarna de benen nam. De man werd opgepakt. Ali bleef achter op de grond, heftig bloedend.

Zes weken was het café gesloten. Daarna pakte Ali voorzichtig de draad weer op, maar het werd nooit meer zoals vroeger. Hij was somber en vermoeid, begreep niet wat er gebeurd was, en waarom. De verwarde man in kwestie werd veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf. Maar dat loste Ali’s probleem niet op, net zo min als zijn bezoeken aan psycholoog en fysiotherapeut.

Ali en kleinzoon Renas. Beeld
Ali en kleinzoon Renas.

Wel verlichting bood het leven van zijn kleinzoon, die inmiddels een half jaar oud was. In aanwezigheid van de kleine Renas zag de familie soms weer een vertrouwde twinkeling in Ali’s ogen. Rollend met de jongen over de grond, leek hij weer gelukkig. Dat hij buiten adem raakte, nam hij op de koop toe.

Op een vroege zaterdagavond begaf zijn zwakke hart het. Op het moment van de hartaanval was er slechts één gast in Café Neuf. Zij waarschuwde direct de hulpdiensten, maar hun inzet mocht niet baten. Vrij snel daarna verschenen de eerste bossen bloemen voor de deur van de kroeg.

Ali werd begraven in Tunceli, in het familiegraf bij zijn opa en vader. Hij had specifieke wensen voor het afscheid: geen gebeden, maar alleen liederen. Geen uitgebreide maaltijden op de veertiende en veertigste dag na het overlijden, maar donaties aan mensen die echt honger hebben. En: niet huilen bij het graf, want de dood hoort bij het leven. Aan alle wensen kon de familie voldoen, behalve aan die laatste.

Ali Haydar Duran werd geboren op 10 april 1961 in Tunceli, Turkije. Hij overleed op 1 april 2023 in Zwolle.

Trouw beschrijft het leven van onlangs overleden heel gewone of bekende mensen. Heeft u zelf een tip voor Naschrift? Mail ons via naschrift@trouw.nl.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden