Bodemonderzoek

Gemeenten moeten op gif in de grond gaan controleren, maar dat kunnen ze helemaal niet

 Chemours in Dordrecht.  Beeld ANP
Chemours in Dordrecht.Beeld ANP

Het Rijk legt controlerende taken voor gifstoffen in de bodem neer bij alle gemeenten. Maar kennis daarover ontbreekt vaak.

Maarten van Gestel

Kleine en middelgrote gemeenten zijn niet in staat om gifstoffen in de bodem te onderzoeken, zoals het Rijk van ze gaat eisen. Ze ontberen kennis en het ontbreekt ze aan kundig personeel. Toch maakt het Rijk ze verantwoordelijk voor bodemonderzoek naar zogenoemde ‘zeer zorgwekkende stoffen’ (ZZS).

Provincies en gemeenten zijn al verantwoordelijk voor de controle op de uitstoot van de giftige stoffen, van grote bedrijven zoals Tata Steel maar ook van kleinere bedrijven. Het gaat om het verlenen van vergunningen, behandelen van meldingen, om handhaven en toezicht houden. Voor de bodem waren eerder alleen de provincies en de 29 grootste gemeenten verantwoordelijk. Met de nieuwe Omgevingswet, die op 1 januari 2023 moet ingaan, krijgen alle gemeenten die verantwoordelijkheid. Maar de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) concludeert in een eigen onderzoek dat bij gemeenten onvoldoende kennis is over deze giftige stoffen, zowel in de controles waarvoor ze nu al verantwoordelijk zijn, als over gifonderzoek in de bodem.

De ‘zeer zorgwekkende stoffen’ zijn zo’n vijftienhonderd chemische verbindingen waar het RIVM voor waarschuwt, waaronder een aantal Pfas. Ze kunnen bij langdurige blootstelling schadelijk zijn en verdwijnen nauwelijks uit het milieu. Met de Pfas-crisis in het achterhoofd – waar de bouw volledig werd stilgelegd vanwege de aanwezigheid van giftige stoffen in de bodem – maken burgemeesters zich nu grote zorgen. “We moeten een volgende crisis voor zijn”, zegt Tjeerd van der Zwan, burgemeester van Heerenveen. “Maar als we zo doorgaan weet ik niet of dat gaat lukken.”

Inzicht in giftige stoffen

Uit een praktijkproef van de VNG in de Achterhoek blijkt dat veel kleine tot middelgrote bedrijven zelf te weinig op de hoogte zijn van de giftige stoffen die zij de omgeving in brengen. Ook bij omgevings- en inspectiediensten schiet de kennis soms tekort. Van der Zwan en collega-burgemeesters maken zich zorgen omdat het Rijk de verantwoordlijkheden wel decentraliseert, maar de kennis en kunde niet. De gemeenten vragen meer samenwerking tussen overheidsinstanties, meer mensen voor toezicht, en geld om het inzicht in giftige stoffen op orde te krijgen, om te beginnen 10 tot 15 miljoen voor de bodem. Ook moet er een ZZS-helpdesk komen voor bedrijven die niet goed weten met welke giftige stoffen ze werken en hoe ze de uitstoot daarvan moeten minimaliseren.

De Heerenveense burgemeester ziet om zich heen vooral aandacht voor uitstoot van giftige stoffen van grote bedrijven zoals Tata Steel. “Er is weinig aandacht voor wat kleine tot middelgrote bedrijven in de regio uitstoten.” Schildersbedrijven, metaalverwerkers, aluminumproducenten: juist dit soort bedrijven werken mogelijk met stoffen die bij langdurige blootstelling schadelijk kunnen zijn. Ook het RIVM deelt de zorgen dat het lastig is om alle ZZS in beeld te krijgen, zegt ­RIVM-onderzoeker Nicole Janssen. “Vooral op gemeentelijk niveau.”

Gemeenten meer verantwoordelijk

De zorgen bij gemeenten passen in een trend waarbij het Rijk steeds verantwoordelijkheden bij hen neerlegt, terwijl de gemeenten niet voldoende toegerust blijken. Heerenveen onderzoekt bijvoorbeeld de aanleg van een ondergronds waterreservoir en de mogelijkheid tot gasboringen. “Daarvoor heb je kennis nodig”, zegt Van der Zwan. “Die is er nu vaak nog te weinig.”

Behalve voor geld en betere samenwerkingen pleit de VNG voor een ZZS-pact, vergelijkbaar met het Klimaatakkoord. Daarbij moet nadrukkelijk aandacht zijn voor kleinere en regionale bedrijven die giftige stoffen in het milieu brengen. Al die kleine emissies samen vormen ook een significante milieubelasting.

Lees ook:

We krijgen te veel chemicaliën binnen en daar kunnen we weinig aan doen

Via voedsel en drinkwater krijgen mensen in Nederland te veel Pfas binnen. Maatregelen hebben pas op de lange termijn effect omdat deze chemicaliën bijna overal in zitten, hardnekkig zijn en zich makkelijk verspreiden.

Lees ook:

Schepen lozen nog steeds illegaal oliewater op zee, ook in Europese wateren

In Europa worden jaarlijks duizenden mogelijk illegale oliewaterlozingen op zee waargenomen. Slechts in 1,5 procent van de gevallen controleren lidstaten op tijd, blijkt uit onderzoek van Lighthouse Reports en Trouw.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden