Plan BPeter Gijsbertsen
Tenor Peter Gijsbertsen werd hovenier en baalt er nu van dat de snackkomkommers naast de courgette staan
De coronacrisis veranderde het leven van musici en artiesten ingrijpend. De agenda’s werden leeggeveegd. Wat is hun plan B? Vandaag in deze korte serie: tenor Peter Gijsbertsen kan niet leven van recitals alleen en dus begon hij met een hovenierscursus.
“Ik baal ervan dat ik de snackkomkommer naast de courgette heb gezet, die bijten elkaar. De komkommer ziet er treurig uit, en de courgette groeit uitbundig. En die tegels, dat moet anders, dit is echt niet mooi.” Tenor Peter Gijsbertsen (1983) loopt kritisch door zijn tuin. Motregen, hij juicht het toe, goed voor de Brabantse zandgrond.
De zomeragenda van de zanger was mooi vol, in het najaar stond ook een en ander gepland. Maar de toekomst? Gijsbertsen ziet een zware donderwolk hangen. “Ik maak me grote zorgen om de podiumkunsten, nu de coronacrisis een feit is. Het zou me niet verbazen als het eerst nog veel slechter gaat. Grote operaproducties zie ik niet zo snel herrijzen, en van alleen recitals kan ik niet leven.
“Ik heb me afgevraagd wat ik ga doen als het hele zaakje instort. Raak ik dan in een depressie? Nee, dat is niets voor mij. Er zijn ook andere dingen die me interesseren, zoals hovenieren. Deze nare periode biedt een mogelijkheid tot nadenken. Als je agenda volstroomt, ga je maar door en neem je geen tijd voor enige reflectie.”
Onderscheiding
Nog geen twee jaar geleden kreeg Gijsbertsen de Nederlandse Muziekprijs toegekend, de hoogste onderscheiding die een klassiek musicus ten deel kan vallen. Belangrijke podia nodigden hem uit. Duizenden en nog eens duizenden uren stak hij in zijn passie. Die kunnen toch niet zomaar overboord gegooid worden?
“De gedachte iets anders te gaan doen dan zingen, ontspant in zekere zin ook. Het vak van musicus is niet altijd rozengeur en maneschijn. Ik zat onlangs drieënhalve maand in Schotland voor een operaproductie, dat zorgde voor verwijdering van mijn kinderen. Ze verliezen je uit het oog. Op FaceTime liepen ze het beeld uit. Eenmaal thuis duurde het even voordat ik weer contact had. Is dat het waard?”
De LOI-cursusmap hovenieren werd in huis gehaald, en ligt gebroederlijk naast de partij van Mahlers ‘Des Knaben Wunderhorn’ op tafel voor de piano in de oefenstudio. “Ik moet echt stampen en dat heb ik sinds het gymnasium niet meer gedaan. Het conservatorium was een makkie. Maar dit: ontwerpen, computertekenen, plantkunde, bodemkunde, geschiedenis: het is meer dan ik had gedacht. En dan examenvragen als: wat is het verschil tussen de eenzaadlobbige en de tweezaadlobbige?
“De praktische kant van het tuinieren, het creatieve en het buiten-zijn, dat alles spreekt me enorm aan. Een paar bielzen positioneren, wat zand van a naar b scheppen, gewoon bezig zijn. De zorg voor de planten die gaan groeien als je je werk goed doet, geeft een heerlijk gevoel. Hoe een plant groeit is spannend, en ook wat je daarvoor moet doen en laten. Ik kan nooit wachten totdat de klimrozen opengaan. Ik kan er ontroerd van raken dat het allemaal weer begint. Het wonder van het leven… Ik had nooit gedacht dat ik zo zijig over planten zou kunnen praten.
Het publiek aankijken
“Eten uit de tuin, in de aarde wroeten, dat basale past bij mij, en zit ook in het zingen. Die stem is wie ik ben. Zingen staat het dichtste bij de mens, het is zo persoonlijk. Ik kijk mijn publiek aan als ik zing. De een kijkt weg, de ander kijkt terug. Soms kijk ik zelf weg, omdat het te confronterend is, een enorme spanning zit daarop, zo direct.
“Ik voel een duidelijke parallel met het verbouwen van je eigen voedsel. Je plant een zaadje, je zorgt ervoor, er groeit iets uit dat je opeet. Dat zaadje is van levensbelang. Directer kan het niet.
“Wel weet ik zeker: muziek is voor mij het allerhoogste. Bij een rol als Alfredo in Verdi’s ‘La traviata’ voel ik me als een vis in het water. Al die emoties die eruit kunnen en moeten: de naïeveling, de verliefde protagonist, en daarna uit mijn plaat gaan van woede, het verdriet. Van de muziek leer ik het meest. Je moet jezelf goed leren kennen, wil je de muziek goed kunnen zingen.”
Gijsbertsen wiebelt heen en weer op zijn stoel: “Maar de kritieken… Als ze positief zijn, is dat fijn, maar bij slechte kritieken ben ik totaal van de kaart. Dat wil ik niet. Sta je op het podium, zit er wéér een recensent in de zaal. De stress die dat met zich meebrengt, vreselijk. Ik wil het commentaar op een professioneel niveau leren zien, en het me niet persoonlijk aantrekken. En weken voor een optreden een dichte keel, een verstopte neus en al die psychosomatische ellende. Ik maak me veel te druk over wat anderen ervan vinden. Daar moet ik mee aan de slag. Hoe kan ik het zingen zo inrichten dat ik er vooral plezier aan beleef?”
Een busje en een hark
Peterplant.nl staat in de steigers, als plan B en ter relativering van de zangkunst. Een busje, een hark en opdrachten. “Hiervoor krijg je ook sterren, je wordt gerecenseerd door je afnemers, maar je hebt geen duizend man publiek in de zaal en geen recensies in grote kranten. Vrienden en familie hebben al geroepen: kom ons lapje grond maar organiseren.
“Natuurlijk droomde ik er vroeger weleens van om een beroemd zanger te zijn, nu dagdroomde ik hetzelfde bij hovenieren: de beste hovenier van Brabant en omstreken, hoe zou dat zijn? Een mooi ideaal. Ik zie voor me dat ik de beroepen verdeel in de toekomst, beide op projectbasis.
“Ik vind ook dat ik naast het hovenieren door moet in de muziek, dat ben ik verplicht aan mijn talent. Ik kan het niet hebben als ik niet zelf tot het uiterste ga, maar dan wil ik wel de best mogelijke condities scheppen voor mezelf. Met ons vak kunnen we veel ellende voorkomen, mensen verlichten en voor even in een andere wereld laten zijn.”
Bij het afscheid krijgt de verslaggever snijbonen, een courgette, een paprika en rozemarijn uit eigen tuin mee – de hovenier Gijsbertsen is even genereus als de zanger.
Lees ook:
Het plan B van Guus Meeuwis: geen Philips Stadion of New York, wel 37 optredens in Tilburg
Guus Meeuwis moest stadionconcerten en optredens in New York afzeggen. Maar zijn nieuwe album is uit en hij treedt op in Tilburg, voor 400 mensen.
Weer zingen? Willemijn Verkaik zat meteen op haar oude adrenalineniveau
Toen DeLaMar haar begin juni vroeg om in de zomer twee keer een uur te komen zingen, zei ze meteen ja. Dit keer geen orkest in de bak, geen enorme cast om haar heen, geen kostuums of decor, maar alleen een bevriende pianist en haar echtgenoot als begeleiders. Ze is zelfs haar eigen visagiste.