Eerlijke Verzekeringswijzer
Verzekeraars hebben bij hun beleggingen te weinig oog voor misstanden
De Eerlijke Verzekeringswijzer onderzoekt de beleggingen van verzekeraars. Athora, voorheen Vivat, geeft het goede voorbeeld.
Verzekeraars beleggen het geld dat ze niet meteen nodig hebben en via die beleggingen gaan ze financiële relaties aan met ondernemingen die niet altijd positief in het nieuws komen. Zo heeft zorgverzekeraar VGZ een belang in PetroChina, de publieke dochteronderneming van een Chinees staatsbedrijf dat olie wint in Zuid-Soedan.
De China National Petroleum Corporation is volgens een vandaag verschenen rapport van de Eerlijke Verzekeringswijzer betrokken bij mensenrechtenschendingen in dat land. Rondom de oliebronnen is niet alleen milieu- en gezondheidsschade ontstaan, ook waren de oliebelangen in Zuid-Soedan in het vorige decennium de aanjager van de burgeroorlog.
Ondermaats
VGZ, dat 4 miljoen Nederlanders een zorgverzekering aanbiedt, is naar eigen zeggen in gesprek met PetroChina over de mensenrechtenschendingen. Maar volgens de Eerlijke Verzekeringswijzer, waaraan onderzoeksbureau Profundo en mensenrechtenorganisaties Amnesty en Pax hebben meegewerkt, presteert VGZ in zulke dialogen ondermaats.
Naast Zuid-Soedan heeft de Eerlijke Verzekeringswijzer nog tien geruchtmakende dossiers op een rij gezet, bijvoorbeeld in Brazilië, Colombia, Myanmar en Nigeria. VGZ heeft beleggingen in zes van de elf geselecteerde bedrijven uit de mijnbouw en oliewinning, waaronder Glencore, Rio Tinto, Shell, Total en Vale. Negen Nederlandse verzekeraars investeren opgeteld 4 miljard euro in deze ondernemingen.
Zodra er sprake is van een ernstige misstand, moeten verzekeraars het bedrijf in kwestie aanspreken, om zo bij te dragen aan verbeteringen. VGZ leverde de onderzoekers te weinig bewijs dat het de negatieve gevolgen voor mensenrechten had onderzocht. VGZ heeft een lijst met uitgesloten bedrijven, die bijvoorbeeld alcohol, tabak en controversiële wapens produceren. Maar de elf onderzochte bedrijven staan daar niet op.
Genoegdoening voor slachtoffers
Dat zit anders bij Athora, dat tot eind vorig jaar Vivat heette en bekend is van de merken Reaal en Zwitserleven. Athora heeft zes van de elf bedrijven op de zwarte lijst gezet. Athora heeft bewijs laten zien van de gevoerde gesprekken met de bedrijven. Gesprekken waarvoor duidelijke doelstellingen zijn geformuleerd. Ook werkt Athora aan beleid dat slachtoffers moet helpen om genoegdoening te krijgen.
Athora krijgt hierdoor het rapportcijfer 8. CZ doet het ook goed, een 7. NN Groep en Achmea vormen de middenmoot. Allianz, ASR, Menzis en Aegon scoren net als VGZ ruim onvoldoende. De onderzoekers stellen vast dat verzekeraars soms al jaren op de hoogte zijn van onder meer vervuiling, landroof, geweld en zelfs moord, maar te weinig actie ondernemen tegen de bedrijven. Daarmee geven zij onvoldoende gehoor aan de richtlijnen van de Verenigde Naties voor bedrijven en mensenrechten.
‘De tijd van signaleren is voorbij’
“Het is goed dat de Eerlijke Verzekeringswijzer de vinger aan de pols houdt, aanbevelingen formuleert en zo institutionele beleggers op hun verantwoordelijkheid wijst”, zegt VGZ in een reactie. De verzekeringscoöperatie zegt de aanbevelingen ter harte te nemen. “We hebben het afgelopen jaar besloten om bedrijven in de beleggingsportefeuille meer en vaker aan te spreken als ze slecht scoren op belangrijke maatschappelijke factoren.” Het team dat zich bezighoudt met het beleggingsbeleid is daarom uitgebreid.
“De tijd van signaleren is voorbij”, zegt Kees Hamster, chief finance en risk officer van Coöperatie VGZ. “We moeten als institutionele beleggers onze krachten bundelen om mensenrechten en andere belangrijke maatschappelijke thema’s hoger op de agenda van bedrijven te krijgen.”
Lees ook:
Afspraken tussen bedrijven zijn mooi, maar ze helpen niets tegen uitbuiting, geweld en landroof
Nederlands beleid om via convenanten misstanden in wereldwijde productieketens aan te pakken, heeft onvoldoende gewerkt.