Springdance blijft na 25 jaar tegendraads en toegankelijk

In 'H3' ontleedt de Braziliaanse groep Grupa de Rua van Bruno Beltrão de codes van hiphop. (Anna van Kooij) Beeld
In 'H3' ontleedt de Braziliaanse groep Grupa de Rua van Bruno Beltrão de codes van hiphop. (Anna van Kooij)

Hans van Manen wees bij het aanvaarden van de Erasmusprijs 2000 op het belang van cultuurhistorische notie, want zonder oog voor traditie is er nooit sprake van vernieuwing, zo sprak de dansmaestro.

Sander Hiskemuller

Van Manen kan zich in zijn handjes knijpen. Een geboden danshistorische context was juist wat de 25ste editie van het Utrechtse Springdance festival voor hedendaagse dans zo aantrekkelijk maakte: een happening die toegankelijk is voor dansliefhebber én dansleek, en zo hoort het ook voor een festival dat pretendeert midden in de samenleving te staan. Het tekent de nieuwe koers van een festival dat de afgelopen jaren steeds meer de naam kreeg vooral een insidersfestival te zijn.

Als opening creëerde de Franse choreograaf Jérôme Bel een solo voor Lutz Förster, de 56-jarige danser bij Pina Bausch’ Tanz Theater Wuppertal en raakte daarbij de kernvezels van een dansersleven. De terugblik op een danscarrière, in woorden gevat en gelardeerd met door Förster (sigaretje, krijtstreeppak) terloops gedanste citaten uit werken die hij de afgelopen 35 jaar danste, ontstijgt de anekdotiek voor een dansincrowd – hier staat een danser, een ouder wordende man, gevoerd door ambitie, soms door ijdelheid, maar altijd door liefde gedreven. Een belangrijk deel van de danshistorie komt tot leven, met het universele geaccentueerd: dans als ode aan het leven.

De afsluiter van het festival was ook al van zo’n onontkoombare intensiteit: de herneming van de moderne dansklassieker ’Rosas danst Rosas’ waarmee Anne Teresa De Keersmaeker in 1983 doorbrak en haar krachtige signatuur de wereld in slingerde. Minimalistisch precisiewerk voor vier op bruine roots geschoeide danseressen, onder wie de fragiel in het oog springende De Keersmaeker zelf.

Daarbinnen de volle focus op emotionaliteit onder hoogspanning die de meanderende synchronie relativeert: dagelijkse handelingen – een hand door het haar, het wuft ontbloten van de schouder, deze opnieuw in onzekerheid bedekken – sterk en zelfbewust, tot ze er letterlijk bij neervallen. Dans ongebreideld: na ruim 25 jaar nog steeds overdonderend.

Opening en slot: in deze losse houdgreep van tijdloze traditie kregen de gepresenteerde jongste dansontwikkelingen kleur en diepte. Veel solo’s waarin het persoonlijke centraal stond, al dan niet geslaagde (dans)vormvraagstukken in de kijker werden genomen, maar waarin altijd de luiken op de wereld wagenwijd opengingen.

Zo begeeft de Japanner Hiroaki Umeda zich op het snijvlak tussen dans en computertechniek om een nieuw licht te werpen op de perceptie van de kijker en commentaar te leveren op de teloorgang van het individu in de moderne Japanse maatschappij. In een desoriënterend spel van computergeanimeerde lichtrasters, begeleid door technoklanken vol haperend hertz, gaat Umeda helemaal op in deze sissende en sidderende omgeving. Plotsklaps verschijnt hij dan weer voor ons oog met beweging, gefundeerd op zowel butoh, hiphop als klassieke dans.

De Braziliaan Bruno Beltrão ontleedt de hiphop als gecodeerde danstaal en maakt het daarmee eindelijk theaterproof, terwijl de Spanjaard Israel Galván de flamenco ontdoet van de hijgerige mediterrane clichés. Zelfs de in Berlijn werkzame Amerikaan Jeremy Wade, doorgaans grootgrutter in groteske performance, laat in zijn ’I offer myself to Thee’ een subtiele, toegankelijke kant zien.

Ook hier weer dat groteske (als teken van theatrale zwakte denk je dan) wanneer Wade als een pruilend poppenkindje over het toneel schuifelt en ongegeneerd koketteert met de kwetsbaarheid van de soloperformer. Daarna transformeert hij geloofwaardig tot orakelende zangerpoëet die ons onder stroboscooplicht meevoert in een hallucinaire trip van tijd, ruimte – het zijn.

Hoe verschillend de zeventien producties binnen deze jubileumeditie van Springdance ook waren, de voorstellingen sprankelden van toegankelijkheid, zonder dat het experiment is geschuwd of artistieke concessies zijn gedaan. Dat is de grote verdienste van de nieuwe festivalleider Bettina Masuch, die ook van zins is de dansbiënnale jaarlijks te organiseren om zo de band met het publiek te versterken.

Springdance heeft nieuw elan gekregen.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden