Een stalletje op de voedselmarkt in Wuhan, waar de uitbraak van het coronavirus eind vorig jaar begon.

ReportageChina

Stekelvarkens fokken? Zolang het nog mag, gebeurt het

Een stalletje op de voedselmarkt in Wuhan, waar de uitbraak van het coronavirus eind vorig jaar begon.Beeld AFP

Het virus dat de wereld verlamt, kwam hoogstwaarschijnlijk uit de Chinese wildernis. De regering in Beijing staat onder grote druk om een nogal zwakke dierenbeschermingswet aan te passen om de biodiversiteit in het land beter te beschermen – en wilde dieren voortaan in het wild te laten.

Eefje Rammeloo

Het liefst kookt Pan Mei (37) het vlees. Dan blijft de smaak goed bewaard en wordt het velletje een beetje plakkerig. Haar man Wang Haozhu (35) is het er niet mee eens. Gebraden komt het vlees van het stekelvarken het best tot zijn recht. Krokant wordt het dan. “Net als pekingeend, maar dan lekkerder.”

Wang steekt nog een sigaret op. Zijn blote voeten vleit hij naast zich op de brede leren bank. De airconditioning blaast in het betegelde kantoortje. Het is pas mei, maar in de zuidelijke provincie Guangdong is het al goed warm. Een eindje voorbij de oever van de rivier Dong, een oostelijke uitloper van de ­Pearl-rivier, wijkt het tropische groen uiteen in een kleine vallei waar Wang en Pan hun stekelvarkens houden.

Haozhu is niet zijn echte voornaam. Het betekent stekelvarken, de bijnaam die zijn dorpsgenoten hem gaven. Zijn eerste varken ving Wang toen hij net twintig was. Inmiddels heeft hij driehonderd varkens en levert hij ze aan tientallen boeren in de buurt.

Nu even niet natuurlijk. Sinds het coronavirus op een markt in Wuhan om zich heen begon te grijpen, staan stekelvarkens op een lijst met wilde dieren die in de ban zijn gedaan. Een mogelijke verklaring voor de epidemie is dat een vleermuis het virus overdroeg op een beest dat op de Huanan Markt werd verhandeld. Bijna 20.000 boerderijen die onder meer pauwen, civet­katten, stekelvarkens en wilde zwijnen fokten, zijn sindsdien gesloten.

Wuhan is honderden kilometers ver weg en Wang gelooft er niet zo in. Dieren die in het wild leven, zijn volgens hem ontzettend gezond. “Ze zijn nooit ziek. Je moet ze juist eten om je te beschermen tegen virussen.” Met een stekelvarken kun je alle kanten op. De pennen van stekelvarkens zijn bijvoorbeeld prima vishengels. Trek er thee van en ze werken bloeddruk­verlagend.

In gemetselde hokjes aan de bosrand ritselen de witte, haast transparante staartjes van de knaagdieren, hun ­pennen ratelen als ze opgewonden ­raken. De wat suffe, bijziende nachtbeesten komen pas na zonsondergang in actie, vertelt Wang. Met een stok mept hij tegen het metalen hek. Van schrik gaan de pennen de lucht in.

Onderwerp van discussie

Of de stekelvarkens wel of niet ‘wild’ zijn, is onderwerp van discussie rondom de nieuwe wetgeving. Wang vangt ze in de bossen en laat ze paren. Met zijn stok wijst hij naar gemetselde hokjes die een slagje groter zijn, ongeveer een vierkante meter. In het gele zand een donker spoor. “Bloed”, zegt Wang. “Dat kleintje is twee uur geleden geboren.” Een klein varkentje, formaat ­cavia, schuilt bij de moeder. Vader scharrelt in hetzelfde hok. “Het zijn echte familiebeesten. Die haal je niet uit elkaar.”

In het buurhok kruipt een varkentje door een gat in de muur. “Die komt wel terug. Ze zoeken altijd weer hun familie op.” Op hetzelfde moment scharrelt achter de fokker, die zichzelf liever boer noemt, een groot stekelvarken het struikgewas in. Terwijl Pan Mei een vangnet gaat halen, staart hij met zijn handen in de zij naar het gebladerte. Met een boogje werpt hij een steen in de struiken, maar het varken laat zich niet zien.

Stekelvarkens zijn een van de lange trits diersoorten die onder de bestaande dierenbeschermingswet nauwelijks ­bescherming krijgen. In het wild zijn ze een beschermde diersoort, maar ze mogen wel worden gefokt – net als ­overigens de pangolin, het schubdier dat het virus naar verluidt meenam naar de markt in Huanan.

Vier maanden na het begin van de pandemie weet iedereen dat 75 procent van alle virussen overspringt van ­wilde dieren op mensen. De regering besloot al dat het verbod op handel in en consumptie van wilde dieren, dat eind ­februari snel werd doorgevoerd, van kracht blijft. Mooi, zeggen organisaties die zich inzetten voor biodiversiteit, maar lang niet mooi genoeg. Als er ooit een goed moment was om actie te ondernemen, dan is het nu. “De pandemie is ontstaan doordat het evenwicht tussen mens en dier uit balans is. We surfen nu op de Covid-golf. Er is veel animo om de bestaande wet te verbreden”, zegt Li Shuo van Greenpeace in Beijing. Van een wet die alleen bedreigde diersoorten in het wild beschermt, moet het een wet worden die biodiversiteit voorstaat.

Zhou Jinfeng is directeur van de ­Chinese stichting die zich hardmaakt voor biodiversiteit en groene ontwikkeling (CBCGDF). Hij bepleit een verbod op het gebruik van alle diersoorten in traditionele medicijnen. Zijn organisatie heeft vijftig mensen in dienst en tienduizenden vrijwilligers in het hele land. Door de pandemie blijven de ­vrijwilligers maar toestromen. “We worden gesteund door 200 ngo’s, we werken samen als een team.”

Kruidenpoeders en pillen, met soms meer controversiële ingrediënten

Het is een ingewikkelde discussie, met veel meer belangen dan alleen die van de dieren. De ‘wild farming’-industrie heeft een waarde van 68,5 miljard euro, schatte de Chinese Academie voor ­Engineering in 2017. China heeft de ­afgelopen jaren veel geïnvesteerd in de promotie van traditionele medicijnen. Dit jaar verkopen producenten voor 1,58 biljoen yuan (204 miljard euro) aan zogeheten TCM, ‘traditional Chinese medicine’, een derde van de ­totale ­farmaceutische markt in China.

Meestal gaat het dan om kruidenpoeders en pillen, soms zijn er meer controversiële ingrediënten. Dat ­medicijnmakers van olifanten en tijgers moeten afblijven, erkent ook China, maar de pennen van een stekelvarken bevinden zich in grijs gebied.

Op Wangs boerderij komen regelmatig handelaars langs die voor medicijn­producenten de pennen en staartjes van zijn beesten kopen. De vraag is de afgelopen tien jaar alleen maar toegenomen. Niet alleen vanwege de ­medicinale werking, maar ook omdat het vlees zo lekker is. “Heel weinig vet. Zelfs van de oudere dieren blijft het zacht als zijde.” Van de baby’tjes kun je goed soep maken. De fokker krijgt er 350 yuan (bijna 50 euro) voor. De ­volwassen varkens leveren zo’n 1500 yuan (195 euro) per stuk op.

In het kantoor tilt Pan Mei een ­plastic tienliterfles op de salontafel. ­Alcohol getrokken uit de pennen van een stekelvarken, op een bedje van rode ginseng-bessen. Pao Jiu heet het en het is goed voor de gewrichten. “Beter dan cognac van Hennessy of Martell”, grijnst Wang, terwijl hij zijn sigaret ­uitdrukt in een grote glazen asbak. “Het helpt de doorstroom van het bloed. Je kunt het nergens kopen, ­alleen hier.” Vorig jaar verkocht hij naar eigen zeggen 600 van deze flessen, voor 2500 yuan (300 euro) per stuk.

Pan vult kleine plastic glaasjes tot de rand met gele likeur die de kaken verstijft. “Boeren kunnen het niet betalen, ze zijn te arm. Dit is voor mensen die wel van een drankje houden”, hint ze. Met een voorzichtig lachje kijkt ze even opzij naar haar man. Ze bedoelt hoge lokale ambtenaren, beaamt Wang.

Duizenden fokkerijen kunnen ten onder gaan

Een ander aspect dat de verbreding van de dierenbeschermingswet zo lastig maakt, is de armoedebestrijding. De lokale overheid deelt subsidies uit aan fokkers, die er een heel behoorlijk in­komen aan overhouden. Op zijn telefoon bladert Wang langs foto’s van de drie grote huizen die hij in het nabij­gelegen dorp laat bouwen. “Vóór het virus kreeg ik ieder jaar 300 yuan (40 euro) per stekelvarken van de overheid. Op de vergunning voor mijn bedrijf staat dat ik ze mag fokken. En nu willen ze dat ik ermee stop? Dat is onmogelijk!” Wangs bedrijf is een van de duizenden, lang niet allemaal even professionele fokkerijen die ten onder gaan als de regering de dierenbeschermingswet uitbreidt.

Een kippenkraampje op een markt in Shanghai. Beeld AFP
Een kippenkraampje op een markt in Shanghai.Beeld AFP

Dat de ambtenaren zo van de stekelvarkenlikeur houden, is een teken aan de wand dat het met dat verbod wel ­losloopt, meent Wang. “Ik maak me er geen zorgen over. Als jij een stekelvarken wilt fokken, dan geef ik jou er een. Niemand weet dat we handelen, behalve jij en ik.” In chatgroepen communiceert hij met honderden andere fokkers, in het hele land. Die roei je niet zomaar uit.

Op de Jiangcun-boerenmarkt in mega­stad Guangzhou, op drie uur rijden van Wangs fokkerij, lijkt dat uitroeien toch aardig gelukt. Aan vleeshaken hangt van alles, maar het blijft bij kippen, ganzen, varkensdarmen, poten en oren. Met water en een bezem maken slagers hun witte kunststoffen tafelbladen schoon. Water gutst door de straatjes tussen de kramen.

“Slang? Wie durft dat nog te ver­kopen?”, antwoordt een vrolijke vishandelaar op de vraag of hij wilde ­dieren verkoopt. “Niemand durft nu ­tegen de stroom in te gaan”, zegt hij, een mondkapje bungelend aan zijn kin. Het is de Chinese manier om te zeggen dat als de autoriteiten een vergrootglas boven je sector houden, je er maar beter ver van kunt wegblijven.

Een patrouillerende beambte in een geel hesje bekijkt de kramen aandachtig. Keek hij vroeger nog weleens de ­andere kant op, nu zijn er verkopers ­gearresteerd voor de verkoop van wilde beesten. Handelaren zijn gewaarschuwd. “Zelfs schildpadden mogen niet meer. Op deze markt zie je voor­lopig geen slangen, kikkers of hondenvlees meer,” zegt de visverkoper. Met enig aandringen blijkt dat er altijd wel iets te regelen is voor iemand die van ver komt en zo graag slang wil eten. “Als je echt wilt, kan ik er wel aankomen. Ik kan het je alleen hier niet verkopen.”

Overgangsregeling

De kritische blik op de wilde dierensector is een blijvertje, denkt Zhou ­Jinfeng van CBCGDF. “Normaal is de ­lokale uitvoering van zo’n wet verschrikkelijk slecht. Maar Covid-19 heeft alles veranderd. We hebben veel incidenten aangekaart. De lokale autoriteiten nemen het dit keer heel serieus en hebben de afgelopen maanden veel markten gesloten.” In een open brief aan het Volkscongres roept Zhou op om het publiek het recht te geven lokale autoriteiten aan te klagen als die weigeren de wet uit te voeren. “Zo kunnen gewone mensen meehelpen de natuur om hen heen te beschermen.”

Li Shuo pleit voor een overgangsregeling voor de fokkers. “We moeten erkennen dat strengere wetgeving gevolgen heeft voor hun levensonderhoud.” Een witte lijst met dieren die wel ­mogen worden gefokt, verhandeld, ­gegeten en gebruikt voor medicijnen, zou uitkomst kunnen bieden. “Zo ­bescherm je de natuur en voorkom je een nieuwe virusuitbraak.”

Overtuigd dat het er toch niet van komt, meent Wang dat een back-upplan niet nodig is. Achter de hokken voor de stekelvarkens staan een paar hokken leeg. Daar moeten pauwen ­komen, wijst de fokker. Ook een ­beschermde diersoort, maar hij wil ze niet opeten of verkopen. Het lijkt hem leuk als mensen uit de stad naar zijn beesten komen kijken. Dan kan hij ook meteen een maaltijd met stekelvarkenvlees serveren. Gewoon varken is 30 yuan (4 euro) per halve kilo, stekel­varkenvlees is
80 yuan. Dat hebben mensen er wel voor over, denkt hij.

De boer begrijpt het belang van de wet trouwens best, dierenbescherming is een goede zaak. “Vroeger hoorde je hier nooit vogels”, zwaait hij met zijn arm naar de bosjes waar het gevluchte stekelvarken onrustig ritselt. “Ze werden allemaal doodgeschoten.” Met haar vangnet in de aanslag vertelt Pan dat ze boeddhist is en als offer ieder jaar twee stekelvarkens vrijlaat – een mannetje en een vrouwtje. “Ze passen zich ­meteen aan het leven in het bos aan.”

Het ontsnapte stekelvarken blijft ondertussen zitten waar het zit, verscholen onder een wild bladerdek. Wang haalt hij zijn schouders op. ­“Stekelvarkens hebben een geheugen dat beter is dan dat van een hond. Als een mens hem niet doodmaakt, vindt hij zijn weg wel weer terug.”

Lees ook:

Dat het virus van een labvleermuis kwam, is niet aannemelijk, maar ook niet uitgesloten Dat een laboratorium de bron was van het nieuwe coronavirus is niet helemaal onmogelijk, er zijn in Wuhan verschillende laboratoria waar virussen onderzocht worden. Toch vinden de meeste deskundigen die theorie niet aannemelijk.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden