Vier vragenAerius
Zet de rechter dinsdag een streep door rekenmodel voor stikstof?
Deugt het Nederlandse stikstofrekenmodel Aerius wel? Niet als het aan de Stichting Stikstofclaim ligt. De organisatie spande een kort geding aan tegen de staat. Vier vragen over deze zaak, waarin de Haagse rechtbank dinsdag uitspraak doet.
Wat is Aerius precies?
Aerius is een zeer uitgebreid rekenmodel dat in kaart brengt hoeveel stikstof er op elke hectare aan beschermde natuur terechtkomt. Daarvoor gebruikt het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) allerlei gegevens: metingen, maar vooral ook modelberekeningen. Bijvoorbeeld over de uitstoot van Nederlandse bedrijven, maar ook wat er vanuit het buitenland hier terechtkomt.
Het systeem wordt eveneens gebruikt om vergunningen te verlenen. Als er een weg wordt aangelegd of als een (boeren)bedrijf een vergunning wil, is een Aerius-berekening vereist. Voordat de stikstofcrisis in 2019 losbarstte, maakte het model vergunningaanvragen relatief eenvoudig. Sindsdien is dat juist niet meer zo: er mag nu in beginsel op geen enkele hectare extra stikstof bij, ook niet een klein beetje. De vergunningverlening zit daardoor muurvast.
Maar daar kan het model toch niets aan doen? Wat is er mis mee?
Stikstof is heel vluchtig. Een klein deel van de uitstoot slaat vlak bij de bron neer. Een veel groter deel waait juist ver weg, en slaat volgens het Aerius-model in kleine beetjes neer, verspreid over heel veel hectares. Daar komt dan vaak maar een gram stikstof per hectare per jaar terecht, of nog minder. Dat is zo weinig dat het niet met goed fatsoen aan één individueel bedrijf of project toe te rekenen is.
Er zijn al twee kritische rapporten over Aerius verschenen: van de zwaarwegende adviescommissie-Hordijk en van TNO. Die stellen dat het model ‘niet doelgeschikt’ is om vergunningen mee te verlenen. Als er minder dan 1 mol – oftewel 14 gram – stikstof per jaar op een hectare neerdaalt, is dat volgens TNO ‘niet betekenisvol’. Zo’n kleine hoeveelheid is niet te onderscheiden van ruis, zoals weersinvloeden.
Wat is de stichting Stikstofclaim en wat wil die?
Stikstofclaim wil via een kort geding – een spoedzaak – zorgen dat het gebruik van het Aerius-systeem wordt opgeschort totdat de uitkomsten ‘verifieerbaar, reproduceerbaar en betrouwbaar’ zijn. Je zou Stikstofclaim de boerentegenhanger van milieuorganisatie MOB kunnen noemen, de club van Johan Vollenbroek die met succes het Nederlandse stikstofbeleid aanvocht. Het doel van Stikstofclaim is om procedures te starten tegen ‘voor de agrarische sector nadelige regelgeving’.
Bij deze rechtszaak werkt Stikstofclaim samen met een Overijsselse veehouder die een van de 2500 ‘Pas-melders’ is. Dit zijn boeren die buiten hun schuld zonder natuurvergunning zitten. Zij hadden die vergunning niet nodig, omdat hun stikstofbijdrage beperkt bleef tot minder dan 1 mol per jaar. Maar toen de stikstofcrisis losbarstte, moesten zij bij nader inzien toch wél een vergunning hebben.
Dat blijkt een van de taaiste problemen: er is namelijk nog steeds geen stikstofruimte om die vergunning alsnog te verlenen. En dat terwijl hun stikstofinvloed dus beneden de waarde ligt die TNO nog ‘betekenisvol’ noemt.
Wat valt er van deze uitspraak te verwachten?
Als de rechter meegaat in het verhaal van Stikstofclaim, dan valt in feite de basis weg onder het Nederlandse vergunningenbeleid. Dan wordt het verlenen van vergunningen dus nóg veel moeilijker en ingewikkelder, en de juridische stikstofknoop daarmee ook.
Het is vooral de vraag of de rechter daar in een spoedprocedure haar vingers aan gaat branden. De staat voerde tijdens de zitting onder meer aan dat er geen sprake zou zijn van een ‘spoedeisend belang’, zoals dat bij een kort geding vereist is. Volgens Stikstofclaim is dat belang er wel degelijk: MOB procedeert namelijk al tegen diverse Pas-melders in Overijssel. Daardoor dreigt de provincie nu te móéten handhaven, al probeert ze dat met aanvullende maatregelen te voorkomen.
Lees ook:
Kabinet maakt berucht stikstofrekenmodel nóg belangrijker
Het kabinet kijkt bij de aanpak van de stikstofcrisis niet meer naar de uitstoot, maar alleen nog naar waar de uitgestoten stikstof weer neerslaat. Die keuze heeft keerzijdes voor boeren én de natuur.