PodcastSchrijfvispodcast
Schrijfpodcast geeft tips: word eerst BN’er en schrijf dan pas een boek
In de Schrijfvispodcast van journalist Dennis Rijnvis nemen schrijvers je mee in hun schrijfproces. Zodat jij als beginnend fictieschrijver er iets van opsteekt. Een van de recentste gesprekken heeft Rijnvis met Kluun, die 1,3 miljoen exemplaren verkocht van Komt een vrouw bij de dokter, de best verkochte Nederlandse roman van de afgelopen vijftig jaar. Opvallend: Kluun vertelt dat hij het boek nu, twintig jaar later, anders zou hebben geschreven. “Minder plat. Ik zou het nu niet zo durven schrijven, ik had toen meer bravoure.”
Tip: als je een verhaal hebt dat ‘eruit moet’: schrijf zonder scrupules, heb bravoure, durf! En maak bewuste keuzes. Kluun liet zijn hoofdpersoon, wiens vrouw borstkanker krijgt, expres vallen op een andere vrouw vanwege haar borsten. “Ik hengel de lezer mijn verhaal binnen en laat ’em soms even spartelen boven het water. Ik pingpong met gevoelens, met waarden en normen. Dat je denkt: dit mag niet.”
Schrijfcoach Mireille Geus, die zelf meer dan dertig boeken schreef, adviseert: luister niet te veel naar je innerlijke stem. Die stem die veel te snel zegt: dit gaat niemand lezen, zonde van je tijd, ga liever fietsen. “Die stem moet je tegenspreken, die mag pas komen als het af is. Zeg: fijn, maar niet nu.” Zorg er verder voor, zegt ze, dat je in het begin alleen met de grote lijnen bezig bent, werk niet meteen op alinea-niveau. Wat wil je vertellen?
Als Geus iets schrijft – zo’n 2000 woorden per dag is haar streven, ‘maar 500 is ook goed’ – dan weet ze precies wat ze wil schrijven. “Ik laat me niet afleiden, werk in een soort bunker, met een hangmat en schommelstoel onder handbereik. Soms even bewegen helpt, mijn hoofd met ideeën beweegt dan mee.”
Van literair agent Willem Bisseling leren we commercieel te denken. Hij helpt bekende en minder bekende schrijvers hun manuscript te verkopen aan uitgevers. Hij weet het, er hangt iets magisch aan een boek, maar bij het schrijven heb je eerder arbeidsethos dan inspiratie nodig. “Wij schaven net zo lang met de schrijver aan een manuscript tot het verkoopwaardig is: kijk nog eens naar de spanningsboog, het ritme, de verhaallijn, kies een ander einde of schrap in het aantal personages.”
Waar uitgeverijen dol op zijn? Familieverhalen van zo’n 500 pagina’s waar ook een geheim in zit. Lucinda Riley-achtig dus. Nederlandse fictie verkoopt slecht. Zelfhulpboeken en verhalende non-fictie doet het beter, zoals Annejet van der Zijl met haar Sonnyboy: een klein verhaal dat zich in een grote geschiedenis afspeelt. En wat vooral helpt: als je als BN’er een boek schrijft. Geheid succes. Tip: word eerst BN’er en ga dan pas schrijven.
De beste podcasts uit binnen- en buitenland, voor u beluisterd en gerecenseerd door de redactie van Trouw. Lees hier eerdere recensies terug.