Oorlogsindustrie
Het chiptekort raakt ook de wapenhandel: wereldwijd lange wachtrijen voor Defensie
Bedrijven in de defensie-industrie kampen met dezelfde problemen als ‘gewone’ bedrijven. Zoals een gebrek aan personeel en onderdelen. Er is onvoldoende reservecapaciteit om even snel te pieken nu het oorlog is, blijkt uit Amerikaans onderzoek.
Het is hoogtij voor de oorlogsindustrie, nu allerlei landen hun uitgaven aan defensie willen verhogen. Maar de plotselinge extra vraag komt op een lastig moment. In de Verenigde Staten, de grootste exporteur, staat de capaciteit van de defensie-industrie bijvoorbeeld onder druk. Dat meldt de Amerikaanse branche-organisatie National Defense Industrial Association (NDIA) in een recent rapport.
De omstandigheden zijn aanzienlijk verslechterd, schrijft NDIA. Het is moeilijk voor bedrijven om aan gekwalificeerd personeel, aan halfproducten en aan ruwe materialen te komen. Ook ontbreekt het aan voldoende reservecapaciteit om te kunnen pieken. Om dus plotseling veel te produceren als er opeens een conflict ontstaat, zoals door de Russische inval in Oekraïne.
Een onvoldoende
De ‘gezondheid’ van de Amerikaanse defensie-industrie krijgt daarom een onvoldoende, schrijft NDIA in het rapport Vital Signs dat vorige maand verscheen. Als voorzitter spreekt de gepensioneerde generaal Herbert ‘Hawk’ Carlisle van een wake-upcall. Een waarschuwing.
Industriële bedrijven die voor defensie werken, staan niet los van de gewone economie. Leveranciers van militaire toepassingen hebben bijvoorbeeld net als autofabrikanten een tekort aan chips. Veel problemen komen voort uit de pandemie. De vraag is harder gestegen dan verwacht en er zijn nog altijd logistieke problemen, met tekorten als gevolg.
In de VS werken duizenden bedrijven in netwerken samen aan producten en diensten voor defensie. Dat maakt het moeilijk om op te schalen. “Helaas belemmert de complexe aard van de huidige productieketens het vermogen van organisaties om aan een plotselinge toename van de vraag te voldoen”, schrijft NDIA.
Duitsland gaat voor 100 miljard euro moderniseren
Ondertussen stromen de bestellingen binnen. Duitsland heeft een fonds van 100 miljard euro opgezet om het leger te moderniseren en het wil 2 procent van het bruto binnenlands product uitgeven aan defensie. Om te beginnen bestelt Duitsland 35 F35-straaljagers bij het Amerikaanse Lockheed Martin ter vervanging van de verouderde Tornado’s. De nieuwe vliegtuigen zijn geschikt voor nucleaire wapens.
Als andere Navo-landen het voorbeeld van Duitsland volgen, en alle leden dus 2 procent van hun bbp uitgeven aan defensie, komt er volgens analisten van Berenburg opgeteld 73 miljard euro aan defensie-uitgaven bij.
De Amerikaanse president Joe Biden wil het budget voor de nationale veiligheid verhogen naar 813 miljard dollar, een stijging van 4 procent. Naast Lockheed zouden Amerikaanse bedrijven zoals Raytheon Technologies, Northrop Grumman en General Dynamics daarvan profiteren. Samen met Boeing zijn zij de grootste defensiebedrijven ter wereld, blijkt uit een ranglijst van Defense News.
Airbus koopt nog altijd titanium van Rusland
Airbus, de grootste Europese leverancier, heeft deze maand een contract binnengehaald bij de overheden van Spanje en Frankrijk om de Tiger-gevechtshelikopter te vernieuwen. In 2025 moet het prototype klaar zijn. Gezien de problemen die leveranciers nu hebben, is het een voordeel dat de contracten vaak een lange looptijd hebben.
Want ook topman Guillaume Faury van Airbus wees vlak voor de oorlog op de hoge prijzen van ruwe materialen en energie, de logistieke problemen en het gebrek aan talentvol personeel. Sindsdien zijn de problemen gegroeid, want het bedrijf is voor de helft van zijn titanium afhankelijk van Rusland. Boeing is inmiddels gestopt met het kopen van Russisch titanium, Airbus voor zover bekend nog niet.
Lees ook:
Is het Duitse leger klaar voor de grootse plannen van bondskanselier Scholz?
Duitsland neemt na 75 jaar afscheid van een zeer terughoudend militair beleid. Maar is het land wel klaar voor dit ‘keerpunt in de geschiedenis’?