Living Planet Report

Meer natuurherstel kan voorkomen dat ‘alledaagse’ dieren verdwijnen

Dieren waar het niet goed mee gaat:  de kwabaal,  het donker pimpernelblauwtje, het konijn, de adder en de egel.  Beeld Colourbox, Getty, ANP
Dieren waar het niet goed mee gaat: de kwabaal, het donker pimpernelblauwtje, het konijn, de adder en de egel.Beeld Colourbox, Getty, ANP

De natuur in Nederland is nog steeds in slechte staat, blijkt uit het net verschenen Living Planet Report Nederland. Om alledaagse soorten te redden is meer herstel nodig. Dat lukt al langs de rivieren, maar op land nog nauwelijks.

Onno Havermans

Een egel in de tuin, een konijn in de duinen, een patrijs op het boerenland, hoe vaak zien we ze nog? Omdat hun leefgebieden dreigen te verdwijnen, nemen niet alleen bijzondere dieren- en plantensoorten in aantal af, maar ook alledaagse. Dat blijkt uit het vierde Living Planet Report Nederland, dat donderdag is gepresenteerd.

Het Wereld Natuur Fonds (WWF), Naturalis en negen soortenorganisaties, beschrijven daarin hoe de natuur in Nederland zich sinds 1990 ontwikkelt. De Nederlandse natuur is nog steeds in slechte staat, stellen ze vast. In open natuurgebieden als duin en heide daalde de populaties van diersoorten gemiddeld met 60 procent. In agrarisch gebied, ruim de helft van de oppervlakte van Nederland, zijn de wilde dierenpopulaties in 33 jaar gehalveerd. Hoopvol stemt het herstel van onderwaternatuur.

Te veel stikstof, verdroging en versnippering van natuurgebieden zijn de belangrijkste oorzaken, dat is geen verrassing meer. Ze versterken elkaar. Om de achteruitgang te stoppen moeten we bodem-, water- en luchtvervuiling tegengaan, minder mest en bestrijdingsmiddelen gebruiken, overgangszones aanleggen tussen natuurgebieden en uitputting van de bodem voorkomen.

Meer ruimte

Tegelijk moet ook de natuur meer ruimte krijgen, stellen de natuurexperts. Natuurbescherming helpt, maar is niet genoeg. Onder de titel Kiezen voor natuurherstel pleiten ze voor grootschalige herstelmaatregelen om het verlies aan biodiversiteit te stoppen en het verdwijnen van leefgebieden te voorkomen.

Helpen we de natuur een handje, dan geeft ze daarvoor ook veel terug. Schoon drinkwater, voedsel, opvang van droogte en wateroverlast door klimaatverandering, kustbescherming, een prettige plek voor recreatie en een oplossing voor de stikstofcrisis, somt het rapport op.

Het rapport, naar voorbeeld van de internationale Living Planet-rapportage van WWF, is gebaseerd op trendgegevens die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) sinds 1990 bijhoudt. In de Living Planet Index zitten gegevens over 30 soorten zoogdieren, 161 broedvogels, 7 reptielen, 16 amfibieën, 30 vissen, 56 libellen en 51 dagvlinders. Daarnaast is gekeken naar trendcijfers over planten van het Landelijk Meetnet Flora.

Sommige soorten doen het goed, andere juist helemaal niet. Het leefgebied speelt daarbij een belangrijke rol. In duinen, op heide en in agrarisch gebied gaat de natuur nog altijd achteruit. In bossen gaat het veel beter dan in andere gebieden. In zoet water en moerassen heeft natuurherstel zichtbaar effect al is het nog niet genoeg.

Kwetsbare soorten als konijn en tapuit hebben het moeilijk door het dichtgroeien van het duingebied. Met het verlies aan akkerkruiden in het agrarisch gebied verdwijnen vlinders en boerenlandvogels als scholekster en veldleeuwerik. En bij gebrek aan bosschages en heggen is er geen plaats meer voor haas, hermelijn en eikelmuis. Agrarisch natuurbeheer is tot op heden onvoldoende effectief gebleken, constateren de natuurorganisaties in het rapport.

Onderwaternatuur

De onderwaternatuur laat zien dat natuurherstel zinvol is. Langs rivieren, in moerassen en in het IJsselmeer zijn de populaties van diersoorten eind vorige eeuw met 50 procent toegenomen en vanaf begin deze eeuw gestabiliseerd. Dieren als de otter en de bever doen het uitstekend, watervogels en vissen goed tot redelijk.

De waterkwaliteit is beduidend minder slecht dan voor 1990, toen de rivieren vol giftige stoffen zaten, maar ze is nog altijd ondermaats. Er moet nog veel verbeteren om Nederland in 2027 te laten voldoen aan de Europese normen voor schoon oppervlaktewater en grondwater (de Kaderrichtlijn Water).

Bossen worden ouder en gevarieerder waardoor hier levende dieren als de specht en sommige vleermuissoorten het beter doen dan voorheen. In steden en dorpen doen dieren het slecht, met als uitzondering de slechtvalk. Daarentegen neemt het aantal plantensoorten in de stad snel toe: inmiddels komen zo’n achthonderd soorten, ruim de helft van de flora, voor in de bebouwde omgeving.

Stijgers en dalers

Soorten waarmee het (relatief) goed gaat: ​

Otter: Toppredator die begin deze eeuw is uitgezet in Oost-Nederland doet het goed dankzij verbindingen met natuurvriendelijke oevers en betere waterkwaliteit. Bleek deze week na ruim zestig jaar terug in de Biesbosch.

Slechtvalk:​ In duikvlucht het snelste dier op aarde, doet het goed in de stad, waar nestkasten op hoge gebouwen zorgen dat hij hier steeds meer gaat broeden.

Moeraswolfklauw: Een van de eerste planten die ooit, honderden miljoenen jaren geleden, op landoppervlak groeiden. Gered door natuurherstel.

Bever​: In 1988 geherintroduceerd in de Biesbosch en sindsdien zo succesvol dat zijn graafwerk nu soms voor problemen zorgt. Profiteert van natuurherstel en zorgt daar zelf ook voor met zijn dammen.

Franjestaart: ​Vleermuizen die leven in bossen, zoals de franjestaart, profiteren er net als spechten van dat die bossen steeds ouder worden.

​Waar het niet goed meegaat:​

Egel ​Veel egels zijn slachtoffer van het verkeer. Ook hebben ze last van droogte (de egelopvang zit vol verzwakte dieren), versnippering van het landschap en intensieve landbouw.

Donker pimpernelblauwtje ​Deze vlinder vliegt nog maar op een paar plekken in Nederland. De populaties zijn zó klein dat de soort bijna volledig was verdwenen nadat de berm waarin de vlinder leeft per ongeluk was gemaaid.

Adder ​De enige gifslang in Nederland heeft last van verdroging door klimaatverandering, versnippering van het landschap en te intensief beheer.

Konijn​ De grootste daler onder de zoogdieren, vooral door virusinfecties. Omdat het zandige leefgebied dichtgroeit door stikstofdepositie is herstel lastig.

Kwabaal De enige zoetwatersoort uit de familie van de kabeljauwen is tegenwoordig zeldzaam door de ingrepen in het watersysteem ten behoeve van de landbouw en de slechte waterkwaliteit.

Lees ook:

‘De natuur is onze bondgenoot tegen de problemen die zich ophopen’

Zelfs alledaagse soorten dreigen uit Nederland te verdwijnen, blijkt uit het laatste rapport over de staat van de natuur

Doe zoals op de Veluwe, creëer overal nieuwe landschappen

De Veluwe is wellicht het bekendste natuurgebied van Nederland. Maar ooit was het landbouwgebied, tot landbouw er niet meer mogelijk was. En nu is dit voormalige boerenland hét voorbeeld waar we in Nederland naar toe zouden moeten: een rewilding-landschap avant la lettre.

Op de biotop is Nederland voor mooie doelen, maar die omzetten in regels valt tegen

Opnieuw wil Nederland van Brussel een uitzondering als het gaat om Europese natuurregels. Maar op weg naar een groene economie kan duidelijkheid juist helpen.

Nederland heeft nog zeker 150.000 hectare nieuwe natuur nodig voor biodiversiteit

Nederland steunt het doel dat 30 procent van land en zee in 2030 moet zijn beschermd. Dan moet er nog flink wat natuur bij, zegt milieuwetenschapper Stefan Pasma.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden