Rijksmuseum
Rijksmuseum ontvangt grootste particuliere gift ooit voor exposities in de tuinen
Dankzij de schenking van een anonieme gulle gever kan het Rijksmuseum nog jarenlang doorgaan met de beeldententoonstellingen in de tuinen die voor iedereen toegankelijk zijn.
Het Rijksmuseum in Amsterdam ontvangt de komende jaren 12,5 miljoen euro. Een gift. “De grootste schenking die wij ooit hebben gekregen”, zegt Taco Dibbits, directeur van het Rijksmuseum. Het bedrag is bedoeld voor de beeldentuinen.
Daar houdt het Rijksmuseum elk jaar vrij toegankelijke tentoonstellingen. Bij de financiering van die exposities zijn al private financiers betrokken, zoals de familie die nu 12,5 miljoen schenkt maar anoniem wil blijven. “Wij respecteren hun wens”, zegt Dibbits. “Zij hoeven die aandacht niet. Met hun gift willen zij de mensen in de stad een cadeau geven. Miljoenen mensen zien de kunstwerken.”
Private steun onmisbaar
Gulle gevers zijn belangrijk voor het Rijksmuseum en andere musea in Nederland. “Een expositie hier in de tuinen kunnen wij niet doen zonder private steun”, zegt Dibbits in zijn kantoor in het museum. “Van ons jaarlijkse budget komt ongeveer een derde van sponsors en donateurs. Wij hebben subsidie van de overheid, onze eigen inkomsten en gelden van partners, fondsen en particuliere schenkers. Dat is een typisch Nederlands model en daar ben ik blij mee. Zo spreiden wij de risico’s.”
De miljoenengift geeft het Rijksmuseum de vrijheid om “vooruit te plannen en een visie voor meerdere jaren te ontwikkelen”. Hoe die eruitziet? Dibbits: “Dat weten we nog niet. We hebben dit nieuws net gehoord. Je kunt denken aan het speciaal laten maken van kunstwerken voor de expositie in de tuinen, zoals we nu ook doen met Richard Long.”
Long is de Britse kunstenaar wiens werken officieel vanaf 26 mei te zien zijn in de tuinen. Ze zijn ook nu al zichtbaar; de kunstenaar kan ze niet in één nacht klaarzetten.
In de weer met zware stenen
De gastconservator die elk jaar de expositie in de tuinen verzorgt is Alfred Pacquement, voormalig directeur van het Centre Pompidou in Parijs. Hij keek deze week toe hoe de 78-jarige Long in de weer was met zware stenen. “Hij werkt veel met steen en hout”, zegt Pacquement, terwijl hij een korte rondleiding geeft langs de werken van de landschapskunstenaar. Bij de vijver in de tuin wijst hij naar de bodem. Daar ligt een van de kunstwerken, een slang van stenen uit de Maas. Boven de slang hapt een vrouwtjeseend naar adem als een woerd haar op weinig fijnzinnige manier wil bevruchten.
“De ingrepen die Long verricht zijn soms minimaal”, legt Pacquement uit. Zoals te zien is in de grassculpturen, abstracte en geometrische vormen die zijn uitgeknipt in het gazon. Zo is Long zijn carrière begonnen, met een rechte lijn door een grasveld, een platgetreden pad.
Het opvallendste werk van Long ligt binnen in het atrium van het museum. Het is wel voor iedereen zichtbaar vanuit de onderdoorgang. Het is een ronde cirkel van keien “die opgaan in de omgeving en tegelijkertijd scherp in contrast staan met de omgeving van schilderijen”, zegt Pacquement.
Elders in het museum ligt nog een werk van Long: een de rivier van rode stenen, in een hal waar op de muur namen zijn te vinden van eerdere donateurs. De anonieme familie van 12,5 miljoen zal daar niet tussen komen.
Lees ook:
Beelden om dwars doorheen te kijken: werk van Barbara Hepworth is deze zomer in Nederland te zien
Tijdens de vorige expositie in de beeldentuin van het Rijksmuseum waren beelden te zien van de Britse kunstenaar Barbara Hepworth. Ze staan dus goed in de tuinen van het Rijksmuseum, haar sculpturen waar vrijwel altijd een groot gat in zit, schreef recensent Joke de Wolf.