Toerisme
De harde klap leidt tot bezinning bij hotels, én biedt kansen. ‘Op de massatoerist zit niemand te wachten’
Hotels lijden onder de coronacrisis, het meest in Amsterdam. Na deze ‘pauze’ moeten we een ander soort gasten trekken, zeggen sommige hoteliers.
“Deze crisis is ook een kans”, zegt hotelmanager Michiel Roelfsema. Zijn hotel, het Okura in Amsterdam, is tien weken dicht geweest, de vier restaurants in het gebouw zelfs elf. Sinds juni is alles weer open, maar van de kamers is maar zo’n 15 procent bezet. Zware tijden, ja. “Maar dit biedt ook de gelegenheid om na te denken over de vraag: welke bezoekers wil Amsterdam in de toekomst trekken?”
Het is vrijdagochtend en Roelfsema zit in de lobby van zijn eigen hotel. Er is wat geroezemoes te horen, vooral van personeel, er wordt schoongemaakt, aan de balie checkt een enkele gast in. In gewone tijden is vrijdag de dag dat de zakelijke hotelgast – de congresganger, de bezoeker van beurzen – de vrijetijdsbezoeker tegenkomt, hier in de lobby. “Soms zie je die zakelijke bezoeker van door de week op vrijdag opeens in vrijetijdsoutfit”, glimlacht Roelfsema. “Die laat dan z’n gezin overkomen en blijft nog een weekendje.”
Maar vandaag niet. Met name die zakelijke bezoekers blijven weg, mannen in pakken zijn hier niet te zien. En sowieso, bijna alle bezoek uit de Verenigde Staten of Azië is weggevallen. “Nederlanders en mensen die hier met de auto naartoe kunnen komen, zoals Duitsers, die komen nog wel.” Dat zijn er dus niet heel veel.
Respect voor de stad
In heel Nederland hebben hotels het zwaar, bleek vorige week uit onderzoek van consultantsbureau Horwath. Vorig jaar nog brak de branche alle records, met een gemiddelde bezettingsgraad van ruim 78 procent. Over heel 2020 kon dat percentage weleens op zo’n 43 blijven steken. In Amsterdam ging het vorig jaar zelfs nog beter dan elders. Maar omdat de hoofdstad veel meer dan de rest van het land afhankelijk is van bezoekers uit het buitenland, komt de coronacrisis daar nu ook veel harder aan, met een bezettingsgraad over 2020 van misschien niet meer dan 35 procent.
Te verwachten valt dat in heel Nederland grote klappen vallen, zegt branchevereniging Koninklijke Horeca Nederland. “De faillissementen beginnen pas net”, zegt KHN-directeur Dirk Beljaarts. Als schuldeisers zich gaan melden om uitgestelde betalingen te innen, kan het snel gaan, zegt hij.
Roelfsema spreekt vooralsnog slechts van een ‘pauze’. Hij en 26 andere vier- en vijfsterrenhotels die samenwerken onder de naam Luxury Hotels of Amsterdam willen die aangrijpen voor een koerswijziging – voor de hele stad. “De vraag is: van welk soort toeristen willen we graag dat ze terugkomen? Wij zeggen: de kwaliteitstoerist, mensen met respect voor de stad, die iets komen halen én brengen.”
Die inzet van de Luxury Hotels komt niet uit de lucht vallen, want in Amsterdam woedt al een paar jaar een stevige discussie over de overlast die massatoerisme met zich meebrengt. Vooral bewoners van de binnenstad klagen over de uitwassen ervan – overal drukte, overal toeristenshops die gewone winkels verdringen, overal zuipende, piesende en kotsende feestvierders – en in de politiek vinden zij inmiddels ruimschoots gehoor.
Spookstad
“Voor veel mensen was het een verademing dat de stad na de lockdown opeens leeg was”, zegt Roelfsema. “Maar de stad kán niet zonder bezoekers. Alles wat er in de stad te beleven valt, het hele culturele en culinaire aanbod kan alleen maar bestaan omdat ook toeristen er gebruik van maken. Valt dat weg, dan wordt het een spookstad. De bezoekerseconomie zorgt voor 70.000 banen in de stad, die staan allemaal op het spel.”
Maar op de terugkeer van de massatoerist ‘zit niemand te wachten’, zegt Roelfsema. “En dit is de tijd om daar nieuwe plannen voor te maken, om te zorgen dat we een ander soort bezoekers trekken. Het toerisme zal niet vanzelf weer op gang komen. Na de vorige crisis waren daar ook promotie-activiteiten voor nodig. Dat zal nu weer moeten. En die kans moet Amsterdam grijpen om een ander imago over het voetlicht te brengen.”
En al die lowbudgethotels in de stad dan? Roelfsema wuift de vraag weg. “De kwaliteitstoerist op wie wij willen inzetten hoeft niet per se veel geld te hebben”, zegt hij. Belangrijker voor het indammen van de overlast door massatoerisme is volgens hem dat de gemeente paal en perk stelt aan de zogeheten vakantieverhuur, de verhuur door inwoners van de stad van hun huis via bijvoorbeeld Airbnb.
“Hotels moeten aan strenge regels voldoen op het gebied van bijvoorbeeld veiligheid en hygiëne. Vakantieverhuurders niet”, zegt hij. “Voer je zulke regels ook voor hen in, dan schoon je het aanbod op.”
Lees ook:
Amsterdam wil van de bucketlist af, maar hoe?
De hoofdstad laat met de hand op kraan de toeristen weer de stad in druppelen, toch wil niemand meer dat het centrum helemaal volstroomt. In een volkspetitie vragen inwoners om minder bezoekers, en vooral ándere. Is dat te doen? ‘Venetië loopt veertien jaar voor op Amsterdam, in de negatieve spiraal.’