AnalyseEconomische krimp
Een tweede uitbraak zou funest zijn voor de Nederlandse economie
Een tweede coronagolf zal een grote economische klap betekenen, voorspelt het CPB. Zelfs als de economie in het gunstigste geval volgend jaar weer groeit, krimpt hij dit jaar nog 6 procent.
De diepe zakken, die minister van financiën Wopke Hoekstra aan het begin van de coronacrisis zei te hebben, worden trefzeker geïllustreerd in de jongste doorrekening van het Centraal Planbureau (CPB). Zelfs in het zwartste scenario – er komt een tweede grote uitbraak van het coronavirus, die de economie en de financiële sector zwaar raakt – hoeft de staatsschuld niet verder op te lopen dan naar rond 74 procent van de totale jaarlijkse economie.
Het planbureau stelt in de juniramingen dat de staatsschuld niet het probleem hoeft te zijn voor een kabinet dat op grond van die cijfers begint aan de afronding van de begroting voor 2021. Sterker, het CPB acht het wijs beleid als Hoekstra besluit zich ‘uit de crisis te investeren’. Het herstel kan volgens CPB-directeur Pieter Hasekamp versneld worden door meer gecoördineerd beleid van bijvoorbeeld de Europese Unie en door investeringen naar voren te halen in bijvoorbeeld woningbouw en energietransitie.
Tenminste, als het coronavirus niet in alle hevigheid terugkeert en bijvoorbeeld in de herfst zorgt voor een hausse aan besmette mensen. Dan zal de vraaguitval die dat tot gevolg zal hebben bedrijven echt in de problemen brengen. Zij kunnen vervolgens moeilijk of helemaal niet hun leningen afbetalen en trekken zo de financiële sector met zich mee. In dat geval heeft ook Hoekstra een probleem. Politiek zal het echter beter uitkomen deze zomer eerst en vooral te rekenen met het meest gunstige scenario van het CPB. Een scenario dat ervan uitgaat dat nog dit jaar alles normaler wordt en dat de economie ook nog dit jaar kan beginnen aan een herstel.
Een ongehoord en historisch unieke situatie
Gunstig is overigens maar een relatief begrip. Ook in het scenario waarin de economie weer begint te groeien zal de economie dit jaar zes procent krimpen. Een ongehoord en historisch (in ieder geval na de oorlog) unieke situatie. De staatsschuld stijgt door alle genomen en te nemen steunmaatregelen van 47,6 procent, zoals eerder verwacht, naar bijna vijftig procent, mede door het sterke in dat scenario verwachte economisch herstel. Het financieringsoverschot dat de overheid tot voor kort had, slaat om in een tekort en de werkloosheid stijgt naar omstandigheden maar bescheiden: van 3,5 naar 4,5 procent.
In het zwartste van de vier doorgerekende scenario’s wordt het een stuk somberder. In het geval er een tweede uitbraak komt en maatregelen moeten worden genomen die de economie opnieuw tot stilstand brengen loopt de werkloosheid volgend jaar op naar bijna tien procent. De staatsschuld stijgt naar bijna 74 procent en de economie toont instortingsverschijnselen. Het CPB verwacht in dat geval een krimp van maar liefst 7,3 procent in 2021.
De cijfers zullen de twee opeenvolgende ministers van financiën, Jeroen Dijsselbloem en Wopke Hoekstra, bevestigen in hun eigen gelijk. Het omzetten van het financieringstekort na de kredietcrisis in een overschot de afgelopen jaren blijkt een zegen voor de Nederlandse overheidsfinanciën en biedt ook voor de begroting 2021 kansen op een economisch offensief beleid. Nu maar hopen dat het coronavirus zich rustig wil houden.
Lees ook:
De tweede coronagolf is misschien maar een golfje
Modeldeskundigen Sake de Vlas en Luc Coffeng waarschuwden eerder voor te snelle versoepelingen, maar zijn door de huidige ontwikkelingen optimistischer.
Regionaal grote verschillen
De Rabobank onderzocht hoe de coronacrisis uitpakt voor de economie in de regio. Conclusie: er zijn grote verschillen. Vooral aan de randen van het land is de pijn groot
Geen samenwerking
Het Centraal Planbureau noemt internationale samenwerking als één van de voorwaarden voor mogelijk snel economisch herstel. Dat lijkt een vrome wens