Spreekt u al Aasters, Schiermonnikoogs of Hielpes? Dankzij Dyami Millarson (25) zijn het nu zelfstandige talen
Dankzij de inspanningen van Dyami Millarson werden drie Noord-Nederlandse dialecten erkend als zelfstandige taal. ‘Prachtig, zo’n Schiermonnikoogs woord als tjúensterweer.’
Hij leerde in drie maanden Schiermonnikoogs, Hindeloopers en Aasters, een vorm van Terschellinger Fries. Dyami Millarson (25) uit Leeuwarden is een taalvirtuoos, autodidact en redder van minderheidstalen. Zijn methode: de sterk bedreigde taal zelf leren en met je meedragen, want dat is volgens hem de beste methode om haar te behouden.
Hij reist naar de gebieden, legt contacten, correspondeert met bewoners en via zijn weblog wekt hij wereldwijd interesse voor minderheidstalen. Millarson is nu bijvoorbeeld ambassadeur van het Hielpes, de taal van de Friese stad Hindeloopen. “Elke maand komen we met een groepje samen om Hielpes met elkaar te spreken. Zo willen we het gebruik ervan stimuleren.”
Dankzij zijn inspanningen werden de drie dialecten vorige maand als zelfstandige taal erkend door Glottolog, een internationale wetenschappelijke online databank die ruim 7000 taalfamilies, talen en dialecten registreert. Het is een onderdeel van het gerenommeerde Max Planck Instituut in Jena.
“Doordat de drie dialecten een wetenschappelijke identificatiecode kregen, zijn ze de facto internationaal erkend”, stelt Millarson. Belangrijk, onderstreept hij. “Het zijn nu volwaardige talen en dat heeft grote symbolische waarde voor de sprekers, omdat hun taal geen ondergeschoven kindje meer is.”
Taalsystemen
Wat is een taal en wat is een dialect? Een eeuwige discussie, lijkt het. Millarson zegt het zo: “Het Schiermonnikoogs, Hielpes en Terschellinger Fries zijn volledige taalsystemen. Het is niet zo dat maar een paar woordjes anders zijn dan het Fries. Deze talen maakten een eigen ontwikkeling door en hadden niet veel invloed op de Friese taal zelf. Ze wijken onderling meer af van het Fries dan het Afrikaans van Nederlands.”
Als kind was hij al met klanken bezig. Het werd zijn specialisme, na een door ziekte afgebroken studie rechten. “Het leren van talen was voor mij ook een middel om sociale contacten te krijgen.” Zo leerde hij zeven jaar geleden taalvriend Ken Ho kennen. Die leerde in drie maanden tijd Nederlands en in twee maanden Fries. Iets wat landelijke aandacht kreeg. Vanuit het Fries ontdekte Millarson andere dialecten en streektalen, waarin hij zich ging verdiepen.
Weblog
Op zijn weblog schreef hij veel over de erkenning van het Hielpes, Terschellinger Fries en het Schiermonnikoogs. Vanuit de hele wereld kreeg hij reacties. “Een Japanner vroeg of er ook legendes in het Schiermonnikoogs bestaan en een Rus wilde weten of er woorden zijn die je niet goed kunt vertalen. Een Schiermonnikoogs woord als tjúensterweer is letterlijk ‘heksenweer’. Het betekent iets als onberekenbaar weer. Prachtig toch?”
Elke taal is een drager van cultuur, geschiedenis, tradities en de omgeving, vindt hij. “Alles zit in een taal omsloten. Daarom is het belangrijk dat ze blijven bestaan.”
Er staan alweer drie nieuwe bedreigde talen op zijn programma: het Saterfries, gesproken in Saterland in Duitsland. Het Helgolands, gesproken op het Duitse eiland. En het Elfdaals, bekend als ‘Vikingtaal’, dat gesproken wordt in de streek Dalarna in Midden-Zweden. “Ik ben nu bezig die talen te leren en heb al contacten met mensen die het nog spreken. Op Helgoland zijn dat er ongeveer 150 van de ruim 1200 inwoners. De Elfdalers nodigden mij uit me in hun taal te verdiepen. Ze willen graag dat meer jongeren Elfdaals leren.”
Tweederangs
Zoals streektalen dreigen te verdwijnen, zo bestaat het gevaar dat het Nederlands op den duur plaatsmaakt voor het Engels, vreest hij. “We zullen hier dan een eigen Engelse variant spreken, die een lagere status heeft in de Engelstalige wereld. Een soort tweederangs taal.” Daarom, waarschuwt hij: “Je mag best eens een Engels woord gebruiken, maar laat het Nederlands niet los. Gebruik vaker Nederlandse uitdrukkingen en woorden. Zo nemen anderen ze weer over en beïnvloed je elkaar.”
Lees ook:
Het Drents is springlevend: ‘Het past ok zeker in dizze tied’
Dialecten zijn al decennia op hun retour, maar Drents is nog net zo populair als tien jaar geleden. Hoe kan dat?
Gamers redden Vikingtaal van de vergetelheid
In West-Zweden, in de regio Dalarna, ligt het dorp Älvdalen. Dit is de enige gemeenschap waar ze het Elfdaals spreken, een oude Vikingtaal die zich sinds de Middeleeuwen in relatieve isolatie heeft ontwikkeld en daardoor veel gelijkenissen heeft met haar Oudnoorse origines. Tot 1900 kende het Elfdaals zelfs nog een runenschrift.