ReportageNatuurtoerisme
Wat de Wadden het liefst willen: natuurminnende toeristen, geen feestende jongeren
Na twee coronajaren waarin meer feestvierders en welvarende toeristen de Wadden bereikten, zijn nu de natuurliefhebbers terug. Fijn, vinden de eilanden. Maar natuurtoerisme brengt soms ook eigen dilemma’s met zich mee.
‘Ik hou van de natuur, maar ik moet er wel iets te drinken bij hebben’, valt te lezen op het T-shirt van Pim Wolsink. Het is een citaat van de dichter Willem Kloos; Wolsink is net samen met zijn vrouw Anita aan boord gegaan van de MS Silverwind, een schip van de Stichting Wadlopen Pieterburen. Terwijl heel Nederland zucht onder de hitte van bijna 40 graden gaat het stel een natuurexcursie maken naar de Engelsmanplaat, een grote zandplaat ten westen van Schiermonnikoog.
Gids van de avond is Aalbert Stuivenberg. De Groninger komt al van kinds af aan op de Wadden en is nog steeds geboeid door het gebied. “Hoe snel het water hier kan opkomen, zo 2,5 meter erbij, in zes uur. Dan denk ik: joh! Wat een energie heeft de natuur.”
Stuivenberg wil de mensen op de excursie ook vooral wat bijbrengen over het wad. “Mensen die op de dijk staan, hebben vaak geen idee wat hier allemaal gebeurt. En hoe zuinig we op de Waddenzee moeten zijn met zijn allen.” Tegen de opvarenden: “Het werkt hier net als een klaslokaal. Ik ga jullie niet overhoren, maar als je straks naar huis gaat, moet je iets wijzer zijn dan hiervoor.”
Steeds veranderende eilanden
Aangekomen op de zandplaat wijzen mensen elkaar enthousiast op de natuurfenomenen waarover Stuivenberg ze net heeft onderwezen. Niet de zeehonden verderop op de zandbanken zijn de sterren van de show, maar eerder de kokkels die verborgen in het zand kleine fonteintjes water uitspugen, of de crèche van eidereendkuikens die voorbij zwemt. Iemand heeft in het water naast de Engelsmanplaat een kleine platvis gespot. “Kon minder”, reageert Stuivenberg tevreden.
Ook Pim en Anita Wolsink genieten van de late avondzon en het indrukwekkende uitzicht. Ze zijn echte waddenliefhebbers. “Vandaag zag ik dat er bij het strand zich een nieuwe branding vormde, verder van de kust af. Dat is zo mooi, dat je de eilanden steeds voor je ogen ziet transformeren”, vertelt Pim Wolsink enthousiast. Anita Wolsink: “Op Schiermonnikoog komen mensen die minder snel verveeld zijn. Mensen die nog hebben geleerd om hun omgeving te observeren. Dat vind ik mooi: je hoeft niet ver te reizen om van alles mee te maken. Hier zie je allerlei dingen gebeuren, als je maar goed kijkt.” Haar man: “Iedere dag is weer anders dan de vorige.”
Ander type toerist
Het stel maakt deel uit van een groep toeristen zoals de Waddeneilanden die graag zien. Ze komen voor de rust, de ruimte, voor de stilte van de eilanden. Maar ze zijn niet de enige toeristen op de Wadden. Deze zomer publiceerde de Waddenacademie een eerste onderzoek bestaande uit een aantal interviews, waaruit zou blijken dat de eilanden steeds meer het terrein zouden worden van feestgangers en rijken. Er zou op een enkel eiland zelfs sprake zijn van ‘verroompottisering’, een ontwikkeling vernoemd naar vakantie-aanbieder Roompot.
Die nieuwe groepen kwamen vooral tijdens corona, zeggen lokale politici en VVV’s op de vijf eilanden. “De afgelopen jaren waren heel bijzonder”, zegt Leo Pieter Stoel, burgemeester van Ameland. “Er kwamen mensen die normaal gesproken naar Zuid-Europa all-inclusive op vakantie gingen. Ze waren andere dingen gewend, bijvoorbeeld dat je je op vakantie per auto verplaatst.” Op een klein eiland valt het op als er opeens meer auto’s rijden. “Daardoor werd het door de bewoners als druk ervaren.”
Ameland begon daarom een campagne om nieuwe toeristen ‘op een positieve manier’ te wijzen op ‘de eilandwaarden’: rust, respect voor de natuur en de knusheid van de dorpen. “De mensen die nieuw waren, begrepen bijvoorbeeld niet dat een wildpaadje in de duinen geen wandelpad is en dat als je daar gaat lopen je de natuur kunt verstoren.”
Feestende jongeren
Ook op Texel kwam een ander type toerist op het eiland tijdens corona. “Er waren berichten dat yuppen de eilanden zouden overnemen”, zegt VVV-directeur Frank Spooren. “Als je kijkt naar de coronajaren kan ik niet ontkennen dat er misschien meer mensen kwamen die in dat plaatje passen. Maar we moeten daar ook heel dankbaar voor zijn. Dankzij die nieuwe bezoekers hebben we onze eilandeconomie in stand kunnen houden.”
Wethouder Toerisme Rikus Kieft beaamt dat. “Je hoorde over de coronaperiode dat toeristen veeleisender waren, ongeduldiger. Maar we waren achteraf toch blij dat ze kwamen.” Nu zijn de wandelaars en natuurliefhebbers weer grotendeels terug. “Er zijn nog wel feestende jongeren, maar dat speelt vooral in De Koog. En je wilt ze ook niet kwijt.”
Toch is het type wadtoerist ook na corona een tikje aan het veranderen. “De toerist vraagt meer comfort”, zegt Ameland-burgemeester Stoel. “Groepsaccommodaties zijn minder populair.” Maar de gemeente houdt die veranderingen wel in de smiezen. “We vinden diversiteit belangrijk. Ook de gasten met een kleine beurs moeten hier vakantie kunnen vieren. We gaan ook niet zonder meer toestaan dat groepsaccommodaties opeens appartementencomplexen worden, of hoogbouw zoals ze op de Duitse Wadden toelaten.”
Schelpenpaden uit de Waddenzee
Vrolijk knerpt het schelpenpad onder de fietsbanden van boswachter Jan Willem Zwart van Natuurmonumenten. Hij werkt onder andere in het Nationaal Park Schiermonnikoog en vindt het ‘misschien wel het mooiste Waddeneiland’. Hij heeft ook gemerkt dat na corona de natuurliefhebbers weer terugkomen.
Maar ook natuur- en rustliefhebbers brengen soms onbewust dilemma’s met zich mee. Neem dat knerpende fietspad bijvoorbeeld. Voor veel mensen is het het ultieme eilandgeluid, een teken dat ze eindelijk weer op de wadden zijn. Maar, vertelt Zwart, de schelpen komen nog steeds uit de Waddenzee. “De Waddenzee is Werelderfgoed en Natura2000-gebied, daar haal je geen delfstoffen uit. Geen zout, zand of gas, maar ook geen schelpen. Maar toch geeft Rijkswaterstaat nog steeds vergunningen voor het winnen van schelpen. En als die alleen op de eilanden terecht zouden komen, zou het nog tot daaraan toe zijn, maar ze worden ook geëxporteerd naar landen als Frankrijk.”
Maar omdat bezoekers én bewoners erg gehecht zijn aan dat gezellige geknerp van de paden, kunnen de schelpen niet zomaar worden vervangen. “Dan beland je echt in heftige discussies met mensen.” Om toch een oplossing te bieden is een klein deel van de 40 kilometer aan fietspad op Schiermonnikoog bruin: daar is een mengsel van leem en schelpen van buiten het Natura2000-gebied gebruikt.
Vogelaars die tóch de regels overtreden
Het is vooral de schaal van het toerisme die soms drukt op kwetsbare gebieden op Schiermonnikoog. Zwart is blij dat waddengidsen een jarenlange opleiding moeten doen en liefde tonen voor het gebied. “Maar soms komen er hier wel hele grote groepen aan. Laatst waren er hier 250 wadlopers tegelijk.” Hij wijst naar het kweldergebied aan zijn rechterhand. “Kijk, hier bloeit nu die prachtige paarse lamsoor. Er groeien hier echt bijzondere zoutminnende planten. En het is een vluchtgebied voor vogels als het hoogwater is.”
Sommige delen van de kwelder gaan van 15 april tot 15 juli dicht omwille van het broedseizoen. “Dan heb je soms nog vogelaars die tóch het gebied ingaan. Dat raakt me enorm.”
Volgens de boswachter slaat de liefde van mensen voor het gebied ook weleens door in een gevoel van eigenaarschap. “Dan krijg ik mails van mensen die schrijven: ‘ik kom hier al dertig jaar, kunnen jullie niet een vlonder bouwen zodat ik wat gemakkelijker kan wandelen?’ Ik snap dat je dat wilt, maar we willen hier zo min mogelijk ingrijpen. Het is immers een natuurgebied. Soms duurt het een tijdje voordat mensen dat begrijpen.”
Dame de blubber ingefietst
De laatste jaren zijn er nieuwe dilemma’s voor de boswachter bijgekomen. Zo worden worden er tours op fatbikes, grote mountainbikes, in de kwelder georganiseerd. “Daar moet het ook niet te druk mee worden. Mensen hebben behoefte aan allerlei sportieve belevingen, maar verstoring ligt altijd op de loer.”
Of denk aan de elektrische fietsen, waarmee mensen met behoorlijke snelheid over het eiland kunnen sjezen. “Ik heb meegemaakt dat een dame van 81 van een brug is afgefietst. Het was haar eerste keer op een e-bike en de brug heeft maar één leuning.”
Is het niet een kleine moeite om nóg een leuning te maken? “Je kan ook wat minder hard over die brug heen fietsen. Het gaat erom dat je ook rekening houdt met de omgeving. Die is er niet op gebouwd om je heel snel te verplaatsen.” Inmiddels staat er een bordje dat fietsers maant om veiligheidshalve af te stappen.
Het is een delicate balans, zegt Zwart. “Aan de ene kant wil je mensen de grenzen uitleggen van wat hier kan, maar aan de andere kant is het óók heel belangrijk om mensen te betrekken bij de natuur. Je wilt ze ook vertellen waarom dit gebied zo bijzonder is.”
Lees ook:
Minder baarden, meer sociale media: de vogelaar gaat met de tijd mee
Vogelaars: dat zijn toch alleen maar oudere mannen met baarden in groene jassen? Verwoed vogelaar Debby Doodeman deed onderzoek naar haar collega-vogelaars en werd verrast door de resultaten. Ze deelt ze in een nieuw boek.
Dieren opjagen of lokken voor de perfecte natuurfoto, het levert dubieuze plaatjes op
Getrainde eekhoorns, opgezette dieren, of zwermen vogels waar met een drone doorheen wordt gejakkerd; op jacht naar het perfecte groene plaatje lijkt alles geoorloofd in de natuur. Maar steeds meer natuurliefhebbers slaan alarm.