Topeconoom en pensioenexpert Lans Bovenberg gaat nu zélf met pensioen, en legt nog eens uit waarom Nederland volgens hem zo snel mogelijk over moet naar het nieuwe pensioenstelsel dat onlangs door de Tweede Kamer is gegaan.
Lans Bovenberg (64) is naar eigen zeggen niet zo van ‘de grote woorden’. Maar gaat het over pensioen, toch een behoorlijk gevoelig onderwerp in de maatschappij, dan durft de topeconoom en Tilburgse hoogleraar best een boude uitspraak aan.
“Ons huidige pensioenstelsel is doodziek”, zegt hij aan zijn keukentafel in het Brabantse Ulvenhout. Voor hem staat een enorme pastelgroene theepot te dampen, onder hem scharrelt de nieuwsgierige windhondpup Nina wat langs de stoelpoten.
Bovenberg vindt al heel lang dat de Nederlandse manier van pensioensparen op de schop moet, en heeft een grote rol gespeeld bij de totstandkoming van het nieuwe pensioenstelsel dat onlangs door de Tweede Kamer is aangenomen.
Nu gaat hij zélf met pensioen. Een goed moment om nog eens te vragen waar het volgens hem allemaal voor nodig is: de gigantische herverdeling van in totaal 1500 miljard euro aan pensioenvermogen.
Veel mensen zitten daar namelijk helemaal niet op te wachten. Vooral ouderen roeren zich. Zij willen alles liever bij het oude houden, maar dan wel een hogere uitkering. Dat is tegen het zere been van jongeren, die bang zijn dat er zo niets meer voor hen overblijft.
Waarom is het zo belangrijk dat dit nieuwe stelsel er komt?
“Met name om belangentegenstellingen tussen jong en oud te doen verdwijnen, zodat jongeren en ouderen niet meer vechtend over straat gaan. Ik hoop dat we dat hoofdstuk straks achter ons kunnen laten.”
In het huidige stelsel dragen werknemers hun pensioenpremies nog af aan één grote pot, waar zij per pensioenfonds samen met gepensioneerden in zitten. Uit die ene grote pot worden alle pensioenuitkeringen voor de ouderen betaald. Dus als die een hoger pensioen willen, bijvoorbeeld omdat de consumentenprijzen stijgen, dan gaat dat ten koste van de dezelfde pot waar jongeren over enkele decennia ook nog uit betaald moeten worden.
De afgelopen vijftien jaar was dat een constant terugkerend thema. Bijvoorbeeld als pensioenfondsen de uitkeringen van ouderen niet mochten verhogen, op last van strenge wettelijke regels. Sterker, de fondsen hadden die uitkeringen eigenlijk geregeld moeten verlagen. Op last van die strenge regels was er dan te weinig vermogen in kas om de huidige uitkeringen in stand te houden.
Telkens wist de ouderenlobby toch versoepelingen af te dwingen bij de politiek. Iets wat jongeren dan weer met lede ogen aanzagen. “Die denken dat er door al die versoepelingen niets meer in de pot zit als zij zelf straks oud zijn”, zegt Bovenberg. “Onderzoek laat zien dat jongeren daardoor gemiddeld weinig vertrouwen hebben in pensioen.”
In het nieuwe stelsel, dat nu bij de Eerste Kamer ligt en in de praktijk in 2027 moet ingaan, krijgt iedereen zijn eigen potje. Een verhoging voor de één, betekent dan geen derving voor de ander.
“Hopelijk komt er dan weer meer onderling vertrouwen tussen generaties. En ik zie dat eigenlijk breder dan alleen pensioen. Het klinkt misschien hoogdravend, maar ik denk dat het nieuwe pensioenstelsel voor meer vertrouwen kan zorgen in de héle samenleving. Nederland is momenteel erg gepolariseerd. Pensioen heeft daar als splijtzwam tussen oud en jong ook aan bijgedragen.”
Is pensioen echt zó belangrijk voor mensen dat onrust daarover een stempel drukt op onderlinge verhoudingen in de hele maatschappij?
“Pensioen raakt ons heel diep. Voor jongeren is het een zekerheid voor de lange termijn. Ouderen zijn er zelfs acuut van afhankelijk, het is hun inkomen. Maar het raakt mensen nog dieper dan dat: vooral ouderen ontlenen er vaak een deel van hun identiteit aan.”
Hoezo?
“Ze zien een goed pensioen als een teken van waardering voor hun bijdragen aan de samenleving. Jaren geleden maakte ik mij niet populair door als expert te pleiten voor een hogere pensioenleeftijd. Je wilt niet weten hoeveel brieven ik daarover kreeg van boze ouderen. Let wel: mensen die zélf al met pensioen waren, en dus helemaal niets zouden merken van een hogere pensioenleeftijd.
“Toch schreven ze me brieven, vaak heel ontroerende, en vaak met hun hele levensverhaal. Over dat ze vanaf hun achttiende hard hebben gewerkt, dat ze veel ellende hebben meegemaakt. Mogen ze nu dan niet eens meer genieten van hun pensioen? Dat een hogere pensioenleeftijd het hele stelsel voor de huidige gepensioneerden juist betaalbaarder maakte, kwam kennelijk niet bij ze op. Het zegt iets over hoe diep de emoties over pensioen zitten.”
Pensioen draait in essentie om vertrouwen, vindt u. Waarom is dat?
“Wie als jonge werknemer spaart voor zijn pensioen vertrouwt zijn geld voor een jaar of vijftig toe aan een ander. Dat is iets heel bijzonders, als je erover nadenkt. Het is een wonder dat we zoveel vertrouwen hebben gecreëerd dat mensen dat durven.”
Vertrouwen in pensioen is anders niet het eerste wat je hoort bij ouderen die zich laten horen in kranten en op sociale media.
“Daarom is dat nieuwe stelsel zo hard nodig. Eigenlijk zie ik de wet die net door de Tweede Kamer is gegaan als de afsluiting van een rouwproces. Als het einde van jarenlang conflict en gerommel.”
Bovenberg spreekt van een ‘rouwproces’ omdat mensen afscheid moeten nemen van een vorm van zekerheid. In het huidige stelsel wordt mensen nog een toezegging gedaan, een uitkering die je ‘gegarandeerd’ zou krijgen als je later stopt met werken. Maar die toezegging was in de praktijk vaak helemaal niet waar te maken, en zal daarom verdwijnen.
Door garanties los te laten hoeven pensioenfondsen straks niet meer over enorme vermogensbuffers te beschikken om een eventuele beurskrach of economische crisis mee op te vangen. Daardoor kan de uitkering eerder omhoog als het economisch goed gaat.
Tegelijkertijd zal het ook iets vaker voorkomen dat er gekort moet worden in de uitkeringen, al mag de pijn van tegenslagen op de beurs straks over meerdere jaren worden uitgesmeerd. Zo kunnen mensen slechte jaren compenseren met goede jaren, om te voorkomen dat ze er ineens op achteruit gaan.
“Dat pensioen onzekerder wordt is een wereldwijde trend, dat is in allerlei landen gebeurd. Ook in Nederland erkennen we nu eindelijk dat het idee van een gegarandeerde uitkering eigenlijk fictie is. Het verschil met andere landen is dat het rouwproces bij ons wat langer heeft geduurd.”
Er staat hier met liefst 1500 miljard euro ook wat meer spaargeld op het spel dan in de meeste landen.
“Klopt, en het is in die zin ook niet gek dat het even duurt voor mensen dit accepteren.”
Pensioenfondsen konden de uitkeringen jarenlang niet verhogen omdat zij last hadden van de lage marktrente. Sinds vorig jaar stijgt die rente weer, en direct konden de uitkeringen in december fors omhoog. Is een nieuw stelsel zo nog wel nodig?
“Ja, de rente is gestegen en de uitkeringen dus ook. Maar de reële rente [gecorrigeerd voor inflatie, red.] is nog steeds laag. Ouderen hebben dus wel wat meer pensioen gekregen, maar door de hoge inflatie gaan ze er per saldo alsnog op achteruit.
“En dat de uitkeringen nu omhooggaan, komt ook doordat de regels voor pensioenfondsen vorig jaar zijn versoepeld, vooruitlopend op het nieuwe stelsel. Zonder die versoepelingen waren de pensioenverhogingen helemaal niet zo groot geweest.”
Na jaren van de debat is het nieuwe pensioenstelsel nu door de Tweede Kamer, zodat de Eerste Kamer zich er dit voorjaar over kan buigen. Daarna staat er nog één grote horde voor de deur: het overzetten van al het pensioenvermogen in de huidige grote potten naar miljoenen individuele potjes.
Dat gaat verzet opleveren, veel gepensioneerden wíllen helemaal niet over. Zij hebben liever het oude stelsel met beloofde zekerheden. Maar in de nieuwe pensioenwet is geen individueel bezwaarrecht opgenomen. Mensen hebben dus geen keus, ze kunnen niet aan hun fonds vragen of ze in het oude systeem mogen blijven met hun geld.
Experts verwachten daarom veel rechtszaken van mensen die het overzetten van hun pensioenvermogen gaan aanvechten. Met een beroep op eigendomsrecht kunnen ze die rechtszaken nog wel eens winnen.
In dat geval zouden er de komende decennia twee pensioensystemen naast elkaar bestaan: het nieuwe, en een sterfhuisconstructie met de ouderen die van de rechter in het oude systeem mogen blijven zitten tot zij overlijden.
Vreest u die rechtszaken ook?
“Ja, die vrees ik zeker. Twee systemen naast elkaar in de lucht houden zou onpraktisch zijn, maar bovenal onnodig duur in de uitvoering. We kunnen de rechtszaken alleen voorkomen door heel goed aan mensen uit te leggen dat het nieuwe stelsel écht beter is dan het oude, met meer kans op een hoger pensioen en minder belangenconflicten.
“Dat betekent dat fondsen goed aan gepensioneerden moeten laten zien hoe hun verwachte pensioenuitkering eruit ziet in het nieuwe stelsel, ten opzichte van de huidige uitkering. Maar hier wreekt zich weer het gebrek aan vertrouwen. We kunnen nog zulke mooie sommetjes tonen, maar pensioenfondsen zijn voor veel mensen al bij voorbaat verdacht. Ik weet dus niet hoeveel die brieven aan gepensioneerden gaan opleveren. Maar je moet het wel proberen.”
Moet je mensen niet gewoon zelf kunnen laten beslissen of zij liever in het oude systeem blijven, of naar het nieuwe gaan? Neem je ze wel serieus als je hen die keuze ontneemt?
“Je kunt gepensioneerden ook keuzestress besparen, ze tegen zichzelf beschermen door voor hen te bepalen dat het nieuwe stelsel gewoon beter is. Vroeger vertrouwde de bevolking veel meer op experts, die volgde je gewoon sneller. De samenleving is nu veel meer geïndividualiseerd. We vertrouwen de keuze of we over willen gaan naar een nieuw pensioenstelsel liever niet meer toe aan pensioenexperts, en gaan daar liever zelf over.
“Maar die keuze is ontzettend ingewikkeld. Veel boze ouderen doorzien dat niet goed. Ze dénken dat ze het doorzien. Ik voorspel dat ze vooral verdriet zullen krijgen als ze over een paar jaar merken dat hun uitkering achterblijft bij die van mensen die een andere keus hebben gemaakt.”
Nederland stond op internationale ranglijstjes altijd in de top drie met beste pensioenstelsels ter wereld. Is dat nog steeds zo als we het oude pensioenstelsel achter ons laten?
“Zeker. Wij stonden niet bovenaan omdat we zogenaamd zekerheid bieden aan ouderen. Wij stonden bovenaan omdat we zoveel sparen, omdat we zoveel premie inleggen. Daar verandert het nieuwe stelsel niets aan. Door al dat sparen tijdens het werkzame leven, en door de AOW-uitkering, leven hier veel minder ouderen in armoede dan in andere landen. En dat blijft zo.”
Lees ook:
Stemgedrag van pensioenfondsen strookt niet met hun groene doelen
Slechts één pensioenfonds, PME, stemt consequent pro-klimaat op aandeelhoudersvergaderingen. De rest geeft gemengde signalen af aan de olie- en gasindustrie en de banken waarin ze beleggen.