null Beeld Studio Vonq
Beeld Studio Vonq

AnalyseMediamonopolie

Waarom het mediamonopolie een bedreiging kan zijn voor de democratie

Kranten, tijdschriften en televisiezenders komen langzaam maar zeker in handen van grotere fusiepartijen. Dat is een gevaar voor het maatschappelijke debat en de samenleving, vinden experts.

Nienke Schipper

Wat is het nieuws van de dag? Op een willekeurige woensdag worden lezers van Zevenaar tot Zierikzee geconfronteerd met de dieselauto, ‘die uitsterft door een slecht imago’ of ‘in rap tempo uit beeld verdwijnt’. De kop is net anders, maar verder staat exact hetzelfde artikel afgedrukt in zes regionale kranten. Door artikelen te delen, worden kosten bespaard en dat is de redding van kranten als De Stentor (de krant van Oost-Nederland), het Eindhovens Dagblad of de Provinciale Zeeuwse Courant, zeggen de dagbladuitgevers.

Inmiddels zijn te veel media in handen gekomen van slechts een klein groepje commerciële bedrijven, waarschuwde het Commissariaat voor de Media (CvdM) eind vorig jaar in de jaarlijkse Mediamonitor. En daarmee komt de veelzijdigheid en de onafhankelijkheid van het media-aanbod in gevaar.

Door alle fusies en overnames van de afgelopen tien jaar zijn er nog maar twee grote uitgevers actief op de Nederlandse dagbladen- en tijdschriftenmarkt: bijna alle kranten en een lange lijst aan tijdschriften zijn in hun handen. En ook de laatste twee commerciële televisiebedrijven willen fuseren om samen een front te vormen tegen streamingsdiensten als Netflix. Vorige week kondigde de Autoriteit Consument en Markt (ACM) aan extra onderzoek te gaan doen naar die fusie tussen RTL en Talpa, omdat ‘uit een eerste studie is gebleken dat die samensmelting negatieve gevolgen kan hebben voor de concurrentie in het Nederlandse medialandschap’.

Grote concentraties in de media zijn om meerdere redenen onwenselijk, zeggen zowel het CvdM als de Tweede Kamer. Volgens Edmund Lauf voorzag het CvdM twintig jaar geleden al dat er een grote fusiegolf op komst was. De onderzoeker werkt al ruim 17 jaar bij het zelfstandige bestuursorgaan dat is aangesteld om toezicht te houden op het naleven van de Mediawet (zie kader). Voor een goedwerkende democratie is vrije meningsvorming belangrijk en een veelzijdig en onafhankelijk media-aanbod dus essentieel. Het CvdM houdt de ontwikkelingen in de mediasector in de gaten en publiceert de bevindingen jaarlijks in het rapport Mediamonitor.

Hoe al die kranten in slechts een paar handen belandden

Niet alleen het CvdM maakt zich zorgen, ook in de Tweede Kamer is er ongerustheid over het dreigende mediamonopolie. Kamerlid Peter Kwint (SP) vindt dat te veel media in handen zijn van slechts enkele grote uitgevers. Hij diende onlangs een motie in om te onderzoeken hoe de veelzijdigheid van het media-aanbod beter kan worden beschermd. De motie werd aangenomen en het onderzoek moet in de huidige regeerperiode worden uitgevoerd.

De Nederlandse dagbladen hebben het moeilijk, zo klinkt het al jaren. Steeds meer mensen lezen alleen digitaal nieuws en de oplages van de papieren kranten lopen terug. En de bereidheid om te betalen voor een digitaal abonnement neemt maar langzaam toe. Kranten doen hun uiterste best om nieuwe abonnementsvormen te vinden, maar de digitale transitie gaat traag.

Bijkomend probleem is dat er in het digitale advertentiedomein meer kapers op de kust zijn gekomen. Voor de komst van internet was de combinatie van kranten en televisie voor Nederlandse adverteerders dé manier om een groot publiek te bereiken. Inmiddels gaat dat ook prima via internationale bedrijven als Facebook en Google. Kranten zagen in de afgelopen decennia hun advertentie-inkomsten verdampen.

Schaalvergroting leek lang de enige oplossing. Samen een vuist maken tegen de grote techbedrijven om te voorkomen dat alle Nederlandse dagbladen als dominostenen zouden omvallen. Daarom zijn in de afgelopen decennia veel kranten gaan samenwerken of terechtgekomen bij grote uitgevers.

Alle wetten die megafusies konden voorkomen, zijn de afgelopen jaren overboord gekieperd, zegt Lauf. Zo was er tussen 2006 en 2010 de tijdelijke wet Mediaconcentraties, waarvoor onder meer het CvdM verantwoordelijk was. Die wet moest ervoor zorgen dat er op de afzonderlijke markten – dagbladen, radio en televisie – ten minste drie partijen actief waren. De wet sneuvelde onder druk van de uitgevers, die werden gesteund door een rapport van de commissie-Brinkman, waarin werd geconcludeerd dat dagbladuitgevers in zwaar weer zaten.

Bovendien zat het land in 2009 midden in de bankencrisis, zegt Lauf. “Zwarte wolken pakten zich samen boven de toekomst van de dagbladen. De conclusie was dat er beter een monopolie kon ontstaan, dan dat alle dagbladtitels ten onder gingen. Dus de wet Mediaconcentraties werd geschrapt en als gevolg daarvan werd alles mogelijk wat er de laatste jaren is gebeurd.”

Alleen de Autoriteit Consument en Markt heeft nog iets in de melk te brokkelen. En dat tot nu toe alle fusies werden goedgekeurd door deze waakhond, wil nog niet zeggen dat ze ook een goed idee waren, zegt Kamerlid Kwint. “De ACM toetst op regels die wij maken, maar als onze regels niet toereikend zijn, moet je daarnaar kijken.”

Veelzijdigheid in tijden van armoede

Uitgevers proberen kosten te besparen, maar geven aan dat ze voorlopig geen plannen hebben om titels te schrappen. Zo bezweert DPG Media dat alle merken belangrijk zijn en dat het bedrijf niet van plan is te snoeien in het portfolio. Toch zit daar een addertje onder het gras, zegt Kamerlid Kwint. Veel verschillende nieuwsmerken zijn volgens hem nog geen garantie voor een echt veelzijdig aanbod van nieuws.

“Je zou het veelzijdigheid in tijden van armoede kunnen noemen. Redacties worden kleiner en er zijn minder journalisten die zich bezighouden met een bepaald onderwerp. Je merkt nu al dat publicaties artikelen van elkaar overnemen, kijk bijvoorbeeld naar de regionale titels. Die hebben vaak uitsluitend nog correspondenten in de regio. Ik vind juist dat je moet investeren in regionale en lokale journalisten. Er zit bijna niemand meer op de publieke tribune om een raadsvergadering te verslaan. Dat is voor de controle op de democratie heel slecht.”

Een goed voorbeeld is het Algemeen Dagblad, na De Telegraaf de grootste krant van Nederland. Als sinds 2005 is er een samenwerking tussen het landelijke dagblad en diverse regionale kranten, zoals de Haagse Courant en het Utrechts Nieuwsblad. Die samenwerking is geïntensiveerd sinds de overname van uitgeverij Wegener door DPG Media in 2015, destijds nog De Persgroep.

Het gaat daarbij voornamelijk om het delen van kopij. Voor het nieuws dat niet direct met de regio te maken heeft, gebruiken de regionale bladen artikelen die worden geschreven door de veel grotere AD-redactie. Denk aan economisch, politiek of buitenlands nieuws. Door deze opzet konden regionale redacties krimpen tot een minimale bezetting, waardoor de kranten levensvatbaar bleven. Inmiddels zijn die redacties zo geslonken dat er scherpe keuzes moeten worden gemaakt en er dus weinig ruimte is voor een onderwerp als regionale politiek.

Ook Lauf legt uit waarom schaalvergroting leidt tot verschraling van het aanbod: “Het aantal verschillende stemmen neemt af. Als er minder verschillende journalisten van zelfstandige titels schrijven over een onderwerp, zijn er ook minder verschillende invalshoeken.”

Onafhankelijkheid

Sommige critici zeggen dat de Belgische uitgevers de redacties voorschrijven wat ze moeten schrijven, maar dat is onzin, zegt zowel de politicus als de onderzoeker. De titels zijn beschermd door hun redactiestatuut, ze zijn onafhankelijk en kunnen schrijven wat ze willen, zonder dat de eigenaar daar iets over heeft te zeggen. Maar voor journalisten die bijvoorbeeld in een arbeidsconflict terechtkomen, is het wel lastig als de meeste media in handen zijn van slechts enkele partijen, zegt Kwint.

Daarbij is volgens het Kamerlid de hele infrastructuur veel kwetsbaarder, zodra die in handen is van één partij. Er hoeft ook maar één internationale partij te komen om alles op te kopen en de koers kan geheel worden verlegd. “Het is niet zo erg als één mediabedrijf wordt opgekocht, als er daarnaast nog een paar over zijn. Maar we hebben in het verleden ook gezien dat krantenuitgever PCM werd opgekocht door investeringsfonds Apax en dat was geen succes. Investeringsfondsen zijn bij uitstek instellingen die bedrijven opknippen, afstoten, failliet laten gaan en alleen het winstgevende deel laten bestaan. Zij hebben er vast geen belang bij om de laatste journalist die de gemeenteraad van de gemeente Hof van Twente het vuur aan de schenen legt, overeind te houden.”

Sociale media

Lang werd gedacht dat met de komst van internet iedereen zijn stem kon laten horen en dat mensen daardoor als vanzelf in aanraking zouden komen met verschillende meningen en invalshoeken. Maar nepnieuws en desinformatie verspreiden zich óók razendsnel via sociale media. Juist omdat er in het digitale domein een wildgroei is aan meningen, desinformatie en nepnieuws hebben mensen meer behoefte aan een gids in die mediajungle.

Voor een eerlijk wereldbeeld en een gezonde maatschappelijke discussie zijn we nu misschien wel meer dan ooit aangewezen op de gevestigde media, zegt onderzoeker Lauf. “Dagbladen, Nu.nl en de NOS zijn nog altijd voor veel mensen de belangrijkste nieuwsbronnen. Mensen hebben behoefte aan houvast en feiten. En kwaliteitsjournalistiek is nodig om zin van onzin te scheiden en bij het vormen van een mening. Betrouwbare media met professionele journalisten zijn belangrijk in het publieke debat.”

Uit onderzoek blijkt dat het vertrouwen in media in het algemeen de afgelopen jaren is afgenomen. Volgens Lauf is dat voor een groot deel te wijten aan sociale media. Maar het vertrouwen in de Nederlandse nieuwsmedia blijft onverminderd hoog. “En daar moeten we zuinig op zijn.”

Het Nederlandse medialandschap in het kort

Door fusies en overnames zijn vrijwel alle kranten de laatste jaren in handen gekomen van twee van oorsprong Belgische uitgevers: Mediahuis en DPG Media. Mediahuis, eigenaar van NRC en De Telegraaf, kocht onlangs ook de Noordelijke Dagblad Combinatie, die onder meer de Leeuwarder Courant uitgeeft.

DPG Media, voorheen De Persgroep, is de grootste uitgeverij van Nederland. Het bedrijf is onder meer eigenaar van de kranten Trouw, de Volkskrant, Het Parool, AD, maar ook van radiozender QMusic en sinds 2020 van alle titels die voorheen van tijdschriftbedrijf Sanoma waren. Denk daarbij aan Donald Duck en Libelle, maar ook nieuwssite Nu.nl.

Het televisielandschap voor een breed publiek is verdeeld tussen – nu nog – drie partijen: de Nederlandse Publieke Omroep (NPO), RTL en Talpa. De NPO is geen commercieel bedrijf, maar wordt gesubsidieerd door de overheid en moet volgens de Mediawet bijdragen aan een ‘gevarieerd aanbod’ en programma’s met ‘een publieke waarde’. Het publieke bestel bestaat uit diverse omroepen die een ‘stroming in de maatschappij’ vertegenwoordigen.

De RTL-groep valt onder het Duitse Bertelsmann en heeft zenders als RTL 4, RTL 5, RTL Z en de enige succesvolle Nederlandse ondemanddienst Videoland.

Tot slot is er Talpa Network, het bedrijf van John de Mol, met zenders als SBS6, Net5 en Radio 538 en het tijdschrift Linda. Vorig jaar werd bekend dat Bertelsmann Talpa wil overnemen, met name om met Videoland een vuist te kunnen maken tegen grote internationale streamingdiensten als Netflix en Disney+. Als de Autoriteit Consument en Markt die fusie goedkeurt, zijn alle commerciële televisiezenders in handen van één partij.

Wat is het Commissariaat voor de Media?

Het Commissariaat voor de Media (CvdM) houdt toezicht op de in Nederland gevestigde audiovisuele media en de vaste boekenprijs. Het instituut is ook opgericht om de vrije meningsvorming te beschermen, wat van belang is voor een goed werkende democratie. Een veelzijdig en onafhankelijk media-aanbod is daarvoor essentieel.

Het CvdM kijkt naar de ontwikkelingen binnen de mediasector en of er nog voldoende spelers op de markt zijn. Jaarlijks publiceert het CvdM de bevindingen in het rapport Mediamonitor.

Lees ook:

Cancelcultuur wordt verstrekt door pandemie

‘We zijn geïsoleerd geraakt, komen minder andersdenkenden tegen’, zegt filterbubbelspecialist Judith Möller.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden