RecensieDans
Vrouwenpower-tweeluik Feminale houdt je op het puntje van je stoel
CaDance Festival: Feminale
Krisztina de Châtel - Scala / Astrid Boons - Arise
★★★★
In Scala, het nieuwste werk van choreografe Krisztina de Châtel, is de hoofdrol weggelegd voor een rijzige trap van vierenhalve meter hoog. Het bouwsel van hout en staal draait almaar rondjes, als een helse carrousel die niet kan stoppen. De treden zijn aan de basis breed, maar lopen smaller toe naar boven. De lichte buiging halverwege de trap dwingt de vijf danseressen, op soldatenkistjes, vaart te minderen op weg naar de hemel. Hun bewegingen worden er niet minder vastberaden door: armen vooruit, vuisten in de lucht – trap op, trap af in een strijdbare choreografie van strakke geometrische vormen en patronen.
Wel ontzettend jammer dat we De Châtels nieuwe werk, het eerste onderdeel van het vrouwenpower-tweeluik ‘Feminale’, via een livestream moeten volgen. Een noodgreep van het dansfestival CaDance waarbinnen deze werken zijn geprogrammeerd, en zonder digitale hulpmiddelen in het water zouden zijn gevallen. Beter iets dan niets inderdaad, maar wat moet het geweldig zijn om de wind die dit draaiende gevaarte ongetwijfeld zal produceren, live in het theater rond de oren te voelen. Nu maar hopen op een theatertournee zodra het kan.
Zonder die 3D-ervaring blijft de trap (ontwerp: Theun Mosk) evengoed een schitterende metafoor voor alles waar de 77-jarige De Châtel in haar indrukwekkende carrière voor heeft gestaan. De mens kampt met opgelegde en vaak extreme omstandigheden, maar vecht zich er vastbesloten een weg uit. In Scala wordt dat breekpunt scherp gezet.
Geen houden meer aan
Het is prachtig hoe De Châtel werkt met tegenstelingen: mens-machine, licht-donker, gevoelig-hard. De trap is als oorlogstuig, eenmaal op gang gebracht, is er geen houden meer aan. Onder de militante passen en hoekige armbewegingen borrelt de innerlijke kracht van de danseressen. Je denkt de hele tijd: pas op, explosiegevaar! En inderdaad: de zwarte androgyne petten gaan af, de haren los. De militaire precisie wordt ingeruild voor poses die menselijkheid uitdrukken. Daar zitten die vrouwen dan wijdbeens op de trap, hun wijde zwarte broeken opgestroopt, met de kuiten bloot. Nu is er sprake van echt contact, onderlinge steun en solidariteit – uiteindelijk de werkelijke motor waarop de mensheid draait.
De Châtel breekt een lans voor talentontwikkeling en biedt daartoe kansen waar ze die ziet. Dat is de reden dat ze Astrid Boons heeft gevraagd haar te flankeren in dit CaDance-programma. Boons, winnaar van de Piket Kunstprijs 2017, danste eerder zelf bij De Châtel en maakt nu indruk met al even compromisloze choreografieën. Dat de invloed van De Châtel op de dans in Nederland groot is, zien we tot uiting komen in Boons’ Arise. Dit werk is al even vormgericht als De Châtels Scala en heeft ook dezelfde focus op (vrouwelijke) veerkracht.
Puntje van je stoel
Boons heeft het vermogen je van begin tot eind op het puntje van je stoel te houden. Niet in de laatste plaats door de nietsontziende aanpak die aan het maniakale grenst, maar daarnaast ook heel gedetailleerd en expressief is. Het is best spooky om te zien hoe de drie danseressen in Arise een ontwikkeling doormaken, die suggereert dat ze zich ontworstelen aan de dwangbuis van een onzichtbare macht (sociale conventies?).
De vrouwen plooien hun lichamen in morbide poses, met geknakte nekken, weggedraaide ogen en verwrongen ledematen, alsof ze driedubbele botbreuken hebben opgelopen. Ze blijven schokkerig hangen in één beweging, driftig hakkend op de elektroritmes die al net zo klinisch zijn als de tl-buizen waarmee ze van bovenaf worden belicht.
Ook in Arise zien we een breekpunt en daarna opstanding. Wanneer de tl-buizen een voor een losschieten, komen de danseressen weliswaar niet helemaal terug in het lood, wel zien we hen goed voor wie ze zijn: sterke vrouwen.