Olievervuiling

Hoe Nederland het olielozingenprobleem op de Noordzee onder controle kreeg

Het Nederlandse Kustwachtvliegtuig is onder meer uitgerust met radarapparatuur om oneffenheden op het water vast te stellen. Beeld Rijkswaterstaat
Het Nederlandse Kustwachtvliegtuig is onder meer uitgerust met radarapparatuur om oneffenheden op het water vast te stellen.Beeld Rijkswaterstaat

Wereldwijd zijn illegale lozingen nog altijd een probleem, maar dat geldt slechts in beperkte mate voor Nederland. Hier is het ‘onder controle’, zeggen experts en controlerende instanties. Hoe kan dat?

Maarten van Gestel

Na een dag op het strand maakte de moeder van Michiel Visser – nu 54 en toen 10 – zijn voeten naderhand schoon met petroleum. “Ik ben opgegroeid op Scheveningen, en dat was toen normaal.” Petroleum werd in de jaren ‘70 en ’80 standaard gebruikt als reinigingsmiddel om de stookolie af te poetsen. “Altijd als ik van het strand kwam, zat mijn hele handdoek onder het teer.”

Ook Kees Camphuysen (62) heeft herinneringen waar jongeren van nu zich weinig bij voor kunnen stellen. Als hij als tiener in de winter over het strand van IJmuiden liep, zag hij daar steevast met olie besmeurde lijken van zeevogels liggen. “Mensen gingen met die olieslachtoffers de straat op, om aandacht te vragen voor dat onrecht. Want laten we wel wezen: zeelieden kieperden gewoon alles overboord. Die gaven echt niet om het milieu.”

Inmiddels is van zulke teervogelslagvelden in Nederland geen sprake meer. “De situatie is enorm verbeterd”, zegt Visser, die twaalf jaar in het Kustwachtvliegtuig over de zee vloog. Ook marine-ecoloog Camphuysen, verbonden aan het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (Nioz), zag de ecologische ramp op Nederlandse wateren wonderbaarlijk genoeg zo goed als verdwijnen.

Schepen lozen nog steeds illegaal oliewater op zee, ook in Europese wateren

In Europa worden jaarlijks duizenden mogelijk illegale olielozingen op zee waargenomen door satellieten. Slechts in 1,5 procent van de gevallen controleren lidstaten of er oliewater is geloosd, blijkt uit onderzoek van Lighthouse Reports en Trouw.

Veel minder oliewaterlozingen

Dat het Nederlandse deel van de Noordzee schoner is geworden als het gaat om olieverontreinigingen, blijkt uit de cijfers van de Kustwacht en Rijkswaterstaat. In 1997 werden zo’n achthonderd oliewaterlozingen vastgesteld, in 2005 waren dat er nog zo’n honderd en de afgelopen jaren lag het aantal steeds onder de tien. In heel 2021 vloog de Kustwacht zo’n 1300 uur boven de Noordzee, en werden slechts zeven olielozingen vastgesteld.

Die afname is goed nieuws voor planten en dieren die op en rondom de Noordzee leven. Camphuysen doet sinds 1974 onderzoek naar olieniveaus bij aangespoelde zeevogels. Waar in de jaren tachtig nog vaak 80 procent van de dode vogels op het strand onder de olie zat, was dat in de winter van 2021 nog maar tussen de 1 en 1,5 procent. “Het was weer een extreem schoon jaar.” In zijn ogen, benadrukt hij, is het lage aantal oliewaterlozingen op de Nederlandse wateren sowieso een goed nieuws-verhaal. “Dat mag ook weleens in de krant”, lacht hij.

Michiel Visser, nu nautisch adviseur bij de Incidentenorganisatie van Rijkswaterstaat, vloog van 2001 tot 2012 zelf in het Kustwachtvliegtuig. Ook hij zag hoe het probleem van olielozingen op Nederlandse wateren ‘onder controle’ kwam. “In het begin zag ik soms tien olieverontreinigingen per vlucht. Aan het eind had ik meer vluchten waar ik niets zag, en vooral genoot van de mooie zonsopgang.”

Het aantal vastgestelde olieverontreinigingen op Noordzeelanden van 1990 tot 2021. Nederland in het lichtblauw. Beeld Bonn Agreement
Het aantal vastgestelde olieverontreinigingen op Noordzeelanden van 1990 tot 2021. Nederland in het lichtblauw.Beeld Bonn Agreement

Strengere milieuregels

Hoe kan de situatie in Nederland zo verbeterd zijn? Sinds desastreuze olierampen in de jaren zestig en zeventig wordt volgens Camphuysen op Europees niveau serieus werk gemaakt van strengere wetgeving om olievervuiling op zee terug te dringen. Maar daarmee was het probleem niet opgelost. Voor inspectiediensten en politie bleef het in de jaren tachtig en negentig lastig om daadwerkelijk boetes uit te delen. ”Iedereen dumpte nog steeds olie op zee. Als er een inspectievliegtuig overvloog, zwaaide bemanningsleden doodleuk naar de piloot. De pakkans en boetes waren nihil.”

Marine-ecoloog Kees Camphuysen van het Nioz. Beeld Kees Camphuysen
Marine-ecoloog Kees Camphuysen van het Nioz.Beeld Kees Camphuysen

Sinds begin deze eeuw is de situatie op Nederlandse wateren verbeterd. Dat komt omdat de Noordzee in 1997 na lang aandringen werd aangewezen als een ‘special area’, waar strengere milieuregels gelden. De hoeveelheid olie in water die legaal geloosd mocht worden, werd fors beperkt, naar de maximale 15 ppm (parts per million).

Noordzeelanden gingen actief samenwerken, verhoogden soms hun boetes voor het lozen van olie en intensiveerden hun controles. Landen gingen steeds meer gebruik maken van satellietbeelden, en vliegtuigen werden uitgerust met sensoren die oneffenheden op het water konden vaststellen. Sinds 2007 helpt het Europees Agentschap voor Maritieme Veiligheid (EMSA) lidstaten om milieudelicten op zee vast te stellen, via het geavanceerde satellietsysteem CleanSeaNet. Visser noemt dat “een heel mooi gereedschap”, mits je als land de middelen hebt om er ook op de handhaven.

Ook door scherpere regels voor schepen, de verplichting om op havens olie af te staan, en de technologie aan boord die alles registreert, lijken olielozingen op het Nederlandse deel van de Noordzee tegenwoordig een relatieve zeldzaamheid. Opvallend, gezien het feit dat het Nederlandse deel van de Noordzee een van de drukst bevaren zeestraten ter wereld is. Visser denkt dat het mede komt doordat Nederland relatief veel surveillancevlieguren maakt, ook ’s nachts. Ter indicatie: het hele Verenigd Koninkrijk maakt zo’n 700 vlieguren per jaar, het kleine Nederland 1300. “Het is mooi dat we op dit punt zijn gekomen”, zegt Visser van Rijkswaterstaat.

Niet mogelijk om altijd te kijken

Toch wordt er op Nederlandse wateren waarschijnlijk veel meer oliewaterwater geloosd dan de vastgestelde zeven gevallen in 2021. Het Europese CleanSeaNet-systeem maakt maximaal twee keer per dag een radarbeeld van het Nederlandse deel van de Noordzee, en ziet dus lang niet alles. Op basis van die beelden geeft het jaarlijks duizenden meldingen van mogelijke lozingen, waar vaker niet dan wel een vliegtuig naartoe wordt gestuurd. Visser legt uit dat het soms op basis van de satellietbeelden duidelijk is dat er geen sprake is van een olielozing. Maar hij geeft ook toe toe dat het qua inspectiecapaciteit simpelweg niet mogelijk is om altijd te gaan kijken.

Milieuwaakhond SkyTruth ziet verdachte activiteiten, soms ook op de Nederlandse Noordzee

Satellietbeelden van milieuwaakhond SkyTruth tonen hoe de MTM Vancouver op 1 september 2020 uit de haven van Rotterdam vertrekt. De olietanker is eigendom van een bedrijf uit Singapore en een bedrijf uit Panama, en zet koers naar naar de haven van Karlshamn in Zweden. Aan het signaal dat het schip elke 10 tot 20 minuten uitzendt, is vanuit maritieme centra te zien hoe het vaart, in een rechte lijn, tot zo’n tachtig kilometer van de Nederlandse kust. Dan maakt het een scherpe bocht naar het noordoosten, en verdwijnt het signaal, waarvan het schip bij wet verplicht is om het uit te zenden. Pas acht uur later verschijnt het schip weer op de radar. Op satellietbeelden is ondertussen alleen een donker spoor van 35 kilometer lang te zien. Dat zou kunnen betekenen dat de bemanning van de MTM Vancouver een illegale lozing van oliewater deed, maar om dat duidelijk te krijgen moet met een vliegtuig worden vastgesteld dat het om een minerale lozing gaat. Omdat de Kustwacht niet bij elke mogelijke lozing ter plaatsen kan zijn, en vanwege het ‘uitgevallen’ signaal, valt moeilijk vast te stellen of een schip zich in dezen schuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit.

Het vermoedelijke oliewaterspoor op 1 september 2020, deels in Nederlandse wateren.› Beeld SkyTruth
Het vermoedelijke oliewaterspoor op 1 september 2020, deels in Nederlandse wateren.›Beeld SkyTruth

Hoe schadelijk zijn de resterende olielozingen op Nederlandse wateren nog? Experts verschillen hierover van mening. De Zweedse ecotoxicoloog Kerstin Magnusson onderzocht de effecten van lage doseringen geloosde olie, en vond mogelijke schade bij kleine organismen. De hoeveelheid olie die legaal geloosd mag worden werd bepaald in de jaren ’70, terwijl er nu vier keer zoveel scheepvaart is. Tien schepen die afvalwater met 15 parts per million olie lozen zullen niet zo’n probleem zijn voor dieren, zegt zij, maar vijfduizend schepen die dat doen mogelijk wel. Ook onderzoek van de Europese Commissie uit 2018 wees op mogelijke schade bij kleine zeedieren. In de ogen van Magnusson moet de maximaal toegestane hoeveelheid olie die geloosd mag worden, daarom worden herzien.

Maar de Nederlandse ecotoxicoloog Edwin Foekema van Wageningen Marine Research denkt niet dat de opgetelde hoeveelheid van de legale oliewaterlozingen op de Noordzee een bedreiging vormen voor ecosystemen. “Als je vijftien milligram olie per liter mag lozen, dan kan je zestigduizend liter water lozen voordat je één liter olie hebt. Eén liter olie op de Noordzee heeft niet echt impact. Tuurlijk kan je er net een individuele vogel mee raken, maar het heeft denk ik geen ecologisch effect.” Foekema benadrukt ook dat olie, anders dan bijvoorbeeld PFAS-stoffen, in het water door bacteriën wordt afgebroken. “Het hoopt zich dus ook niet op.”

Zorgen over klimaatverandering

Hoewel Nederlandse experts op het gebied van olielozingen vooral goed nieuws zien, hopen zij dat de aandacht voor andere milieuproblemen op zee niet verslapt. Camphuysen wijst op het gevaar van plastic en microplastics, die in de magen en darmen van vissen belanden. Als het gaat over milieuproblemen op zee en het bedreigen van diersoorten, maakt de marine-ecoloog zich daarnaast ‘extreme zorgen’ over klimaatverandering. Foekema vindt dat er meer onderzoek gedaan moet worden naar Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS) in zee, zoals PFAS, waar ook relatief weinig kennis is over de gevolgen voor mens en milieu, maar waarvan wel duidelijk is dat ze nauwelijks uit de natuur verdwijnen. Olie doet dat wel. Daarnaast ziet hij dat het groene aandachtspunt van de scheepvaart vooral zit in het terugbrengen van emissies, en nieuwe soorten brandstof. “Olielozingen was veertig jaar geleden het hot topic. Die uitlaatgassen zijn dat nu. Daar is ook voor Nederlandse wateren nog werk aan de winkel.”

Nautisch adviseur Michiel Visser. Beeld Rijkswaterstaat
Nautisch adviseur Michiel Visser.Beeld Rijkswaterstaat

Visser blijft vanuit Rijkswaterstaat het Kustwachtvliegtuig inzetten op het voorkomen van olielozingen. “Het aantal olielozingen zal hier nooit nul worden. Je hebt altijd mensen die door rood licht rijden.” Hij hoopt dat meer geavanceerde satellieten en het gebruik van drones het aantal milieuverontreinigingen op de Noordzee in de toekomst nog verder zal doen afnemen. Op dit moment worden Europese wateren gemonitord door een satelliet die in een baan rond de aarde gaat, en dus maar twee keer per dag een beeld kan maken van een gegeven gebied. Een stilhangende satelliet – die continu filmt wat er op Europese wateren gebeurt – zou volgens Visser een mooie stip op de horizon zijn. Ook milieuwaakhond SkyTruth hoopt op een toekomst waarin oceanen continu in beeld zijn.

Nioz-onderzoeker Camphuysen denkt dat controle nodig is, maar vermoedt tegelijkertijd niet dat al die inspecties het belangrijkst zijn geweest in het terugdringen van olieverontreinigingen op de Noordzee. “De pakkans en boetes waren nihil, en die zijn dat nog steeds.” Hij wijt het succes vooral aan het toegenomen milieubewustzijn bij zeevarenden. Ook Visser denkt dat de toekomst van de oceanen niet alleen in de handen is van technologische controle-snufjes. Aandacht voor milieu op zeevaartscholen is volgens hem minstens zo belangrijk. “Ik heb zelf ook de zeevaartschool gedaan, in de jaren ‘80. Toen was er al wat aandacht voor milieu en lozingen. Gelukkig is dat sindsdien sterk toegenomen, zeker in Nederland.”

Lees ook:

Schepen lozen nog steeds illegaal oliewater op zee, ook in Europese wateren

In Europa worden jaarlijks duizenden mogelijk illegale olielozingen op zee waargenomen door satellieten. Slechts in 1,5 procent van de gevallen controleren lidstaten op tijd of er oliewater is geloosd, blijkt uit onderzoek van Lighthouse Reports en Trouw.

VN eensgezind achter bindend verdrag om plasticvervuiling wereldwijd te stoppen

Er komt een bindend verdrag dat de plasticvervuiling wereldwijd moet stoppen. Dat is woensdag unaniem besloten op de milieuconferentie van de VN in Nairobi.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden