Je hebt Merol, met een O, en Merel met een E. De artiest – die met een O – wil prikken, schuren en spraakmakend zijn, terwijl die met een E vaak onzeker is; een pleaser die wil dat iedereen van haar houdt. Op het podium versmelten ze voor een paar uur tot één en dezelfde halfgodin: ‘Kijk mij hier shinen! Ik voel me sexy, ik ben de baas.’
I Gij zult geen andere goden voor mijn aangezicht hebben
“Als ik langer ga nadenken over de schepping en aan wat er vóór die tijd moet zijn geweest – of dáár weer voor! – dan kom ik in een soort misselijkmakende loophole terecht. Ik vind het wel mooi om aan te nemen dat het is zoals het is, dat de dingen zijn zoals ze zijn, en van daaruit verder te denken. Over de vraag waartoe we hier op aarde zijn, heeft Maarten van Roozendaal ooit een prachtig lied geschreven: ‘Dit leven heeft geen zin, geen zin, maar ík toevallig wel. En vraag me niet waarom, ’t is tegen beter weten in, maar ik heb zin!’
Natuurlijk heb ik niet altijd zin, het gaat met ups en downs, maar ik heb wel het idee dat ik steeds een beetje gelukkiger word. Dat komt vooral doordat ik in de gaten krijg dat iedereen maar wat aanklungelt. Dat is aan de ene kant een beangstigende gedachte – er zitten dus ook mensen op machtige posities die geen idee hebben waar ze mee bezig zijn – maar het stelt me tegelijkertijd gerust: we zijn met allemaal sukkels onder elkaar.”
II Gij zult u geen gesneden beeld maken noch enige gestalte van wat boven in de hemel, noch van wat beneden op de aarde, noch van wat in de wateren onder de aarde is
“Ze vragen me altijd waarom ik die artiestennaam gebruik: Merol, met een O. Wat is er nou zo gek aan? Lady Gaga heet toch ook niet écht zo? Merel is een privépersoon en Merol staat in de etalage. Merol draagt glitterpakjes of komt op het podium uit een reusachtige schelp tevoorschijn. Als een soort halfgodin, ja. Kijk mij hier shinen! Ik voel me sexy, ik ben de baas. En het publiek aanbidt me. Iedereen wil met me trouwen. Helemaal niet waar natuurlijk, maar dat is de afspraak die we voor een paar uur met elkaar hebben gemaakt. Als ik naar een concert van Harry Styles ga, wil ik een halfgod zien staan, voelen dat hij zelf óók denkt dat-ie dat is. Die magie is nodig. Als Harry zichzelf gaat verontschuldigen – zo van: let maar niet op mij – gebeurt er helemaal niks zo’n avond.”
III Gij zult de naam van de Here, uw God, niet ijdel gebruiken
“Mijn nummer Kerst met de fam, begint met: ‘En nou gaan we het godverdomme gezellig hebben!’ Ik spreek die zin niet zelf uit, maar ik heb het wel zo bedacht. Toen mijn vader het voor de eerste keer hoorde, belde hij me op om te vragen of ik zeker wist dat ik dit woord wilde gebruiken. Hij is zelf niet gelovig, maar wel een beetje tegen vloeken. Dat zijn de drie dingen waar hij tegen is: vloeken, roken en tatoeages. Voor mij is het gewoon spreektaal en ik vind dat je in kunst überhaupt niet al te genuanceerd moet worden. Wat had ik dan moeten zeggen? ‘En nu gaan we het verdikkeme gezellig hebben?’ In mijn werk ben ik geen pleaser, in het gewone leven wel. Dus als het waar is wat jij zegt – dat ik hier waarschijnlijk mensen mee kwets – dan vind ik dat echt vervelend, maar ik doe er verder niks mee. Dat zou wat zijn, als ik naar aanleiding van ons gesprek Kerst met de fam van Spotify zou halen, maar nee: als je echt over dat ene woordje valt, is het misschien geen liedje voor jou en moet je er gewoon niet naar luisteren.”
IV Gedenk de sabbatdag, dat gij die heiligt, zes dagen zult gij arbeiden en al uw werk doen; maar de zevende dag is de sabbat van de Here uw God, dan zult gij geen werk doen
“Ik heb anderen nodig om me te kunnen ontspannen. Het heeft waarschijnlijk ook met controle te maken: wat gebeurt er als ik tot rust kom en alles loslaat? Ik hoor weleens mensen enthousiast vertellen over van die bijeenkomsten met ayahuasca (Zuid-Amerikaanse hallucinogene drank, AV), oh my God, daar moet ik echt níet aan denken! Ik ben veel te bang voor wat er dan allemaal naar boven komt. Dan ga ik toch liever heel veel drinken, helemaal tot het gaatje om vervolgens een tijdje op de bank te hangen. Met mijn vriend.”
V Eer uw vader en uw moeder
“Laatst kreeg ik van mijn moeder een usb-stick met allemaal gedigitaliseerde homevideo’s. Eén zo’n filmpje was gemaakt op de verjaardag van mijn zusje. Mijn moeder en ik voeren samen een soort schimmenspel op. Zij leest een verhaal voor en ik zit achter een doek en beweeg met allerlei zwarte figuurtjes heen en weer. Toen ik dat zag, schoten de tranen me in de ogen. Nu bijna weer ja, haha… weet je waarom? Omdat ik ineens voor me zag hoe mijn moeder tot diep in de nacht bezig was geweest met knippen en plakken; hoe ze er alles aan heeft gedaan om ons een gelukkige jeugd te bezorgen. Als ik in het openbaar over mijn ouders praat, zeg ik meestal iets over de muzikaliteit van mijn vader, die drummer is geweest, en hoe we samen naar festivals gingen en zo, maar de rol van mijn moeder was minstens zo groot. Zij ging parttime werken omdat ze thuis wilde zijn als mijn zusje en ik uit school kwamen, ze las eindeloos voor, deed allerlei creatieve dingen met ons… Daar zit ik dan, op mijn 31ste, naar die filmpjes te kijken en ik voel hoe mijn hart smelt omdat ik nu pas lijk te beseffen dat ze zo’n lieve, goede moeder voor me is geweest.
We hebben ook een moeilijke tijd gehad, thuis. Op mijn zestiende besloten mijn ouders uit elkaar te gaan. Dat had ik helemaal niet zien aankomen. Het maakte me verdrietig, maar ik voelde me vooral verantwoordelijk. Ik moest opkomen voor mijn zusje. Ik moest ervoor zorgen dat mijn ouders het ‘goed’ zouden maken. Ik bereidde gesprekken voor, maakte briefjes waarin ik opschreef wie wat eventueel zou kunnen zeggen. Ik nam die rol zelf op me, maar dat had ik misschien iets minder actief moeten doen omdat ik heel lang het gevoel bleef houden dat het mijn schuld was dat ze uiteindelijk toch zijn gescheiden. Wat had ik verkeerd gedaan? Dat ging pas over toen mijn ouders allebei een nieuwe relatie hadden. Er viel een last van mijn schouders, alsof mijn taak er eindelijk op zat: ze zijn weer gelukkig, met hun partners, met elkaar. Alles is weer goed. Ze komen nu zelfs met z’n vieren naar mijn concerten toe.”
Merel Baldé (Dordrecht, 1991) studeerde in 2014 af aan de Amsterdamse Toneelschool en Kleinkunstacademie. In 2018 bracht ze, onder de naam Merol, haar eerste EP uit die meteen een paar hits opleverde: Lekker met de meiden en Kerst met de fam. Daarna volgde een aantal spraakmakender nummers zoals Hou je bek en bef me en Geen reet. Op 15 april verscheen haar debuutalbum Troostprijs. Info over haar Troostprijs - Tour op www.merol.nl.
VI Gij zult niet doodslaan
“Soms schrik ik van de manier waarop dingen worden goedgepraat, bijvoorbeeld zoals hoe we met dieren omgaan, alsof het geen levende wezens zijn, dingen die je zomaar stuk mag maken. Voor mij hoeven er geen dieren geslacht te worden, maar ik ben niet iemand die anderen de maat wil nemen. Ik vind het een luxe om geen vlees te kunnen eten. Ik bevind me in een bevoorrechte positie, met voldoende geld om vleesvervangers te kunnen kopen. Je kunt van mensen die in armoede leven niet verlangen dat ze zich ook nog eens met het klimaat gaan bezighouden. Dat is een verantwoordelijkheid die welvarende mensen op zich moeten nemen.”
VII Gij zult niet echtbreken
“Misschien heb ik wel veel harten gebroken, ik weet het niet. Soms wist ik het wel, maar dan kon het niet anders. Omdat het niet langer houdbaar was. Omdat ik voor mezelf moest kiezen. Ik heb het vaak te laat door. Dan zet ik mezelf op een tweede plaats omdat ik bang ben dat de ander me zal verlaten als ik zeg wat mijn behoeftes zijn. Hou je bek en bef me gaat daar inderdaad over, al wilde ik met dat lied ook een groter, overdrachtelijker, punt maken, namelijk dat mannen lang genoeg de dienst hebben uitgemaakt, en dat zij nu eens voor ons op de knieën moeten.
Maar goed, voor mij persoonlijk, zeker: ik vond het vet om in een liedje te kunnen zeggen dat ik wel klaar was met het koffiedrinken en gewoon met iemand naar bed wilde. In het echte leven durf ik dat soort dingen niet, ik ben een schijterd, maar ik merk wel dat de muziek die ik maak mijzelf ook empowert. Ik leer veel van wat Merol allemaal doet en durft. Ik denk dat ze ook best tevreden is over de relatie die ik nu heb. Ik heb een moderne man die geïnteresseerd luistert als ik het heb over feminisme of weer eens losga op het patriarchale systeem, die me soms om advies vraagt, maar van wie ik net zo goed dingen kan leren die in mijn ogen nog altijd typisch mannelijk zijn: duidelijk aangeven waar je grenzen liggen. Tot hier en niet verder.”
VIII Gij zult niet stelen
“Vrouwen zijn bestolen. Van zorgeloosheid. Van veiligheid. Van vrijheid. Ik heb laatst een heel tof boek gelezen, Man en Macht (van Kate Manne, AV), waarin wordt uitgelegd hoe de publieke ruimte is ontworpen door en voor mannen. Alles – zelfs de plek waar bushaltes staan – is handiger voor mannen. Wat te doen bij een hartinfarct? Gericht op mannen, terwijl vrouwen heel andere symptomen blijken te hebben.
Ik heb waarschijnlijk last van endometriose, baarmoederhalsverkleving, dat is een aandoening die ervoor zorgt dat ik extreme pijn heb bij ongesteldheid, maar er is nauwelijks onderzoek naar gedaan. Zou dat ook zo zijn als een man ongesteld kon worden? Een man krijgt erectieproblemen: snel, daar moet iets op gevonden worden! Viagra! Ter vergelijking: over de vulva is pas gênant laat ontdekt hoe alles nou precies werkt en in elkaar zit. Het is nog steeds een mannenwereld. Maar nu is er zoiets als de cancelcultuur, zeggen ze dan. O ja? Ik geloof er niks van. Zolang Marc Overmars een maand nadat hij bij Ajax ongevraagd aan allerlei vrouwen dickpics heeft gestuurd al weer bij Antwerp FC aan de slag kan, is er helemaal geen sprake van een cancelcultuur! Het gaat natuurlijk niet alleen over dit ene mannetje; het hele systeem moet worden aangepakt. Misschien moeten we eens naar de rechter stappen.
Ik bedoel: als de overheid met succes kan worden aangeklaagd, waarom ‘de manheid’ dan niet? Het lijkt me wel een leuk experiment. Vrouwen moeten, hoe dan ook, meer macht vergaren. Ik ben voor quota en positieve discriminatie. Het lijkt me te gek om later de baas van mijn eigen label te kunnen zijn omdat ik dan ongelijkheid weg kan werken, de boel in het voordeel van vrouwen kan reorganiseren. Dat lukt nu eenmaal niet als je ergens onder aan de mannenladder staat.”
IX Gij zult geen valse getuigenissen spreken tegen uw naaste
“Soms worstel ik met de vraag of ik me altijd overal over moet uitspreken. Ik ben slechts een muzikantje, wil mezelf niet groter maken dan ik ben, maar ik heb wel een platform, met heel veel volgers op social media. Er zijn momenten waarop ik – Merol, met een O – wil laten zien waar ik als kunstenaar voor sta. Ten tijde van de Black Lives Matter-demonstraties heb ik duidelijk van me laten horen. Dat protest heeft me echt wakker geschud; ik ben gaan inzien dat racisme vooral een wittemensenprobleem is.
Silence is violence: daar ben ik het helemaal mee eens. Ik vind dat ik me móet uitspreken tegen discriminatie en racisme. Het effect daarvan was onmiddellijk zichtbaar: ik ben in die tijd behoorlijk wat volgers kwijtgeraakt. Toch zijn het onderwerpen waarover ik zal blijven posten, net zoals ik liedjes zal blijven schrijven die, prikkend en schurend, iets teweegbrengen. Al verandert er op dat gebied ook wel iets: ik merk dat provocatie steeds minder een onderdeel wordt van mijn artistieke bestaan. Toen ik merkte hoeveel aandacht Hou je bek en bef me kreeg, dacht ik: o, dat is dus de weg die ik moet bewandelen. Zo krijg je een hit. Dus kwam ik met Geen reet en Foefsafarie, liedjes waar ik nog steeds blij mee ben, maar die toch iets te veel met effectbejag zijn geschreven. Ik kom erachter dat ik liever een goed liedje wil maken, iets wat langer meegaat. Als het toevallig spraakmakend is, dan is dat mooi meegenomen, maar het mag niet meer het doel op zich zijn.”
X Gij zult niet begeren uws naasten huis; gij zult niet begeren uws naasten vrouw, noch zijn dienstknecht, noch zijn dienstmaagd, noch zijn rund, noch zijn ezel, noch iets dat van uw naaste is
“Als puber was ik constant aan het vergelijken en dan vond ik mezelf al snel minder knap, minder leuk of minder getalenteerd dan mijn leeftijdgenoten, maar toen ik eenmaal ging doen wat ik tof vond, werd ik minder onzeker en dus ook minder jaloers. Ik stapte van het toneel over naar de muziekindustrie, alles was nieuw, ik voelde me een soort Alice in Wonderland, tot ik door begon te krijgen hoe dingen werkten, welke belangen er speelden en hoe bepaalde artiesten soms werden voorgetrokken waardoor, helaas, die jaloezie opnieuw de kop opstak.
Ik kan er inmiddels beter tegen, probeer afgunst zo snel mogelijk om te zetten in bewondering, maar ik ben en blijf toch ook een aandachtsjunkie, de halfgodin waar we het eerder over hadden. Best ijdel trouwens, om steeds weer zo’n podium op te klimmen, maar het is deep down natuurlijk gewoon onzekerheid. Ik ben het meisje met het roze brilletje, ik ben het meisje dat op school gepest werd, ik ben het meisje dat nog steeds door iedereen lief gevonden wil worden en ik vraag eigenlijk maar één ding: ben ik de moeite waard? Ik hoor de mensen schreeuwen in de zaal: ‘Ja! Merol! We love you!’ En ik geloof het. Als ik in mijn kleedkamer zit na te gloeien geloof ik het nog steeds, totdat de onzekerheid toeslaat en ik opnieuw het podium op moet. Ja, best een treurig verhaal haha! Niks zo treurig als mensen die op het podium hun kunstje moeten doen, die applaus nodig hebben om te kunnen presteren. Tegelijkertijd ben ik het gelukkigst op aarde omdat ik iedere dag kan doen wat ik het allerliefste doe.”
Lees ook:
Zangeres Merol (‘Hou je bek en bef me’): Ik moet me een beetje schamen voor een liedje
Merel Baldé brak vorig jaar als Merol door met haar hit ‘Lekker met de meiden’. Nu is ze terug met de feministische en seksueel expliciete single ‘Hou je bek en bef me’. Op Valentijnsdag.