Waterkrachtcentrales
Voor een beetje stroom vermalen we vis tot sushi
De waterkrachtcentrales van Vattenfall en RWE maken veel meer slachtoffers onder trekvissen dan gewenst. Het ministerie zoekt naar een oplossing, visliefhebbers zijn boos.
“Schandalig!” Dat is de kortste samenvatting die Ruben Bil, jurist bij Sportvisserij Nederland, kan geven bij de zaak die energiereuzen Vattenfall en RWE hebben aangespannen bij de Raad van State. De bedrijven protesteerden tegen de eisen die het ministerie van infrastructuur en waterstaat stelde aan hun waterkrachtcentrales.
Ze hadden een vergunning gekregen van het ministerie om ‘water te onttrekken aan de Maas’ voor hun waterkrachtcentrales bij Linne en Lith. Aan de vergunning hing de eis dat de twee centrales in de Maas samen niet meer dan 10 procent van de passerende vissen mochten doden. Vattenfall en RWE gingen tegen die zogeheten beleidsregel in beroep en kregen deze maand gelijk van de Raad van State. Want, zo oordeelt de Raad, ‘de beleidsregel was niet voldoende in de wet verankerd’.
De energiebedrijven plaatsten vraagtekens bij metingen, verricht in opdracht van Rijkswaterstaat. De metingen waren de basis van de beleidsregel en lieten zien dat in het najaar tot wel 40 procent van de grote, paairijpe alen onderweg naar zee het loodje legt in de draaiende turbines. Ook van de grote zalmen en zeeforellen die stroomopwaarts, en de kleinere die stroomafwaarts trekken, sneuvelt nu veel meer dan 10 procent.
Marginale energiebron
Onder andere Sportvisserij Nederland reageert verbolgen op de uitspraak van de Raad. “Waterkracht is in Nederland op zijn best een marginale energiebron”, stelt hun jurist Bil. “De opbrengst in energie weegt op geen enkele manier op tegen de verliezen voor de ecologie.”
Het Centraal Bureau voor de Statistiek becijfert dat in totaal drie relatief grote centrales bij Linne en Lith in de Maas en bij Maurik in de Nederrijn, en nog vier kleine waterkrachtcentrales elders in Nederland, samen een maximaal vermogen hebben van 37 megawatt. Dat is vergelijkbaar met hooguit vijf moderne windmolens op zee. In de praktijk wordt het maximale vermogen van een waterkrachtcentrale alleen geleverd als er een optimale hoeveelheid water doorheen gaat. In de zomer wordt er bij gebrek aan water bijvoorbeeld nauwelijks energie geproduceerd. In de praktijk kwam er in 2019 niet meer dan 0,02 procent van alle in Nederland geproduceerde elektriciteit uit waterkracht, becijfert het CBS.
“Zeker in dat licht is het schandalig wat de ecologische kosten zijn van deze centrales”, stelt Bil. “Over de financiële kosten heb ik het dan niet eens, want er is ook een enorme hoop subsidiegeld in deze centrales gestopt. In het moederland van Vattenfall, Zweden, staan waterkrachtcentrales ook onder enorme druk vanwege de ecologische schade die ze aanrichten. En dan gaat men hier in Nederland doodleuk procederen tegen de normen die worden opgelegd om die schade nog enigszins te beperken? Het is gewoon een klap in het gezicht van al die mensen en organisaties die zich inzetten voor de terugkeer van trekvissen in het Nederlandse water. En ook van mensen die zich inzetten voor het behoud van de paling in Nederland. Beroepsvissers mogen er op de meeste plaatsen al niet meer op vissen vanwege de vervuiling van de waterbodems. Sportvissers blijven ook van de paling af vanwege de bedreigde status. Maar in de elektriciteitscentrales mogen ze nu in principe weer onbeperkt gehakseld worden.”
Geknakte alen
Bil benadrukt dat de blokkades in het Nederlandse deel van de grote rivieren nog maar een klein deel vormen van de problemen voor trekvissen. “Van augustus tot december trekken grote palingen, de ‘schieralen’, van het binnenland naar zee. Die grote palingen zijn dan maximaal kwetsbaar voor de schoepen van de centrales. Samen met vrijwillige tellers van Ravon (Reptielen, Amfibieën- en Vissenonderzoek Nederland, red.) zijn we daarom ook een onderzoek begonnen naar ‘knakalen’ die dood langs de oevers worden gevonden. Dat zijn letterlijk geknakte alen die onder andere door waterkrachtcentrales, maar ook door gemalen en scheepsschroeven dodelijk worden verwond.”
Ook de andere kant op zijn de problemen voor trekvissen als zeeforel en zalm groot, zegt Bil. “In de Maas proberen tegenwoordig weer enkele tientallen tot honderden zalmen en zeeforellen omhoog te trekken, naar de paaigronden dieper in Europa. Daarvan wordt dus meteen bij de voordeur in Nederland al een groot deel gehakseld. Vervolgens komen ze in België en Frankrijk nog een hele serie centrales tegen. Via de Rijn trekken nu jaarlijks ook weer enkele duizenden zalmen naar binnen. Ook daarvan wordt een flink deel gedood voordat ze uiteindelijk in Zwitserland op de centrale van Schaffhausen stuiten, de grootste hakselaar van het hele rijtje.”
Dodelijke tik
Vattenfall stelt dat het bedrijf zich nu al inspant om de vissterfte in zijn centrale te beperken. Voor vissen die stroomopwaarts trekken, rekent het bedrijf op de vistrappen die om de centrales heen stromen. Voor stroomafwaarts trekkende palingen werkt het bedrijf samen met vissers die palingen vangen en ze voorbij de centrale weer loslaten. Ook werkt Vattenfall met een zogeheten ‘migromat’: een tank met gevangen alen naast de centrale. Zodra de vissen in die tank onrustig gedrag vertonen, als teken dat hun wilde soortgenoten waarschijnlijk ook willen trekken, zou de centrale stilgezet moeten worden. Maar Sportvisserij Nederland heeft ernstige bedenkingen bij dat systeem. Bil: “Gecontroleerde experimenten in Ierland met die migromat lieten zien dat alsnog enorme aantallen vissen werden gedood.”
Ook pogingen om de vissen via een zogeheten vistrap om de centrales heen te leiden hebben vooralsnog maar beperkt succes, stelt visonderzoeker Gerard Manshanden van FishFlow Innovations. “Bijvoorbeeld zalmen zijn zo extreem sterk, die kunnen zonder problemen tegen watervalletjes op zwemmen. De sterke uitstroom van een turbine is dus ook geen probleem voor ze. Maar daar krijgen ze meteen een dodelijk tik van de turbine.”
Stroomafwaarts is het helemaal lastig om vissen uit de turbines te houden, weet Manshanden. “Trekkende vissen willen gewoon de hoofdstroom volgen. We hebben bij de uitstroom van waterkrachtcentrales wel metingen gedaan waarbij bijna de helft van de vissen dodelijk verwond of totaal gehakseld eruit kwam.”
Vissterfte
Manshanden stelt dat er inmiddels wel degelijk turbines ontworpen zijn die veruit het grootste deel van de vissen ongehinderd laten passeren. “Maar ja, dat vergt een investering. En als de elektriciteitsproducenten dat bij één centrale zouden doen, dan moet dat bij gebleken succes ook bij de andere centrales gebeuren, dus daar staat men niet om te trappelen.”
Ondertussen zit ook Rijkswaterstaat met de uitspraak van de Raad van State in de maag. “We onderzoeken nu wat juridisch de meest geschikte manier is om zo spoedig mogelijk een duidelijk toetsingskader voor vergunningverlening te herstellen, zodat de norm van maximaal 10 procent vissterfte weer gehanteerd kan worden”, zegt de woordvoerder. “En ondanks de vernietigde vergunning hebben de exploitanten aangegeven dat ze de vissterfte wel blijven monitoren.”
RWE laat weten de resultaten van de gesprekken met Rijkswaterstaat af te wachten voor het reageert op de uitspraak van de Raad van State.
Jurist Bil van Sportvisserij Nederland ziet uiteindelijk maar één oplossing: “Zeker op plaatsen waar waterkracht nauwelijks iets oplevert, in een land met hooguit een marginaal hoogteverschil, moet je dit soort blokkades gewoon niet willen in een stromende rivier.”
Lees ook:
Deze slimme lift helpt vissen stuwen, gemalen en sluizen door
Vissen die trekken naar hogere gebieden worden binnenkort over barrières geholpen door een computergestuurde vislift. De uitvinding helpt niet alleen vissen, maar geeft ook waterschappen belangrijke informatie voor het waterbeheer.