De Japanse duizendknoop heeft allang niet meer de status van elegante tuinplant. Er lijkt nu een werkende oplossing te zijn om de snel verspreidende invasieve exoot te bestrijden.
De Japanse duizendknoop is een goedbewapende exoot, die zich in de verzwakte Nederlandse natuur meer dan thuis voelt. De plant ziet er met zijn zachte, heldergroene blaadjes en holle rode stengels uit als een onschuldige kruising tussen bamboe en kornoelje. In werkelijkheid heeft duizendknoop de genetische loterij onder planten gewonnen. Binnen een enkel groeiseizoen kan de plant tot wel vier meter hoog worden en ook onder de grond groeit de plant als kool.
Onderzoeksbedrijf Soontiëns Ecology bekeek met Janneke van der Loop, ecoloog bij stichting Bargerveen, hoe het meest gevaarlijke deel van de plant – de wortels – onschadelijk kunnen worden gemaakt. Onder veel omstandigheden en in elke grootte kunnen de worteldelen uitgroeien tot een reuzenkruid. Een exotenbestrijder of terreinbeheerder kan bijvoorbeeld Japanse duizendknoop met wortel en tak hebben verwijderd en de volgende zomer weer een monocultuur van de welig tierende invasieve soort aantreffen.
Maaien, begraven of elektrocuteren
Van der Loop heeft keer op keer gezien waar zo’n monocultuur op uitdraait. “Door de snelle groei neemt Japanse duizendknoop zo veel nutriënten, zonlicht en ruimte op, dat er geen andere planten kunnen groeien. Op het moment dat die planten verdwijnen, blijven ook de dieren die op die planten afkomen weg. Oftewel: geen insecten, geen zoogdieren en andere fauna. Qua natuurwaarde had het net zo goed een parkeerplaats kunnen zijn. Alhoewel, een parkeerplaats heeft vaak nog meer waarde voor dieren, omdat ze erop kunnen liggen om op te warmen.”
De plant heeft in de afgelopen decennia vooral bekendheid vergaard door haar dure aanwezigheid in stad. Daar veroorzaken de wortels schade aan structuren zoals wallen en dijken. De bovengrondse stengels kunnen het zicht rondom snelwegen belemmeren en gevaarlijke verkeerssituaties veroorzaken.
De economische schade en de kosten voor bestrijding lopen al jaren op, vooral in Amsterdam. Een heel scala aan maatregelen wordt ingezet om de plant de kop in te drukken – maaien, afgraven, begraven, begrazen, steriliseren, elektrocuteren, bevriezen, of juist verhitten – maar telkens met beperkt succes.
Vrolijk doorgroeien na de slaapstand
Zelfs als het lukt om Japanse duizendknoop te verwijderen, is de plant nog niet onschadelijk gemaakt. “Als je hem afgraaft en naar een andere locatie vervoert, vindt de Japanse duizendknoop dat helemaal niet erg. Hij groeit vrolijk door. In feite heb je hem daar geplant en bijgedragen aan de verspreiding.
“Als je met duizendknoop besmette grond naar een zanddepot brengt, wil niemand de grond meer hebben, zeker niet voor de aanleg van een dijk of een talud. Rijkswaterstaat dekte besmette grond al af met een meter zand om te voorkomen dat de plant terug zou groeien, maar de duizendknoop kwam gewoon op wanneer de plek na een jaar weer werd geopend. Net als bloembollen heeft duizendknoop een slaapstand en kan op elk moment weer groeien.”
Volgens André van den Berg van Rijkswaterstaat kan de plant zelfs na vier jaar onder de grond nog opkomen: “Als je dan het zeil weghaalt en je gaat de grond weer gebruiken, kan er een klein restje Japanse duizendknoop weer tot leven komen. Wanneer je dat goed in de gaten houdt en drie jaar achter elkaar in de zomer langsgaat en elk plantje dat je ziet uittrekt, dan ben je er waarschijnlijk van af.”
Een andere, snellere optie is thermisch reinigen, oftewel verhitten. Van den Berg: “Maar dat is peperduur en je bent al het nuttige leven ook kwijt: al het organisch materiaal, de schimmels, de aaltjes, de bacteriën. Het is een noodmaatregel die we het liefst zo weinig mogelijk nemen.”
De wortels leggen binnen drie maanden het loodje
Het tergend langzame begravingsproces wilden Van der Loop en haar collega’s versnellen. Ze vonden de oplossing in het verzuipen van de worteldelen, ‘inunderen’ in meer wetenschappelijke bewoording. De onderzoekers vulden twaalf grote tonnen met zand, legden daar worteldelen van de Japanse duizendknoop op en bedekten die vervolgens met nog een meter zand. De helft van die tonnen werd ook nog gevuld met water zodat de plant constant onder water stond.
“Als een Japanse duizendknoop aan de oppervlakte ligt, groeit het gewoon uit. Toen het een meter onder de grond en onder water lag, hebben we alle gasuitwisseling en nutriëntenopname gestopt. De plant is eigenlijk gestikt, net als zou gebeuren als je je eigen hoofd te lang onder water houdt.”
In plaats van de vier jaar die Rijkswaterstaat aanhield, hoeft de plant nu maar zes maanden onder de grond te zitten om te worden uitgeschakeld. In sommige gevallen is dit zelfs nog sneller. “Wat we in dit project ontdekt hebben is dat de worteldelen in de winter kiemkrachtiger zijn dan in de zomer. De plant heeft net zoals wij mensen energie te verdelen en doet dat volgens een bepaald bioritme.
“In de zomer zit die energie in de stengels en bladeren boven de grond, maar in de winter wordt het allemaal opgeslagen in de worteldelen. Als je ‘s zomers de bovengrondse biomassa maait, is de plant verzwakt en neem je een deel van de kiemkracht weg.” Na afdekken en inunderen leggen deze zomerse worteldelen binnen drie maanden al het loodje en kan de grond waarin ze groeiden weer worden gebruikt voor de aanleg van dijken, taluds of bermen.
De bestrijding is op elke locatie weer anders
“Dit is niet dé oplossing, maar twee stukjes van een grotere puzzel.” Bescheidenheid siert de onderzoeker wanneer het op invasieve exoten aankomt. Regelmatig ziet Van der Loop een ondernemer met slimme marketing de enige oplossing tegen Japanse duizendknoop aanprijzen. Onmogelijk, zo meent de ecoloog, omdat de bestrijding van Japanse duizendknoop op iedere locatie weer anders is.
En al was Van der Loop verrast over de effectiviteit van inunderen, ze besefte dat volledige inundatie in praktijk lastig te bewerkstelligen is. “Een puzzelstukje dat we leggen is een oplossing voor wanneer je duizendknoop in een natuurgebied wilt bestrijden zonder ermee te slepen. Dan kan een terreinbeheerder er nu voor kiezen om een kuil te graven tot onder de grondwaterstand of zelf het grondwaterpeil te verhogen. Het waterpeil moet wel zo constant zijn dat de worteldelen zes maanden lang onder water blijven liggen.”
Dan is er de verwerking. “Wanneer je Japanse duizendknoop in een depot hebt liggen, is er geen plek in Nederland waar je naartoe kunt. Iemand die compost maakt wil het niet hebben, want het raakt niet gecomposteerd. Een zandverwerker wil het niet hebben, want dan heeft hij overal Japanse duizendknoop. Een verbrandingsoven wil het ook niet hebben, want met al het zand tussen de wortels ontstaat er glasvorming. Dan kan inunderen in een ondergronds depot een oplossing zijn.”
‘Je bent een dokter van een patiënt die niet beter wordt’
Van den Berg van Rijkswaterstaat is blij met de resultaten van de proef. “We hebben nu een goedkoop alternatief waarmee we Japanse duizendknoop zelfs op locatie kunnen uitroeien. Als dit echt thermisch reinigen kan vervangen gaat het ons veel geld en energie besparen. We moeten nog wel de faciliteiten voor inunderen zoeken, dat is de volgende stap.”
Zo wordt de bestrijdingspuzzel stukje voor stukje gelegd. Soms met gedegen voorbereiding, soms met voortschrijdend inzicht. Het beste resultaat bereiken bestrijders wanneer ze oplossingen combineren: bijvoorbeeld maaien én de waterstand verhogen, of afgraven én het planten van inheemse concurrenten.
Zelfs met het beste resultaat is volledige genezing van Japanse duizendknoop voor de Nederlandse natuur ver buiten zicht. “Als onderzoeker naar invasieve exoten ben je een dokter van een patiënt die niet beter wordt,” concludeert Van der Loop. “Al blijft de ziekte aanwezig, de levenskwaliteit van de patiënt kunnen we wel verbeteren.”
Lees ook:
De Japanse duizendknoop is een ‘horrorplant’, die het de haven van Rotterdam knap lastig maakt
Op talloze plekken in de haven van Rotterdam is de bijna onuitroeibare Japanse duizendknoop gezien. Het Havenbedrijf huurde ingenieurs in voor de bestrijding van het plantje.
Met wat hulp kan je de natuur zelf invasieve soorten laten wegpesten
Bioloog Janneke van der Loop wil met behulp van inheemse planten de strijd aanbinden met invasieve soorten, zoals de zich snel verspreidende watercrassula. Ze promoveerde begin november op de bestrijding van exoten in de natuur door het ecosysteem te versterken.