Onderzoek
Friese boeren kregen mogelijk miljoenen te veel schadevergoeding voor ganzenvraat
Betalingen aan boeren zijn deels gedaan voor schades die zich uiteindelijk niet voordeden.
Volgens onderzoek wordt de omvang van door ganzen aan grasland aangebrachte schade te vroeg geschat. Hierdoor zijn betalingen aan boeren deels gedaan voor schade die zich uiteindelijk niet voordeed. Het gras herstelde zich na een groeispurt in de lente.
Vergoedingen aan boeren voor schade aan grasland door grazende ganzen zijn mogelijk jarenlang op onjuiste aannames vastgesteld. Vooral schadevergoedingen in Friesland zijn waarschijnlijk te hoog geweest.
In 2018 is er aan Friese boeren ongeveer 4,5 miljoen euro uitgekeerd voor schade door brandganzen en grofweg 1,5 miljoen voor grauwe ganzen. Maar de betalingen zijn deels gedaan voor schades die zich uiteindelijk niet voordeden, blijkt uit onderzoek in opdracht van Provinciale Staten van Friesland.
Groeistuip
De omvang van de schade wordt volgens de onderzoekers te vroeg geschat. Grasland dat in de winter en het vroege voorjaar door ganzen is bezocht, herstelt zich in korte tijd volledig. De onderzoekers stellen vast dat de grasgroei in april en mei zowel op begraasde als op niet-begraasde landerijen gelijk is. Gras maakt in april tot aan ‘de eerste snede’ een groeistuip door en wordt dan alsnog bijna net zo lang als gras dat niet door ganzen is bezocht.
Maar de schadetaxaties beginnen doorgaans al eind maart, als de groeispurt nog moet beginnen. “Daardoor wordt de schade mogelijk te hoog ingeschat”, aldus het onderzoeksverslag van ecologisch bureau Altenburg & Wymenga en vogelonderzoekers van Sovon.
Faunaschade
Het provinciebestuur ziet dat anders. “Wij gaan ervan uit dat de schadevergoedingen terecht zijn uitgekeerd”, aldus de Friese gedeputeerde Johannes Kramer. Hij wijst er op dat de taxaties altijd volgens de regels zijn uitgevoerd door Bij12, de organisatie die namens de provincies de faunaschade afwikkelt. Maar Friesland voorziet wel dat de schadetaxaties in de toekomst ‘mogelijk aangepast moeten worden’.
De studie ligt nu bij Provinciale Staten van Friesland. In een persbericht stelt de provincie dat er ‘niets verandert voor grondgebruikers, zolang de onderzoeken nog lopen’. De methode van taxatie en de schadevergoedingen worden vooralsnog niet aangepast. Maar ook zegt de provincie: “Er kunnen juridisch gezien geen tegemoetkomingen verstrekt worden voor schade die er niet is”.
Eigen risico voor Friese boeren
De uitkeringen voor faunaschade in Nederland zijn gestegen van 12 miljoen in 2010 tot ruim 28 miljoen euro in 2017. Het overgrote deel van die vergoedingen ging naar schade door ganzen op grasland. Friesland kreeg veruit het meeste geld – omdat in die provincie in verhouding veel ganzen overwinteren. Vorig jaar daalde het totale bedrag aan uitkeringen in Nederland met 5 miljoen. Dat kwam volgens Bij12 mede door invoering van een eigen risico voor Friese boeren en doordat er door het koude voorjaar van 2018 en de droge zomer waarschijnlijk minder ganzen waren.
Vooruitlopend op nieuw Europees beleid om schade aan landbouwgewassen door ganzenvraat tegen te gaan, ontwikkelde Friesland een eigen aanpak. Zo’n 21.000 hectare is in Friesland aangemerkt als voedselzoekgebied voor ganzen. Waar elders in Nederland de ganzen in de wintermaanden met rust worden gelaten, worden in deze provincie de ganzen verjaagd als ze neerstrijken op grasland dat niet is aangewezen als foerageergebied. Om de ganzen te verjagen, wordt er ook op de dieren geschoten. Uit het onderzoek blijkt dat er buiten de foerageergebieden nu veel minder ganzen grazen.
De onderzoekers stellen in hun rapport dat er sinds 2004 per gans gemiddeld steeds meer schade is uitgekeerd. Voor de grauwe gans wordt de hoeveelheid gras die één dier per jaar vreet geschat op 1000 kilo. De onderzoekers stellen dat dit drie keer zo veel is als wat een grauwe gans per jaar kán opeten. Mogelijk wordt een fors deel van de ‘ganzenschade’ veroorzaakt door andere dieren zoals veldmuizen, waarvoor aparte schaderegelingen bestaan.
Lees ook:
In Nederland is het gras het groenst
Veertig jaar geleden deden natuurbeschermers er alles aan om Nederland geschikt te maken voor wilde ganzen. Inmiddels landen er jaarlijks twee miljoen gakkende exemplaren, en niemand weet hoe de toestroom te stoppen. De vragen en feiten op een rij.
Ganzenakkoord sneuvelt door ruzie over winterrust
Het moeizaam gesloten Ganzenakkoord spatte in december 2013 uit elkaar. Het Ganzenakkoord was een afspraak tussen de provincies en zeven natuur- en landbouworganisaties over het beheer van de miljoenen ganzen in Nederland. Het akkoord zou op 1 januari 2014 van kracht worden, maar er is ruzie ontstaan over de winterrust voor de vogels.
Er zijn te veel ganzen om te schieten
Het staat nergens letterlijk omschreven, toch betekent het Ganzenakkoord de dood