Nederlandse ondernemers maken producten met olifantsgras erin. Die metershoge halmen passen als grondstof goed in de Parijs-afspraken. Maar de regels zijn er nog niet klaar voor.
De zoektocht naar nieuwe, circulaire materialen levert soms verrassende samenwerkingen op. Zo gingen in 2016 een boer en een bouwbedrijf met elkaar in zee. Het afval van de één kon de ander goed gebruiken als grondstof. In dit geval was ook het materiaal dat werd uitgewisseld opmerkelijk. De boer leverde de bouwer namelijk olifantsgras: een elk jaar weer 3,5 meter hoog groeiende grassoort uit Zuid-Oost Azië. Dat verbouwde de boer al een tijdje op zijn voormalige aardappelvelden naast Schiphol. De luchthaven compenseerde hem daarvoor, want olifantsgras lokt vergeleken met aardappels een stuk minder in de weg vliegende ganzen.
Elk jaar maaide de boer het metershoge, uitgedroogde gras af om als stro te gebruiken in zijn stallen. Tot bouwer Jaap Schotanus daar lucht van kreeg. Zijn vriendin vertelde over het olifantsgras op de boerderij van haar paard en Schotanus wilde daar wel eens iets nieuws mee proberen. Nou ja, nieuw. Hij liet zich eigenlijk inspireren door de Romeinen, die hun beton al verstevigden met gras. Het werd een leerzaam experiment voor Schotanus die tot dan toe allerlei producten verkocht van ‘ouderwets, grijs beton’. “Ik voel me intussen een halve bioloog”, zegt hij. Hoewel hij zelf pas sinds kort echt begrijpt waarom het olifantsgras, ook wel miscanthus, in zijn beton nou eigenlijk niet rot, verkoopt hij inmiddels al jaren
Stoepranden, tegels en fietspaden
Zijn bedrijf Bio Bound werkt met een circulair businessmodel. “We nemen oud beton in, brengen dat terug tot zand, grind en cement en mengen dat met miscanthus weer tot betonmortel voor nieuwe producten”, zegt hij. “Als die over zestig jaar kapot gaan, doen we weer hetzelfde spelletje. Dan kan eindeloos doorgaan.” Na het akkoord van Parijs in 2015 leek het Bio Bound voor de wind te gaan. Olifantsgras neemt al groeiend CO2 uit de lucht en vervangt zand, een niet-hernieuwbare grondstof. Maar de verkoop gaat toch nog niet zo hard als Schotanus zou denken. Overheden práten volgens hem meer over duurzaam inkopen dan ze eraan dóen.
Gemeenten proberen miscanthusbeton wel kleinschalig uit, maar voor de echte bulk – stoepranden, tegels en fietspaden – zijn ze terughoudend. “Ook wel begrijpelijk”, zegt Schotanus. “Ons land zit vol met regels en afspraken over duurzaamheid en kwaliteit. En als het mis gaat zitten zíj met de ellende.” Om aan te tonen dat de tegels niet kapot gaan van bevriezing of strooizout, investeerde Bio Bound 25.000 euro in een certificering bij inspectiebedrijf Kiwa. Maar zelfs met dat bewijs op zak is het niet makkelijk. Aan tafel bij gemeenten kan hij altijd rekenen op veel enthousiasme van de wethouder en mensen uit de afdelingen ontwerpen, duurzaamheid en beheer en onderhoud. Maar ze vragen vervolgens wel waar de tegels al tien jaar liggen. “Het is een noviteit!”, roept Schotanus uit. Als hij dat zegt, willen gemeenten liever nog even wachten. “Dan worden ze ineens volgers.”
FSC-keurmerk kan helemaal niet
Nieuwe materialen zijn in theorie gewild, maar in praktijk nog moeilijk te verkopen. Dat merkt ook het bedrijf Vibers, dat olifantsgras verbouwt op braakliggende terreinen. “Als je iets nieuws verzint, lig je per definitie voor op de regelgeving”, zegt oprichter Jan-Govert van Gilst droogjes. Toen hij in 2011 begon met miscanthuspapier, had hij dat nog niet zo door. De eerste vier duizend kilo was hij al in een paar dagen kwijt, aan vooral zzp’ers in de duurzame hoek. Dat werd lastiger toen hij grotere volumes wilde verkopen aan gemeenten.
Een vraag die hij vaak terugkreeg was of het olifantsgras wel een FSC-keurmerk had. “Dat betekent dat het uit duurzaam beheerde bossen komt”, zegt Van Gilst, “maar olifantsgras komt niet uit een bos!” Zijn contactpersonen geloofden wel dat het gras biologisch was en zelfs meer CO2 opsloeg dan een bos, maar de procedures in hun organisaties veranderden ze niet zomaar. Geen enkele gemeente kocht zijn papier. “Dat lag ook aan andere dingen, hoor. Het was bijvoorbeeld duurder dan papier uit China.”
Terwijl Van Gilst zijn miscanthuspapier bleef verbeteren, keek hij naar ander materiaal. Sinds een vakantiebezoek aan de vervuilde stranden van Borneo stortte hij zich op bio-plastic. Hij ontwikkelde een folie op basis van olifantsgras, waarmee productiebedrijven op bestaande machines verpakkingen kunnen maken. Maar dat doen ze natuurlijk alleen als het folie voldoet aan alle eisen. Van Gilst is nog bezig aan zijn lange weg door de Europese regelgeving. Zo is er een lijst van stoffen die je voor plastic voedselverpakkingen mag gebruiken. Olifantsgras staat daar niet op. Het materiaal moet eerst allerlei tests doorlopen voor het verpakken van groenten, vlees en vetten en weer andere tests voor de verschillende niveau’s van composteerbaarheid. Vibers’ verpakking slaagt voor veel, maar dat is niet genoeg.
Binnenkort ook in voedselverpakkingen
Van Gilst: “Productiebedrijven en supermarkten weten vaak niet hoe het precies zit en besluiten uit veiligheidsoverwegingen dat nieuwe verpakkingen moeten voldoen aan álles. De toetredingseisen voor biobased materialen liggen daarom veel hoger dan voor materialen die zich in de afgelopen zeventig jaar al hebben bewezen.” Olifantsgras staat binnenkort wel op de lijst toegestane producten voor voedselverpakkingen, zegt Van Gilst. “Maar mijn concurrenten mogen dat straks ook gebruiken. Al het geld en de tijd die we daar als Vibers in hebben gestoken, is dan bijna onmogelijk om terug te verdienen.” Van Gilst is verder geen tegenstander van de regels, benadrukt hij. “Maar je hebt het er als pionier wel mee te doen.”
Om de klimaatdoelstellingen te halen vindt Schotanus van Bio Bound dat de overheid gedurfder moet inkopen. “Zet de piketpaaltjes ietsje wijder. Want als je blijft zeggen dat je het over een paar jaar wel ziet, zijn die start-ups er straks niet meer.”
Bio Bound mag nu het bedrijventerrein Schiphol Tradepark – van twee gemeentes en één provincie – inrichten met miscanthusbeton. Vanaf de stoepranden en tegels kun je straks het olifantsgras bij de boer zien staan. Voor die klus investeerde een partner van Bio Bound in nieuwe apparatuur om miscanthus – veel lichter dan zand – automatisch af te wegen. Dat deed Schotanus tot nu toe met emmers. Die professionalisering in de keten van olifantsgras is volgens Schotanus te danken aan de inkoopkracht van de overheid.
Lees ook:
Olifantsgras is goed voor alles
Het is geen riet, en het is geen bamboe. Maar Nederland kan er van alles mee, berichtte Trouw in 2012 al eens. De cellulose is ook bruikbaar voor biobrandstof of bioplastic. En de vezels zijn te verwerken tot kleding, papier, spaanplaat en biobeton.
Lees ook:
Olifantsgras op bedrijventerrein bij Schiphol
Boeren uit Haarlemmermeer zijn in 2013 begonnen met het planten van olifantsgras op het nog te ontwikkelen bedrijventerrein A4 Zone West bij de luchthaven Schiphol. Er moest uiteindelijk 60 hectare olifantsgras worden aangelegd, besloot de gemeente Haarlemmermeer.