Bestuivers
Hoeveel hommels en wilde bijen mogen sterven door pesticiden? De Europese Commissie weet het nog niet
De Europese Commissie wil nog geen drempelwaarde vastleggen die stelt hoeveel hommels en wilde bijen kunnen sterven door pesticidegebruik. Nederland wil een drempel van 7 procent.
De bescherming van hommels en solitaire (wilde) bijen is zo ingewikkeld, dat de Europese Commissie nog niet wil vastleggen hoeveel van deze bestuivers om mogen komen bij het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Voor honingbijen legt Europa de drempel bij een sterfte van 10 procent, maar van de 68 hommelsoorten en 1900 soorten wilde bijen zijn onvoldoende gegevens beschikbaar om te kunnen inschatten hoeveel gif hun populaties kunnen verdragen.
Landbouwminister Henk Staghouwer liet de Tweede Kamer maandag weten dat Nederland een drempel wil van 7 procent voor alle bestuivers. Hij gaat dan ook niet akkoord met het voorstel van de Europese Commissie om voorlopig geen drempelwaarde voor hommels en wilde bijen vast te leggen in het zogeheten bijenrichtsnoer, een Europese procedure waarover de lidstaten dinsdag en woensdag in Brussel hebben vergaderd. Het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) had de minister geadviseerd wel in te stemmen met het voorstel van de Commissie, maar Staghouwer volgt twee door de Kamer aangenomen moties van de Partij voor de Dieren, dat voor hommels en solitaire bijen de maximaal toelaatbare sterfte 7 procent is.
Veldstudies
Net als bij de honingbijen is Nederland daarmee strenger dan andere lidstaten. Hoewel de in de vergadering ingenomen standpunten niet openbaar zijn, is al eerder gebleken dat sommige landen een ruimere drempel willen. Al sinds 2013 is Europa het niet eens over het bijenrichtsnoer. De Europese Commissie moet uiteindelijk de knoop doorhakken, maar zoekt naar overeenstemming.
Het Ctgb benadrukt dat geen drempel niet betekent dat er geen bescherming is. Uitgangspunt is nu dat een gewasbeschermingsmiddel geen negatieve effecten op de populatie hommels en wilde bijen mag hebben. Veldstudies moeten laten zien of bestuivers sterven door het gif. Die aanpak is vergelijkbaar met de beoordeling van milieurisico’s voor vogels, zoogdieren en waterorganismen, legt het Ctgb uit. Bijkomend voordeel is dat die veldstudies nieuwe data opleveren over de hommels en solitaire bijen. Hoeveel het er zijn en welke soorten waar voorkomen, bijvoorbeeld.
Niet iedereen is er gerust op dat uitstel van de beslissing gunstig uitpakt voor de bijen. “Je hebt een lage drempelwaarde nodig om sterfte door pesticiden terug te dringen”, zegt Sonne Copijn van Bee Foundation. “Net zoals je in een woonwijk niet harder dan 30 km per uur mag rijden voor de veiligheid. Dit is uitstelgedrag, daar worden populaties van bestuivers niet beter van.”
Lees ook:
Bij toelaten van landbouwgif telt nieuwste kennis niet altijd mee
Het Europese hof buigt zich over de vraag of Nederland strenger moet zijn bij het toelaten van giftige bestrijdingsmiddelen. Nu tellen de laatste inzichten niet altijd mee.
Niet alleen de honingbij, álle bestuivers hebben bescherming nodig
Negen milieuorganisaties en zeven hoogleraren doen een beroep op minister Schouten om dinsdag in Brussel aan te dringen op betere bescherming van wilde bijen en hommels.