Toekomstvisie 2120
Over honderd jaar eten we wier in ons houten huis
Het aanzien van Nederland zal de komende jaren flink veranderen doordat het klimaat verandert, concluderen onderzoekers van de Wageningen University & Research. ‘Veel tijd hebben we niet, we moeten nu echt haast maken.’
Alle lidstaten van de Verenigde Naties ondertekenden in 2015 het Klimaatakkoord van Parijs, maar met de uitwerking ervan vlot het nog steeds niet. Toch moet de opwarming van de aarde beperkt blijven tot 2 graden, anders zijn de gevolgen groot.
“Nederland heeft zich altijd goed kunnen aanpassen aan het klimaat, maar de toename van de uitstoot van broeikasgassen en de opwarming van de aarde door menselijk handelen zijn ongekend”, schrijven zeventien wetenschappers van de Wageningen University & Research (WUR) in het rapport ‘Nederland in 2120’. “De stijgende zeespiegel, de grotere kans op weerextremen en de oplopende temperatuur bedreigen de economie en het welzijn in ons land.” Het zijn problemen die we nooit eerder meemaakten, maar waarvoor wel een oplossing moet komen. Maar welke?
“Iedereen leest of hoort dagelijks hoe ons klimaat aan het veranderen is en hoe slecht het gaat met onze biodiversiteit”, zegt Tim van Hattum, programmaleider klimaat bij de WUR en een van de initiatiefnemers van het project. “Mensen worden lamgeslagen met doemscenario’s, zoals dat een derde van ons land onder water zal staan. We zullen naar een langetermijnoplossing toe moeten en dat is wat we met deze visie willen bieden.”
We moeten veel beter met de natuur samenwerken
“In het laatste rapport van het internationale klimaatpanel IPCC is uitgerekend dat de zeespiegel de komende 100 jaar met 1,5 meter kan stijgen”, zegt Martin Baptist, mariene ecoloog bij de WUR en mede-initiatiefnemer van het project. “Daartegen kunnen we ons nog beschermen. Maar op de langere termijn moeten we wel de wereldwijde klimaatafspraken halen en de CO2-uitstoot reduceren. Anders heeft Nederland een probleem.”
Het speerpunt van de toekomstvisie van Baptist en Van Hattum is dat we veel beter met de natuur zouden moeten samenwerken. Baptist: “We hebben de natuur nodig op allerlei gebieden. Bijvoorbeeld om hoogwater te bestrijden: als je natuur voor de dijken aanlegt, breekt die de golven. Of je creëert natte moeraszones, die het water op peil houden en daardoor van binnenuit druk tegen de dijken geven, zodat die niet gemakkelijk breken.”
Door de stijging van de zeespiegel kan straks het water vanaf het vasteland niet meer zo gemakkelijk naar zee worden afgevoerd. “We hebben een heel grote buffer, waarin we tijdelijk water kunnen opslaan: het IJsselmeer”, zegt Baptist. Om het water meer ruimte te geven, zouden dubbele oevers moeten worden aangelegd. Rivieren zoals de IJssel en de Maas moeten breder worden gemaakt, om de extreem grote hoeveelheden water te kunnen verwerken.
Meer woningen in hoger gelegen gebied van Nederlan
De onderzoekers denken in hun rapport verder vooruit, mocht het water toch verder stijgen dan verwacht, omdat het niet is gelukt de opwarming te beperken tot twee graden. “We kunnen straks het best woningen neerzetten in de hoger gelegen gebieden, zoals Zuid- of Oost-Nederland. Ook moeten we daarheen langzaam onze economische centra verplaatsen”, zegt Baptist. “Dat betekent niet dat we de andere steden en de Randstad opgeven, maar we moeten in de toekomst meer nadruk leggen op het hogere deel van Nederland.”
Bovendien gaan steden er anders uitzien. “Nu heb je nog een duidelijk onderscheid tussen natuurgebieden en steden, maar wij willen de natuur in de stad brengen”, zegt collega Van Hattum. Dat betekent groen begroeide gevels, groen begroeide daken en huizen gemaakt van hout. Groene straten en pleinen laten de temperatuur dalen en nemen makkelijker overtollig regenwater op. “Daarnaast willen we dat er straks twee keer zoveel bos is in Nederland. Niet alleen om woningen van te bouwen, maar ook omdat bomen CO2 opnemen.”
Ook kunnen de rivieren plaats bieden aan drijvende woningen. “Op de klimaatdijken langs de rivieren, die veel breder zijn dan de dijken die we nu kennen, kunnen woningen worden gebouwd en kan energie worden opgewekt”, schrijven de onderzoekers.
We eten straks vooral flexitarisch of vegetarisch
Het eten verandert in de toekomst, verwachten de wetenschappers ook. Mensen zullen voornamelijk flexitarisch of vegetarisch eten. De ontwikkeling minder vlees te eten zie je nu al, daarin zijn we over honderd jaar verder, voorspellen de onderzoekers. Dat heeft ook gevolgen voor de voedselvoorziening. “Het totaal aan landbouwgrond is in 2120 gehalveerd ten opzichte van nu, de veehouderij is tot een derde van de productie geslonken”, aldus het rapport.
Ons dieet zal diverser zijn, verwacht Baptist. Een mooi voorbeeld daarvan zijn de zogeheten oestervelden ten noorden van de Waddeneilanden. Baptist: “Tot eind 19e eeuw lag hier een uitgestrekt gebied vol oesters, ook wel de oestergronden genoemd. Die werden eerst handmatig geoogst, maar met de industriële revolutie kwamen er machines en zijn de oesters door overbevissing verdwenen.” Over honderd jaar kunnen we weer van die oestervelden hebben, denkt Baptist: juist omdat we veel windmolenparken willen bouwen en de harde ondergrond een goede oppervlakte is voor de oesters. Ook krabben, kreeften en zeewier zijn een goede variant op ons dieet.
Landbouw, akkerbouw en veeteelt zouden alleen nog op plekken moeten plaatsvinden die daarvoor geschikt zijn. Baptist: “We bedrijven nu landbouw op zandgrond, wat niet praktisch is. Er zitten te weinig voedingsstoffen in de grond, we kunnen daar beter bos van maken. En veeteelt doen we op veenweide, wat ook niet zo’n goed idee is omdat deze weiden veel methaan en CO2 bevatten. Veel beter kunnen we daar natte natuur van maken en het veen laten aangroeien, zodat Nederland een steviger bodem krijgt. We zakken flink door al dat gedraineer.”
Land- en akkerbouw zouden straks volgens hem op de rijke zeekleigronden moeten, zoals in Zeeland, de Flevopolder of in Groningen en bovendien volledig circulair zijn. “We gebruiken dan de mest van de veeteelt voor de akkerbouw, en restproducten van de akkerbouw als voeding voor het vee. Zo maken we de kringloop weer rond.”
Bij alle besluiten houden we rekening met biodiversiteit en duurzaamheid
Maar wat betekent de ingekrompen landbouwgrond voor onze exportopbrengsten? “We kunnen op minder oppervlakte hoge opbrengsten halen met hoogwaardige gewassen. En we blijven in Nederland een dienstensector, ook over honderd jaar”, verwacht Baptist. “We blijven een doorvoerland met havens. Aan die gunstige positie verandert niets. Bovendien zijn we van oudsher een handelsland, onze bankensector is hier bijvoorbeeld vrij groot.”
Hoe haalbaar zijn deze plannen, als we tegenwoordig zien dat de drang naar winst voor de investeerders het toch vaak wint van het algemeen belang? Baptist denkt dat Nederlanders minder kapitalistisch zullen worden. “In ons toekomstperspectief gaan we toe naar een natuurinclusieve samenleving, waarin bij alle besluiten de gevolgen voor biodiversiteit, duurzaamheid en natuur worden afgewogen.”
We moeten zo snel mogelijk onze CO2-uitstoot terugdringen én ons gaan aanpassen aan een 2 graden warmere wereld, zeggen beide onderzoekers. Van Hattum: “Veel tijd hebben we niet, we moeten nu echt haast maken.” Baptist: “Ik houd me eraan vast dat bepaalde ontwikkelingen nu al gaande zijn. Kijk naar de uitspraak van de Hoge Raad in de Urgenda-zaak: onze visie is niet zo heel erg utopisch, maar gebaseerd op ontwikkelingen die we nu al zien en die versterkt zullen worden doorgezet .”
Lees ook:
De onontkoombare verwoesting door de stijgende zeespiegel in beeld gebracht
Fotojournalist Kadir van Lohuizen reisde de wereld over naar plekken die door zeespiegelstijging worden bedreigd. Hij sprak met experts en met bewoners die hun boeltje moeten pakken omdat de grond waarop ze generaties woonden, onleefbaar zal worden. Er is een stille ramp gaande, waarschuwt Van Lohuizen.
Onheilsprofeten die stijging van de zeespiegel voorspellen negeren wetenschappelijke kennis
De wetenschap ontzenuwt soms alarmerende berichten over de zeespiegel-stijging, schrijft geofysisch consultant Robert Sambell in een opiniestuk in Trouw.
Grote studie IPCC naar oceanen: doe iets, of de zeespiegel stijgt drastisch
De klimaatverandering heeft een verwoestend effect op de oceanen, de ijskappen en de poolgebieden, schrijft het IPCC, het klimaatcomité van de Verenigde Naties, in zijn laatste rapport.