Waterbeleid

Te laconieke omgang met water brengt Nederland in de problemen, voorspelt adviesraad

Een boer besproeit zijn akkers. De Rli adviseert een vergunnings- of meldingsplicht voor het oppompen van grondwater. Beeld Rob Engelaar, ANP
Een boer besproeit zijn akkers. De Rli adviseert een vergunnings- of meldingsplicht voor het oppompen van grondwater.Beeld Rob Engelaar, ANP

Het Nederlandse waterbeleid moet dwingender, adviseert de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur aan het kabinet. Zonder aanscherping blijven de Europese afspraken onhaalbaar.

Onno Havermans

Zonder een stevige aanscherping van het waterbeleid gaat Nederland de Europese afspraken over voldoende schoon grond- en oppervlaktewater ook na 2027 niet halen, waarschuwt de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) in een advies dat donderdagmiddag is aangeboden aan minister Mark Harbers van infrastructuur en waterstaat.

Om het natuurlijke watersysteem te verbeteren, de concentraties mest- en chemische stoffen in het water te verminderen en het watertekort in droge periodes te beperken, is gerichte wet- en regelgeving nodig, adviseert de raad in het advies Goed water goed geregeld.

Genoeg water van goede kwaliteit is belangrijk voor gezondheid, drinkwater, natuur, landbouw en industrie, schrijft de Rli. Lukt het niet om kwaliteit en kwantiteit van het water te verbeteren dan kunnen veel activiteiten in landbouw en economie stil komen te liggen, zoals ook is gebeurd door te hoge stikstofdeposities in de natuur, waarschuwt de raad.

Te vrijblijvend

Bovendien kan de Europese Commissie forse boetes opleggen als Nederland niet voldoet aan de zogeheten Kaderrichtlijn Water (KRW), een afspraak die al in 2000 is gemaakt om uiterlijk in 2027 al het water in Europa te beschermen.

Minister Harbers schreef in april aan de Tweede Kamer dat Nederland de KRW-doelen nog kan halen met een ‘impulsprogramma’, maar volgens de Rli is dat ‘redelijkerwijs’ niet meer mogelijk. De Rli betwijfelt ook of het kabinet erop mag rekenen dat Brussel akkoord zal gaan met uitzonderingen als maatregelen wel vóór 2027 zijn genomen, maar de doelen nog niet bereikt.

Volgens de Rli dringt de urgentie van de waterproblemen pas de laatste jaren door in bestuurlijk Nederland. De aanpak is echter nog te vrijblijvend. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het voornemen van het kabinet om het gebruik van drinkwater met 20 procent te verminderen door ‘in gesprek gaan met huishoudens en bedrijven’.

Ook is de noodzaak om de Europese doelen te halen niet genoeg verwerkt in wetten en regels van andere ministeries, zoals die van landbouw en natuur en van ruimtelijke ordening. De algemene regels voor meststoffen, gewasbeschermingsmiddelen en het lozen van gevaarlijke stoffen zijn niet voldoende om de KRW-doelen te halen, schrijft de Rli.

Een vergunnings- en meldingsplicht

Het nieuwe uitgangspunt voor de inrichting van het landschap – water en bodem sturend – is te weinig concreet en niet juridisch bindend om de problemen met het water op te lossen. En voor de gebiedsplannen van het Nationaal Programma Landelijk Gebied zijn nog geen maatregelen vastgesteld, laat staan uitgevoerd.

Ook voeren de verschillende overheden niet al hun taken goed uit, zegt de Rli. Zo lopen Rijkswaterstaat en de waterschappen achter met maatregelen om de natuurlijke watersystemen te herstellen, zoals hogere waterpeilen, bergingsgebieden en natuurlijke oevers, schieten de rioolzuiveringsinstallaties van diverse waterschappen nog tekort en doen provincies, gemeenten en waterschappen te weinig om drinkwaterbronnen te beschermen.

De raad doet vijf aanbevelingen. Allereerst moeten de KRW-doelen centraler staan in wet- en regelgeving op alle beleidsterreinen en moet de ‘watertoets’ afdwingen dat ruimtelijke plannen worden aangepast als ze zorgen voor verslechtering van het bestaande watersysteem. Er moet een vergunning- of meldingsplicht komen voor al het grond- of oppervlaktewater dat wordt opgepompt, ook gelet op mogelijke tekorten bij de winning van drinkwater.

Om inzicht te krijgen in het totaal aan water dat wordt opgepompt, moet van elke onttrekking zowel het doel als de hoeveelheid worden geregistreerd. De mestwetgeving moet worden aangescherpt, fosfaat- en dierrechten moeten worden opgekocht, en de rioolwaterzuivering verbeterd. Ook in de regels voor bestrijdingsmiddelen, gevaarlijke stoffen en medicijnresten moeten de KRW-doelen doorwerken. Tenslotte moet het kabinet nu al beginnen met het doorrekenen van de maatregelen om de effecten ervan te kunnen meten.

Lees ook:

‘Door het water kunnen we in een stikstofachtige situatie terecht komen’

Om de afspraken over voldoende schoon water na te komen zijn strengere regels nodig, adviseert een adviesraad aan het kabinet. Voorzitter Jan Jaap de Graeff en raadslid Karin Sluis leggen uit hoe en waarom.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden