Opinie

Springdance viert feest met 'Sacre'

Het dansfestival Springdance bestaat 20 jaar en viert dat uitgebreid op verschillende locaties in Utrecht, tot en met 25 april. Bijzondere aandacht is er voor de 'Sacre du Printemps', een van de onbetwiste hoogtepunten in de 20ste eeuwse dans, en voor het werk van Anne Teresa De Keersmaeker.

Eva van Schaik

Des te meer bleven de prachtige sketches van Roerich, de enkele foto's van de dansers in de kleedkamer en de getuigenissen van de mensen die het wél zagen tot de verbeelding spreken. Met deze strak gestileerde shamanistische séance in oud-Slavische folkloredracht (in weerwil van de prehistorische tijdsaanduiding) viel de danser Nyinsky de gemaniëreerde esthetiek en erotiek van de laat 19de eeuwse balletkunst aan. De hiëroglyfische poses en strak mathematische vloerpatronen werden de doorbraak van primitivisme in de Europese ballet-kunst geacht, in een tijd dat Picasso zijn 'Desmoiselles d'Avignon' en Gaugin zijn Tahitaanse vrouwen schilderde.

Pas in 1989 waagden de Amerikaanse choreografe Millicent Hodson en de Britse kunsthistoricus Kenneth Archer zich aan een reconstructie van dit historische schandaalballet bij het Jeoffrey Ballet. Zowel het praktische resultaat als de televisie-documentaire daarvan dwongen alom groot respect af, maar leken ook te bevestigen dat de Parijse elite zich destijds vooral door de hitte in het zwaar geparfumeerde Theatre des Champs Elysées en de ingehuurde stemmingmakers tot zoveel stampij had laten verleiden. Weinig in dit strak opgebouwde stemmingsballet is aanstootgevend, behalve de a-balleterige plastiek. In feite was het bewegingsmateriaal en de thematiek een logisch vervolg van een ontwikkeling die al met de balletvernieuwing van Fokine (Polovetzerdansen, 'Petroesjka', 'Sheherazade', 'De Vuurvogel') was ingezet. Ook in zijn twee voorgaande Debussy-balletten had Nyinsky zijn dansmateriaal al aan poses op vroeg-klassieke vazen ontleend.

Hoeveel overeenkomsten tussen begin en einde van deze danseeuw bestaan liet de Compania Nacional de Bailado, een sympathieke groep van jonge balletdansers in Lissabon zien. Zo teleurstellend klungelig en te goedkoop aangepakt hun Sacre-reconstructie ook was, zo interessant was namelijk hun daaraan voorafgaande 'The Lisbon Piece'. Daarin bewees Anne Teresa de Keersmaeker met hulp van vijf dansers hoezeer Nyinsky's heldendaad tot op heden doorwerkt.

Van de 'Sacre' bleef in de Portugese uitvoering weinig opwindends over. Een fikse domper was zeker dat niet voor 120 musici in de orkestbak maar voor vier pianisten met de piano-bewerking van Maarten Bon was gekozen. Waar blijft dan die verleidelijke fagot die de orkestrale cycloon vol ritmische twisters aankondigt en tot gieren en razen aanwakkert? De beroemde knoestige boom middenin Roerichs eerste van drie achterdoeken bleek verdwenen. De dansers droegen geen rijkelijk bestikte kostuums maar bedrukt flutmateriaal: ze leken wel opgetutte marionetten uit een strip over de kleine Hiawatha, met kleurige theemutsen op het hoofd. Als deze heidense ceremonie er werkelijk zo uitgezien zou hebben in mei 1913, dan joelden die Parijzenaars met recht. De strakke poses misten elke meedogenloze dwang, waardoor alle verve iets knulligs kreeg, uitgezonderd de beruchte finale waarin de uitverkoren maagd (Sonia Abrantes) zich doodspringt.

Het gezelschap uit Lissabon toonde zich beter op dreef in De Keersmaekers eerste 'spitzenballet' dat zij vorig jaar op de virtuoze techniek en snelheid van twee meisjes en drie jongens van dit gezelschap schreef. Gebruikmakend van materiaal uit haar 'Drummings' (Steve Reich) pakte zij opmerkelijk 'Balanchinesk' uit, op ritmes van Thiery de Mey en vervormde bassaxofoonklanken van Eric Sleichim. Het levert een afmattend dansritueel op, ontdaan van mythische pretenties: lichtvoetig formalistisch ballet wordt abrupt doorsneden met het op vallen en zwaarte gebaseerde idioom van De Keersmaeker zelf. Onder het houten plafond met een mozaïek van zeven haaks in elkaar stekende vierkanten duikt in dit 'neoklassieke postmodernisme' de hoekige plastiek van Nyinsky's rebellie voortdurend op. Ook zijn Belgische erfgename toont dat balletdansers hun lust en leven aan het universele bezit van scharnieren en kogellagers danken, als bij een marionet.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden