InterviewPBL-directeur Marko Hekkert
‘We moeten oppassen dat we met grondstoffen niet ook in een crisis terechtkomen’
Het schiet niet op met de circulaire economie, blijkt uit een tweejaarlijks onderzoek van het Planbureau voor de Leefomgeving. Consumenten en bedrijven verander je niet zo maar, ziet de nieuwe directeur.
Heel verrassend zijn de uitkomsten niet, moet de nieuwe directeur Marko Hekkert van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) erkennen. Dat de circulaire economie nog niet op stoom komt en Nederland nog nauwelijks minder grondstoffen gebruikt, valt te begrijpen.
Hekkert voert sinds deze maand het planbureau aan. Uit zijn vorige baan als hoogleraar innovatie en directeur van het Utrechtse Copernicus Instituut voor duurzame ontwikkeling, weet hij dat zulke processen veel tijd nodig hebben. “Eerst zijn er de koplopers, pas vele jaren later gaat het peloton ermee aan de slag. Het is niet raar dat er geen verbeteringen te zien zijn, het is een hele complexe verandering. Maar er is nu wel veel meer beleid nodig.”
Een aantal basisregels zijn wel aan het veranderen. “Nederland doet het goed op het gebied van recycling. Daarin lopen we voorop in Europa. Maar het is erg lastig materiaal hoogwaardig terug te krijgen in de economie, een plastic fles die weer een plastic fles wordt bijvoorbeeld. Je zou kunnen verplichten dat bedrijven een bepaald deel gerecycled materiaal moeten gebruiken.”
Verleiding op nieuwe dingen te kopen
Hekkert ziet dat de aandacht voor klimaat de circulaire economie verdringt. “We moeten vechten om een hogere plek op de politieke agenda. Minder gebruik van grondstoffen helpt ook het klimaat en de biodiversiteit. Maar dat moet tot iedereen doordringen. We moeten oppassen niet weer in een crisismodus terecht te komen. Als je te lang wacht, worden de internationale grondstofprijzen heel hoog en kan alles opeens heel duur worden. Dat moment moet je voor zijn door al efficiënter met grondstoffen om te gaan.”
Ook consumenten hebben de circulaire economie nog niet op hun netvlies. “Dat is niet zo gek. Je wordt continu verleid om mooie nieuwe dingen te kopen. Als je het kunt veroorloven, doe je dat, de omgeving waardeert het, dat zijn diepe waarden en normen die al lang bestaan. Die verander je niet zomaar.”
Het is ook een kwestie van wennen, denkt Hekkert. “Als je nu voor het schap staat, zie je dat de dienst tandenpoetsen vrijwel alleen wordt aangeboden in tubes. Dat is een hele inefficiënte omgang met materiaal. Er zijn nu ook tabletjes in een potje, een heel klein deel kopt die, maar het is erg wennen. Het voelt anders in de mond, het gaat tegen een gewoonte in. Dat soort veranderingen gaat overal plaatsvinden. Dat maakt het zo enorm lastig, veel moeilijker dan de energietransitie.”
Hekkert wil voorkomen dat burgers gaan denken dat ze van alles ‘niet meer mogen’, zoals nu soms bij voeding of vliegen het geval is. “Creatieve ondernemers kunnen nieuwe producten ontwerpen die langer meegaan, minder grondstoffen verbruiken en beter te repareren zijn en waar consumenten weinig op tegen hebben. Daar ben ik van overtuigd. Maar het is goed in scenario’s te gaan denken om de toekomst duidelijker voor je te zien. Het ene scenario is dat consumenten veel moeten doen aan afval scheiden, spullen opnieuw gebruiken, tweedehands kopen. In het andere koers je meer op hoogtechnologische recycling om materialen in de economie te houden. We weten nog niet wat het beste gaat werken, maar veranderingen moeten wel breed gedragen worden. Daarom moeten we nu als een dolle gaan experimenteren en normen invoeren en dat niet langer uitstellen.”
Lees ook:
De circulaire economie is ver uit het zicht, dwingender beleid is nodig
Meer afval, een toename van plastic verpakkingen en meubels worden eerder afgedankt. Het lukt Nederland nog niet om minder grondstoffen te gebruiken. Dwingender beleid is nodig, zegt het PBL.