Column
De luizenouders maken van het luizenpluizen een doldwaas feest
"Dag juffen, schikt het dat we deze week komen luizenpluizen? Doen we eerst een ontspannende hoofdluizenmassage en dan gaan jullie leerlingen als de beste!" Een mail van één van de luizenouders naar mij, mijn duo en onze collega's van groep 6.
De vakantie is weer een paar weken voorbij en dat betekent dat er gecontroleerd dient te worden op luizen en aanverwanten. Ik krijg er spontaan jeuk van. Zeg het L-woord en ik voel de kriebelbeestjes in colonne over mijn hoofdhuid paraderen. Sinds ik voor de klas sta, moet mijn moeder eens in de zoveel tijd mijn coiffure aan nauwkeurige inspectie onderwerpen. Omdat een juf ook luizen kan krijgen van haar leerlingen. Tot nu toe - even afkloppen - heeft ze niks gevonden. Ja, een tweetal grijze haren. Ik weet niet wat ik erger vind.
Maar goed.
De luizenpluizers. Ik draag ze een warm hart toe. Jaar in, jaar uit. Alle lof voor degenen die deze ondankbare taak op zich willen nemen. Groepsmoeders, wasmoeders en leesmoeders zijn zo geregeld. Ook de chauffeurs naar de kinderboerderij en de museummoeders heb ik in een oogwenk gecharterd. Ik heb zelfs versiermoeders voor als er feest is. Maar luizenpluizers? Dan sta je volgens sommigen een soort van onderaan de hulpouderrangorde. En dus moet iedere leerkracht elk schooljaar flink lobbyen voor bestrijders van het luizenkwaad. Heb je alle hulpoudertaken verdeeld, zit je alsnog letterlijk met de handen in het haar. Want wie wil nou in hemelsnaam om de zoveel weken met een statische kam wroeten in de haren van andermans kinderen? Je snapt dus dat ik elke keer weer euforisch ben als een moeder - het zijn vaak de moeders die leerkrachten uit de brand helpen - dan uiteindelijk toegeeft: 'Oké, dan zal ik het wel weer doen!'
Dynamisch duo
Dit schooljaar ging het echter net even anders. Ik hoefde het niet eens te vragen; twee ouders meldden zich spontaan aan voor deze kriebelende klus. Nog voordat ik de andere hulptaken had verdeeld. En ik zeg expres 'luizenóuders', want dit jaar heeft groep 3 een luizenváder.
Ja ja, een échte luizenvader. De vader van Juul. Een grote stoere man - voor niemand bang, dus ook niet voor neten - die met veel flair de koppies van mijn derdegroepers checkt op allerlei gespuis. Zijn partner in crime, de moeder van Elin, plant zorgvuldig de luizenpluisafspraken en zorgt voor de vrouwelijke finishing touch, als in: vlechten en staarten voor de dames en extra gel voor de heren. Een dynamisch duo dat van de luizencontrole één komisch en doldwaas feest maakt.
Ik ben erg blij met al mijn hulpouders, en vooral met mijn luizenouders. Helemaal als ze de klas luisvrij weten te houden. Dus wat mij betreft mogen ze door hun inzet een paar plaatsen in de hulpouderhiërarchie stijgen. Zeker als je luizenváder bent.
Naomi Smits is docent in het basisonderwijs. Voor Trouw schrijft ze over het wel en wee van haar groep 3. Lees hier al haar columns.