NS-jaarcijfers

2022 was een ‘zwaar en vervelend jaar’, en toch denken de NS er goed voor te staan

Reizigers in de ochtendspits op station Utrecht. Op dinsdag en donderdag is het tegenwoordig het drukst in de trein.  Beeld ANP, Ramon van Flymen
Reizigers in de ochtendspits op station Utrecht. Op dinsdag en donderdag is het tegenwoordig het drukst in de trein.Beeld ANP, Ramon van Flymen

Stevige verliezen, een groeiende schuld, reizigers die na de coronacrisis niet meer terugkomen. En toch denken de NS dat ze er ‘rooskleurig’ voor staan.

Hanne Obbink

Het goede nieuws is: sinds de NS half december de nieuwe dienstregeling invoerden, vallen er minder treinen uit, zijn ze minder vaak te vol en hebben reizigers vaker een zitplaats. Zelfs in vergelijking met de maand januari vóór de coronapandemie, toen tekorten aan personeel de NS nog nauwelijks parten speelden.

Slecht nieuws is er ook. De NS vervoerden in 2022 nog steeds 20 procent minder mensen dan voor corona, met als gevolg een verlies op de ‘gewone’ inkomsten en uitgaven van 304 miljoen euro. Dat er onder aan de streep toch geld overbleef, is te danken aan een paar buitengewone posten. Zo werden de NS in 2022 gecompenseerd door de overheid voor de inkomstenderving door corona, met de zogeheten beschikbaarheidsvergoeding van 274 miljoen euro.

Geen zwaar gemoed bij NS-topman

Wat is belangrijker, het goede of het slechte nieuws? Misschien toch het goede. Althans, zo kijkt NS-topman Wouter Koolmees ertegenaan. “Ik zit hier niet met een zwaar gemoed”, zei hij bij de presentatie van de jaarcijfers. “We staan er rooskleurig voor.” Gezien de aard van die cijfers nogal opmerkelijk. Hoezo rooskleurig?

De resultaten over 2022 zijn níet gunstig. ‘Ruimschoots onvoldoende voor een financieel gezonde NS’, meldt het spoorbedrijf zelf. De vooruitzichten voor 2023 en 2024 zijn al evenmin florissant. De belangrijkste oorzaak zijn de structureel lagere reizigersaantallen. De NS verwachten dat veel forenzen die tijdens de pandemie wegbleven niet meer terugkomen.

Wat ook niet helpt, is dat de NS in 2023 geen beschikbaarheidsvergoeding meer krijgen en dat de inflatie veel meer kost dan de stijging van de ticketprijzen oplevert. De afgelopen jaren is de schuld van de NS al opgelopen van 1,2 naar 1,8 miljard euro.

Iedereen snapt: treinen moeten blijven rijden

Hoe valt dan het ‘gemoed’ van Koolmees te verklaren? Allereerst door de perspectieven op de langere termijn. Ook al hebben veel forenzen afgehaakt, vanwege de groei van de bevolking zullen de NS desondanks vanaf 2026 weer net zoveel treinreizigers vervoeren als voor de pandemie, verwachten onderzoekers. Mét de bijbehorende inkomsten.

Daarmee zijn de financiële gaten niet meteen gedicht, zeker niet voor de komende jaren. “Daarover zijn we in gesprek met het ministerie van infrastructuur”, zei financieel topman Bert Groenewegen erover, zonder te willen toelichten waarover precies. “Iedereen snapt dat de treinen moeten blijven rijden. Ik verwacht dat we eruit komen.”

Het moet van twee kanten komen, zegt Groenewegen. De NS zijn al sinds 2020 bezig hun kosten terug te dringen, en dat moet 1,4 miljard euro opleveren. Het bedrijf wil ook blijven investeren – er zijn bijvoorbeeld zestig nieuwe intercitytreinen besteld. Daarvoor moeten de NS op eigen kracht geld zien te lenen. “Maar dat lukt alleen als we kunnen laten zien dat we rendement leveren.”

2022 mag zich niet herhalen

Vandaar dat de NS ook bij de overheid aankloppen, in elk geval om te praten over de kosten van de concessie, het recht om op het zogeheten hoofdrailnet te rijden. De NS betalen zo’n 170 miljoen euro per jaar om treinverkeer op dat net en op de hogesnelheidslijn te mogen exploiteren. Maar dat hoofdrailnet levert tegenwoordig slechts verlies op. In 2025 gaat een nieuwe concessie in (die het kabinet tot woede van andere vervoerbedrijven opnieuw aan de NS wil gunnen), en het ligt voor de hand dat de NS er minder voor willen betalen of er de eerste jaren zelfs subsidie voor willen.

Zo moet het op termijn goed komen, met het nieuws over januari misschien als eerste signaal van betere tijden. 2022 was een ‘zwaar en vervelend jaar', vindt Koolmees, met veel treinuitval vanwege tekorten aan conducteurs en machinisten. “We willen voorkomen dat 2022 zich herhaalt.” In de tweede helft vorig jaar zijn daarom veel nieuwe mensen geworven. Nog niet genoeg, “maar het gaat de goede kant op”.

Lees ook:

NS zetten minder treinen in, maar ze worden soms wel langer

Minder, maar soms langere treinen. Zo staat het in de nieuwe NS-dienstregeling. Het regionale spoor kiest juist voor meer treinen, maar blijft met uitval kampen.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden