Viktor & Rolf volgens Julian Stips.

MooiMode-illustratie

Viktor & Rolf door de ogen van de illustrator

Viktor & Rolf volgens Julian Stips.Beeld Julian Stips

Hoe vitaal is de ambachtelijke mode-illustratie? Vier mode-illustratoren tekenden drie collecties van Nederlandse ontwerpers. Het resultaat is verrassend uiteenlopend.

Els de Baan

Mode -illustratoren hebben het zwaar. Opdrachtgevers, zoals de gestaag slinkende modetijdschriftenmarkt, vallen weg en de toegewijde ambachtelijke ­tekenaars worden links en rechts ingehaald door allerlei vormen van digitale platforms en kunstuitingen zoals NFT’s.

Toch is Anneke Krull, oprichtster van de enige Illustratie Galerie in Nederland, niet pessimistisch. “Illustraties zijn echt nooit weg te denken. En er komen telkens nieuwe wegen. Op Instagram en TikTok zie je dat ­illustraties snel worden opgepikt en dat er samenwerkingen ontstaan. En illustraties worden nu meer dan voorheen als kunstuiting ervaren.”

Kunstbeurzen presenteren illustratoren als serieuze kunstenaars en ook invloedrijke modemerken, zoals Prada en Gucci, spelen een rol in de erkenning van hun kunstenaarschap. De labels werken regelmatig samen met kunstenaars die onder meer prints ontwerpen voor tassen en kleding. Krull: “Piet Paris noemt zichzelf nog steeds gewoon mode-illustrator, maar ik merk dat ­modetekenaars andere benamingen kiezen, zoals modekunstenaar. Illustreren is in mijn ogen echt een kunstvorm. Zeker als de illustratoren autonoom werken en niet vastzitten aan een strak afgebakende opdracht.”

Krull biedt deze beroepsgroep graag een podium en viert het tweejarige bestaan van haar galerie met nieuw werk van vier belangrijke Nederlandse modetekenaars. Zij gaf hen de opdracht om de nieuwe collecties van drie vooraanstaande Nederlandse modehuizen te verbeelden: Viktor & Rolf, Iris van Herpen en Ronald van der Kemp.

Piet Paris’ versie van modehuis Iris van Herpen. Beeld Piet Paris
Piet Paris’ versie van modehuis Iris van Herpen.Beeld Piet Paris

Verrassende staalkaart

De illustratoren waren geheel vrij in hun aanpak. Hoewel ze uitgingen van dezelfde collecties leverde hun persoonlijke kijk en benadering een verrassende staalkaart op van interpretaties, stijlen, materiaalgebruik, sferen, vormen en kleuren. De uitkomsten zijn zó divers dat je je afvraagt of ze echt naar dezelfde kledingstukken keken.

Piet Paris benadrukt met zijn kenmerkende collagestijl vooral de brede schouderlijnen en overdreven wespentailles. Hij geeft elk model een fiets in de hand. Dat maakt ze tegelijkertijd tot afstandelijke godinnen en tot hippe Hollandse stedelingen. Astrid X Vos richt zich vooral op de kragen en gezichten en weet met haar losse tekentoets een wat mysterieuze, sensuele sfeer op te roepen. De knalrode lippen geven kleur aan het verder ingetogen palet.

Ook het werk van Margot van Huijkelom heeft iets mysterieus en toont weinig kleur. Met een diversiteit aan technieken lijkt zij op de schouders te klimmen van illustere grootheden als de Zweed Mats Gustafson, die we kunnen kennen van vroegere H&M-campagnes, en de Fransman François Berthoud, die schoonheid, elegantie en stijl met humor wist te verbinden.

Margot van Huijkeloms versie van modehuis Ronald van der Kemp. Beeld Margot van Huijkelom
Margot van Huijkeloms versie van modehuis Ronald van der Kemp.Beeld Margot van Huijkelom

Bij het werk van de jongste van het viertal, Julian Stips, knalt kleur je juist tegemoet. Met krachtige zwarte contourlijnen schetst hij zelfvoldane types die zich van hun beste kant laten zien. Ze spatten bijna van het papier af.

Aan het begin van dit millennium leek het erop dat de computertekening de handgemaakte modetekening zou verdringen. Maar rond 2010 nam de vraag naar ambachtelijke impressies juist wat toe. En hoewel die golf snel inzakte, is er sporadisch een opleving.

Toen het tijdens corona-lockdowns onmogelijk was om omvangrijke glossy fotoshoots te organiseren, liet de Italiaanse Vogue het januarinummer van 2020 van ­cover tot eindpagina voltekenen door vooraanstaande illustratoren. Het blad verkocht het als een duurzame optie.

Nu sieren foto’s de modebladen weer als vanouds en moet je met een lantaarntje zoeken naar illustraties.

Modehuis Ronald van der Kemp volgens Julian Stips. Beeld Julian Stips
Modehuis Ronald van der Kemp volgens Julian Stips.Beeld Julian Stips

Tweespalt

Het exposerende viertal heeft, in tegenstelling tot veel andere Nederlandse illustratoren, niet te klagen over opdrachten. Ze worden gevraagd voor het ontwikkelen van verpakkingen, campagnes in binnen- en buitenland en voor samenwerking met musea.

Een discussie met modestudenten over de toekomst van ambachtelijke mode-illustraties levert tweespalt op. Een deel van hen is enthousiast en roemt de mogelijk-­heden van de eindeloze creatieve interpretaties die je kunt maken met een tekening. Anderen zijn sceptisch en richten zich liever op de digitale ontwikkelingen en vinden het beroep oubollig en niet meer van deze tijd.

Dutch Couture honoured by Dutch fashion illustrators is t/m 30 september te zien in De Hallen in Amsterdam (Hannie Dankbaarpassage 5). Open: donderdag t/m zondag van 13.00 tot 17.00 uur en op afspraak. De galerie vertegenwoordigt uitsluitend ambachtelijke illustratoren. Oog in oog met zo’n fraai ingelijste, ­originele tekening, ziet die er echt ­anders uit dan in een ­massaal gedrukt doorblader-­tijdschrift.

De prijzen van illustraties beginnen rond de 1200 euro.

iloveillustrationgallery.com

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden