Landelijk voorbeeld
Wat we kunnen leren van de succesvolle Purmerendse aanpak van zwerfafval
Voor het vierde jaar op rij is de hoeveelheid zwerfafval in Purmerend gedaald. Wat kunnen andere gemeenten hiervan leren?
Extra prullenbakken, vaker opruimen, steun voor vrijwilligers en afspraken met bedrijven, daar draait het om in de aanpak van zwerfafval in Purmerend. Die is zeer succesvol. De hoeveelheid zwerfafval is in drie jaar tijd ruim gehalveerd. “Er valt winst te behalen als je het serieus aanpakt”, concludeert Zwerfinator Dirk Groot.
Purmerend geldt al enkele jaren als landelijk voorbeeld voor de aanpak van zwerfafval. Er zijn inmiddels 490 inwoners en bewonersgroepen actief, die jaarlijks ruim 24.000 uur besteden aan het opruimen van zwerfvuil, naast de 22.000 mensuren van gemeentelijke schoonmakers. Een kwart van de 854 prullenbakken in de stad is door bewoners, instellingen of bedrijven geadopteerd en met de plaatselijke McDonald’s zijn opruimafspraken vastgelegd.
“Onze aanpak van het zwerfafval levert dus positieve resultaten op”, stelt wethouder Eveline Tijmstra (CDA). “Dat leidt tot een zichtbaar schonere stad.”
Vier jaar op rij
De Noord-Hollandse gemeente laat zich al enkele jaren adviseren door inwoner Dirk Groot, die sinds 2016 de samenstelling van het zwerfafval in kaart brengt op een vast traject van 175 kilometer. Sinds 2018 doet hij dat voor Purmerend en vier jaar op rij nam de hoeveelheid zwerfafval af. Rond scholen, winkelcentra en sportverenigingen, op bouwlocaties en in de parken is het de afgelopen jaren schoner geworden, parkeer- en bedrijventerreinen zijn nog hotspots van zwerfafval.
Het verzamelen van gegevens, zoals hij dat zelf doet, maakt een gerichte aanpak mogelijk, zegt Groot. Met een groep studenten van de Hogeschool van Amsterdam is hij bezig zijn data te visualiseren, zodat ze breder inzetbaar zijn. Rijkswaterstaat gebruikt zijn gegevens al enkele jaren voor het monitoren van blikjes en flesjes in het zwerfafval.
“We weten waar we moeten opruimen”, zegt Groot. “En Purmerend helpt mensen die willen opruimen, door prullenbakken te plaatsen en materiaal ter beschikking te stellen. Dat werkt goed. Het initiatief ligt bij de bewoners. Veel gemeenten beperken zich tot postercampagnes en incidentele schoonmaakacties. Je moet mensen ook blijven opvoeden, maar dat is niet het enige.”
Geen bewijs
Geregeld opruimen blijft nodig, constateert de Zwerfinator, twee jaar geleden nog lijstaanvoerder van Trouws Duurzame 100. “Voor de slogan ‘Schoon houdt schoon’ heb ik nooit bewijs gevonden. Als ik ergens opruim, ligt er de volgende week gewoon weer afval. Vuil trekt vuil aan, dat is wel zo. Je moet het dus bijhouden.”
Effect van de coronapandemie ziet hij nauwelijks. “Er ligt meer afval in het bos en tijdens de lockdown zag je een verplaatsing van terrassen bij fastfoodrestaurants naar een talud of groenstrook in de buurt. Stichting Nederland Schoon, die is opgericht door het bedrijfsleven, heeft het steeds over de vele mondkapjes in het zwerfafval, en die vallen natuurlijk op, maar ik vind er niet zoveel. Ik denk dat ze dat vooral zeggen om de aandacht af te leiden. Uiteindelijk komt het grootste deel van het zwerfafval door eenmalige verpakkingen. Je ziet minder plastic, door het statiegeld op kleine flesjes en het verbod op plastic bestek en rietjes, maar die lepeltjes en rietjes vind je nu van papier op straat.”
Lees ook:
Dankzij ‘Zwerfinator’ Dirk Groot is Purmerend schoner dan ooit: ‘Straks moet ik verhuizen of een andere hobby zoeken’
In Purmerend ligt minder zwerfafval. Dat is hoopvol, want de woonplaats van Zwerfinator Dirk Groot is een voorbeeld voor de rest van Nederland. Maar Groot is realistisch. “Er komt steeds weer afval bij.”