Zeevaarders
Zo'n 300.000 zeevarenden willen naar huis. Maar hoe?
Ruim 80 procent van alle handel gaat over zee. De werknemers op de schepen hebben het erg zwaar tijdens de coronacrisis.
Zo’n 300.000 zeevarenden moeten worden afgelost. Hun werkperiode zit er op, ze willen naar huis. Maar slechts in 30 procent van de gevallen komt het tot een aflossing, is de schatting van reders. Tienduizenden mensen die werken op koopvaardij-, bagger- en andere schepen zitten als gevolg van de coronacrisis vast op hun schip, soms al meer dan een jaar, soms zelfs nog langer.
“Een vergeten groep”, noemt Sascha Meijer, vicevoorzitter van de vakbond voor zeevarenden Nautilus International, de zeelieden die niet naar huis kunnen. “Een probleem dat al sinds het begin van de crisis speelt, maar dat sindsdien niet is opgelost”, zegt een woordvoerder van de Koninklijke Vereniging van Nederlandse Reders (KNVR).
Dat probleem begon in China en heeft zich, met de verspreiding van Covid-19 verder over de wereld verspreid. “Normaal gesproken worden er elke maand ongeveer 100.000 zeelieden afgelost. In maart en april was het nauwelijks mogelijk om bemanningen te vervangen”, vertelt de KNVR-zegsman. In Europa is de situatie sindsdien wat verbeterd, zegt hij. Maar elders op de wereld, vooral in Azië, is het aflossen van scheepsbemanningen nogal altijd ingewikkeld, tijdrovend of simpelweg onmogelijk. Dat geldt, zegt Meijer van Nautilus, ook voor Zuid-Amerika. Lastig is het ook in het Midden-Oosten, meldt een woordvoerder van baggerbedrijf Van Oord.
Veiligheid in het geding
In veel landen mochten en mogen zeelieden niet aan wal. Mogen ze dat wel, dan kunnen ze vaak niet aan de benodigde visa of andere reispapieren komen. Of ze moeten in quarantaine. Vluchten naar hun thuisland zijn er vaak niet. Als ze er zijn, kunnen zeelieden er niet op rekenen dat ze ook thuiskomen. Dat speelt bijvoorbeeld in de Filippijnen, waar veel zeelieden traditiegetrouw vandaan komen. Als ze de hoofdstad Manilla al halen, kunnen zij vaak geen vervoer krijgen naar het eiland waar ze wonen. Of hun eiland is afgesloten. “Problemen zijn er vooral voor zeelieden uit de Filippijnen, India en Indonesië”, zegt Meijer. De meeste Nederlandse zeelieden zijn volgens haar inmiddels wel ‘gewisseld’, al hebben ook zij vaak extra lang op hun thuisreis moeten wachten.
De vele restricties die er zijn, jagen rederijen op kosten. Bovendien is de veiligheid op schepen in het geding, zegt Meijer. Het is niet goed als mensen vele maanden vastzitten op hun schip. Ook de handel overzee kan in gevaar komen als de wisseling van bemanningen zo stroef blijft verlopen, stelt de KNVR. Ruim 80 procent van alle handel gaat over zee.
Vandaar dat organisaties van rederijen, verladers, de Internationale Maritieme Organisatie en andere VN-organisaties er bij landen op hameren dat zij eerder afgesproken richtlijnen naleven: dat zeevarenden worden vrijgesteld van reisbeperkingen, inclusief quarantaine; dat zeelieden zonder belemmering aan en van boord kunnen gaan voor repatriëring, bemanningswisselingen, verlof aan wal en voor medische zorg; en dat ze voorrang krijgen bij de afgifte van visa. “Sommige restricties zijn echt overbodig”, zegt Meijer. “Op schepen is immers nauwelijks besmettingsgevaar.”
Nieuwe restricties dreigen, ook in Europa
Veel effect heeft dat gehamer nog niet gehad. Landen hebben allemaal hun eigen coronaregels, regio’s vaak ook nog. In China mogen er geen zeelieden van en aan boord. In Japan mag het eerste niet, het tweede wel, weet Meijer. Daarbij veranderen de regels voortdurend. Coulante landen kunnen veranderen in strenge landen. Het komt voor dat een schip naar een haven vaart en dan opeens geen toegang krijgt. Of dat de toestemming voor zeelieden om aan land te gaan onverwacht wordt ingetrokken.
Dat het aantal besmettingen met Covid-19 op veel plekken weer toeneemt, maakt het leven van de reders en de zeelieden er niet makkelijk er op. Nieuwe restricties dreigen, ook in Europa. “Het is elke dag weer puzzelen. Wie kan er van boord en waar kan die dan naartoe?”, verwoordt Meijer de situatie. De zegsman van Van Oord bevestigt dat. “Onze projecten blijven redelijk op gang. Maar achter de schermen is daar heel veel geregel voor nodig.”
Lees ook:
In de Rotterdamse haven begint de crisis nu
De vooruitzichten van bedrijven in de Rotterdamse haven zijn buitengewoon somber.