AnalyseStikstofcrisis
Brabant trekt aan de stikstofnoodrem; volgen nu meer provincies?
Noord-Brabant kent sinds vorige week een soort stikstofcrisis in het kwadraat. Moeten ook andere provincies nu een dik kettingslot om de vergunningverlening leggen? Zuid-Holland denkt van niet, andere provincies houden zich nog op de vlakte.
Er mocht al weinig, en nu mag er nog minder. Het Brabantse provinciebestuur zag zich vorige week genoodzaakt de stikstofteugels nog verder aan te trekken. “We doen dat niet lichtvaardig", benadrukte gedeputeerde Hagar Roijackers (GroenLinks) vrijdag tijdens een debat in Provinciale Staten. “We hebben stevig juridisch advies ingewonnen. Het liefst zou je zo'n ingrijpend besluit met twaalf provincies tegelijk nemen.”
Toch is Brabant voorlopig de enige provincie die aan de noodrem trekt. Er mag vanaf nu niets meer dat tot extra stikstof in de natuur leidt. Zelfs niet als die stikstofruimte gecompenseerd wordt, bijvoorbeeld door een stoppende boer uit te kopen. Die achterdeur – extern salderen in stikstofjargon – stond nog op een kier, maar zit nu dicht.
Dat is omdat de provincie vorige week de zogeheten ‘natuurdoelanalyses’ voor al haar natuurgebieden ontving. Die analyses moeten provincies voor alle beschermde natuur laten maken. En in Brabant, zo luidt de conclusie, is in alle gebieden sprake van verslechtering. De stikstofruimte van die stoppende boer móét dan wettelijk gezien naar natuurherstel gaan, zo is de analyse van het Brabantse provinciebestuur.
Andere provincies terughoudend
Brabant is een van de eerste provincies die alle natuurdoelanalyses heeft laten opstellen. Als die exercitie overal is voltooid, komen andere provincies dan tot dezelfde conclusie? Roijackers suggereerde met haar woorden van wel, maar in elk geval Zuid-Holland komt tot een andere slotsom. Ook die provincie is al klaar met de analyses, maar dat heeft niet tot een vergunningenstop als in Brabant geleid. Een vergunning krijgen voor extra stikstofuitstoot is daar weliswaar moeilijker geworden, maar niet onmogelijk. “We hechten eraan om aanvragen op hun specifieke inhoud en omstandigheden te beoordelen.”
Gelderland, Friesland en Overijssel zijn nog bezig met de analyses en geven aan niet op de uitkomsten vooruit te willen lopen.
Juridisch verstandig
Een echt juridisch oordeel over het Brabantse besluit zegt Chris Backes, hoogleraar omgevingsrecht aan de Universiteit Utrecht, niet te kunnen vellen. “Dan zou ik de natuurdoelanalyses eerst helemaal moeten lezen.” Dat zijn vijftien zware rapporten van meer dan tweehonderd pagina’s. Als daaruit inderdaad een verslechtering blijkt, noemt Backes het ‘juridisch, maar ook bestuurlijk verstandig’ om extern salderen even stop te zetten.
“Er zijn nog steeds geen gebiedsplannen die duidelijk aangeven wat er nodig is om de natuur te verbeteren”, benadrukt Backes. Die volgen binnenkort wel: voor 1 juli moeten provincies die bij het Rijk indienen. “Tot die tijd valt er veel voor te zeggen om een pas op de plaats te maken rond gebieden waar het slecht gaat.”
Of dat in elke provincie nodig is, valt volgens Backes te bezien. “Maar in delen van provincies met veel kwetsbare natuur en veel overbelasting door stikstof, bijvoorbeeld in Gelderland of Limburg, ligt deze conclusie ook voor de hand. Tenzij er al een plan ligt om de achteruitgang te stoppen en de kwaliteit van de natuur te verbeteren.”
Kritiek in Brabant
Het Brabantse besluit oogst bij rechtse partijen en boerenorganisaties veel kritiek. LTO Nederland noemt de natuurdoelanalyses ‘onduidelijk en oncontroleerbaar’ en vindt het ‘zeer zorgelijk dat de vergunningverlening op slot is gezet’. BBB spreekt in een ronkend campagnestuk van een ‘schandalige stop op vergunningen’. “Sinds 2015 is er veel minder vee in Noord-Brabant. Hoe kan dat dan, is minder vee dus geen oplossing?”
Verder krijgt een analyse van Alliantie, een andere politieke nieuwkomer, opvallend veel bijval. Daarin benadrukt kandidaat-statenlid Henriëtte van Hedel vooral dat er in de natuurdoelanalyses erg veel onbekend is. Dat klopt: in veel gebieden staat een groot aantal natuurindicatoren op rood ‘door kennisgebrek’. In alle gevallen staan er óók indicatoren op rood omdat de doelen niet in zicht zijn.
Ook spreken diverse partijen van een ‘bureaustudie’: de analyses zouden vooral een verzameling reeds bekende gegevens opsommen, zonder dat de natuur ter plaatse echt is beoordeeld. Roijackers benadrukte dat er ook waarnemingen in het veld zijn verricht.
Lees ook:
Brabant gaat op slot om de natuur te laten overleven
Door de slechte staat van de natuur moet Brabant rigoureus ingrijpen. Geen enkel project met een stikstofeffect krijgt nog een vergunning. Ook niet als de extra stikstofneerslag elders wordt gecompenseerd.