null Beeld

ColumnMerijn de Boer

Bezorgd luisterde ik naar de geluiden uit de keuken

Merijn de Boer

De nacht waarin ik veertig werd, brachten we grotendeels wakker door. Tussen ons in lag de baby. Hij huilde niet, hij was niet ongelukkig, maar hij wilde gewoon niet slapen.

Het werd steeds lichter in de kamer. Ik ­luisterde naar het onaangename gekrijs van de grauwe buulbuul die ergens buiten in een boom zat. Naast me waren mijn vrouw en de baby eindelijk in slaap gevallen. Ik sloop de kamer uit en deed de deur zo zacht mogelijk dicht.

Lang zal hij leven

In de gang hoorde ik onze zoon en dochter. Ze begon te zingen toen ik binnenkwam. Onze zoon had ‘Lang zal hij leven’ nog niet onder de knie, maar hij omhelsde me hartstochtelijk. Ik legde uit dat mama nog sliep.

“Dan maak ík je ontbijtje”, riep onze dochter meteen. Ze is vijf en ik heb haar nog nooit zelf een boterham zien smeren. Onze twee jaar jongere zoon wel, maar die gaat dan ook naar een Montessori-crèche.

“Oké”, zei ik aarzelend.

Ze klom uit het stapelbed en rende blij naar beneden.

Terwijl ik boven bleef en onze zoon Pokko heeft een trommel voorlas, luisterde ik bezorgd naar geluiden uit de keuken. Om bij de kastjes te komen, zou ze een kruk moeten pakken. Er stonden daar glazen potten in die gemakkelijk naar beneden konden vallen. Ik besefte dat het flink mis kon gaan.

Af en toe riep ze van onderaan de trap: “Nog niet naar beneden komen!”

Ik las nog drie andere prentenboeken voor. En toen mocht ik eindelijk naar beneden ­komen.

Ze had het tafelkleed dubbelgevouwen op de tafel gelegd, bij mijn stoel. Er stond een groot glas melk, een bakje met yoghurt, muesli, rozijnen en walnoten (“die nootjes die papa lekker vindt”, legde ze later aan mijn vrouw uit) en verder nog een rijstwafel met pindakaas en een boterham, ook met pindakaas.

Een slagveld in de keuken

Op een uitgeknipt stukje papier had ze een hart getekend.

In de keuken was het een slagveld maar er lag nergens gebroken glas. Ik was erg onder de indruk. En het was een uitstekend ­ontbijt.

Nadat ik haar naar school had gebracht, ging ik tennissen. Mijn leraar feliciteerde me en zei dat mijn beste jaren nu zouden aan­breken.

“Tussen je veertigste en je zestigste” (hij is zelf zestig) “is het leven het aangenaamst”, begon hij. “Je weet welke vrienden goed voor je zijn en welke niet. Je weet wat je wel en niet kan. Je weet waar je gelukkig van wordt en wat je niet wilt.”

Hij gaf nog veel meer voorbeelden, maar die ben ik vergeten. Hij bleef vrij lang aan het woord en hij sprak bevlogen. Het was een ­indrukwekkend verhaal. Als ik nog geen ­vrede had gehad met mijn nieuwe leeftijd, dan had ik dat nu wel.

Merijn de Boer is schrijver, huisman en expat. Zijn vrouw is diplomaat. Zijn roman De Saamhorigheidsgroep won de BNG Bank ­Literatuurprijs 2020 en De Inktaap 2022. Meer van zijn columns leest u hier.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden