Sociale huurwoningen in Den Haag. Bijna 46 procent van de woningen in deze stad is sociale huur, in enkele omliggende gemeenten ligt dat percentage rond de 20.

Woningmarkt

Woningen die maar vijf of zes jaar sociale huur blijven. ‘Dat is dweilen met de kraan open’

Sociale huurwoningen in Den Haag. Bijna 46 procent van de woningen in deze stad is sociale huur, in enkele omliggende gemeenten ligt dat percentage rond de 20.Beeld Phil Nijhuis

Kleinere gemeenten hikken aan tegen de eis dat 30 procent van hun woningen sociale huur moet zijn. Her en der verrijst nu ‘nep-sociale huur’.

Hanne Obbink

Ja, dit gaat zeker helpen, zegt de Haagse wethouder wonen Martijn Balster over het nieuwe streefcijfer van minister Hugo de Jonge. In Balsters stad valt 46 procent van de woningen in de categorie ‘sociale huur’. Dat is niet genoeg, want Den Haag telt veel meer inwoners die voor een sociale huurwoning in aanmerking komen. Die zouden ook in buurgemeenten terecht kunnen. Ware het niet dat daar heel weinig sociale huurwoningen staan: Pijnacker-Nootdorp 18 procent, Midden-Delfland 20, Westland 23.

De Jonge wil meer evenwicht: elke gemeente minstens 30 procent sociale huur. Dus als Balster ook de komende jaren wethouder is, dan kan hij in gesprekken met zijn buren wijzen op die nieuwe norm. “We hebben onlangs een akkoord bereikt over nieuwbouwplannen”, vertelt hij. “Daar hebben we drie jaar over gedaan en we zijn maar een paar millimeter opgeschoten.”

Op de héél lange termijn

Maar in Midden-Delfland hoeft Balster niet aan te komen. Voor ons is 30 procent sociale huur sowieso niet haalbaar, meldt een woordvoerster van de gemeente. Bij nieuwbouw wel, maar dat gaat om kleine projectjes, dus dat zet geen zoden aan de dijk. “En het is niet wenselijk om in toekomstige nieuwbouwprojecten alleen maar sociale huur te bouwen.”

Ook Pijnacker-Nootdorp mikt op 30 procent sociale huur bij nieuwbouw. “En in de praktijk iets meer”, zegt wethouder Frank van Kuppeveld. “Dus we lopen onze achterstand in. Maar 30 procent van álle bestaande woningen, dat lukt pas op de héél lange termijn.”

De omliggende gemeenten willen wel bouwen, is Balsters ervaring, maar liever geen goedkope huurwoningen. Ze vrezen de komst van arbeidsmigranten, medisch urgenten en dak- en thuislozen, zegt de Haagse wethouder, de ‘aandachtsgroepen’ die de minister juist evenwichtig wil spreiden. “Ik hoor ook zeggen: ‘wat moeten we met al die Hagenaren bij ons’. En nog wel rabiatere teksten.”

Overal plannen

Die ‘aandachtsgroepen’ zijn lang niet de enigen die een betaalbare woning zoeken, voegt voorzitter Martin van Rijn van de vereniging van woningcorporaties Aedes eraan toe. De corporaties zijn blij met de 30 procentnorm. “We zien nu al concurrentie tussen aandachtsgroepen en andere urgente woningzoekenden. Dat wil je niet.”

Veel gemeenten zitten nu ruim onder die norm en moeten dus – samen met de corporaties – een forse slag maken. “Niet van de ene op de andere dag, nee”, zegt Van Rijn. “Maar overal worden nu plannen gemaakt. Daarin kan de nieuwe norm verwerkt worden. Niemand kan nog zeggen: we wisten het niet.”

Nep-sociale huur

Eén waarschuwing koppelt de Aedes-voorzitter er wel aan: laat die nieuwe betaalbare woningen geen ‘nep-sociale huur’ zijn. Van Rijn ziet het her en der gebeuren: woningen met een huur tot 760 euro (de bovengrens voor de sociale huursector) die niet door corporaties worden gebouwd, maar door projectontwikkelaars.

“Dat is geen échte sociale huur”, stelt Van Rijn. “Want commerciële verhuurders hoeven zich bij het toewijzen van woningen niet te houden aan de regels die voor de sociale huursector gelden. Zij hoeven ook geen mensen te huisvesten uit die aandachtsgroepen. Én ze kunnen deze woningen na bijvoorbeeld tien jaar verschuiven naar de vrije huursector, waar ze veel meer rendement kunnen maken.”

Voor gemeenten die huiverig zijn voor die aandachtsgroepen kan dat verleidelijk zijn. Met deze ‘nep-sociale huur’ komen ze dichter in de buurt van de 30 procentnorm zonder te hoeven vrezen voor arbeidsmigranten en al die andere kwetsbare groepen. “Dat hoor ik weleens zeggen, ja, dat gemeenten zo redeneren”, zegt Van Rijn. “Maar zo hoort een overheid uiteraard niet op te treden.”

Dweilen met de kraan open

Ook minister De Jonge heeft de kwestie van die nep-sociale huur op z’n netvlies, laat zijn woordvoerder weten. Nu nog definieert hij ‘sociale huur’ als alle woningen met een huur onder de 760 euro, maar hij zint op een preciezere omschrijving, die ervoor zorgt dat elke gemeente daadwerkelijk een fair share van de huisvesting van kwetsbare groepen op zich neemt.

Heel verstandig, vindt de Haagse wethouder Balster. In zijn eigen stad heeft hij nep-sociale huur uitgebannen, door te bepalen dat wat als sociale huur gebouwd wordt eeuwig sociaal blijft. “Woningen bouwen die maar vijf of zes jaar sociale huur blijven, dat is dweilen met de kraan open.”

Lees ook:

Stadsgeograaf Cody Hochstenbach: De wooncrisis is ons niet per ongeluk overkomen

De wooncrisis komt niet uit de lucht vallen, die is het gevolg van doelbewuste politiek, zegt stadsgeograaf Cody Hochstenbach. ‘De bezittende klasse wordt gespekt. Precies zoals het bedoeld was.’

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden