Tv-columnMaaike Bos
Plakshot: soms sterk knip- en plakwerk, maar het blijft niet altijd plakken
Plakshot (VPRO) kreeg weer een nieuw seizoen, maar hoe grappig is het? Roel Maalderink heeft zijn geinige parodieën en filmpjes, houdt zijn maffe rolletjes als straatinterviewer consequent vol. Ik zapte er weleens heen, maar zapte ook weer door, kreeg er niet de vinger achter. Terwijl ik toch net als hij fan ben van Koot en Bie, Jiskefet, Fawlty Towers. Nu is er een nieuw seizoen en verschenen er grote interviews met hem (en zijn broer Jos) in de VPRO-Gids en Trouw. Het was tijd zondag om weer eens met frisse blik te kijken.
Zijn situering is laagdrempelig: hij zit weer expres stuntelig in zijn huiskamer (zoals influencers), met notitieblok naast zich in plaats van autocue, en zijn nerdy broer Jos loopt er weer doorheen te mompelen. Meer dan ooit trouwens, want hij heeft een ontluikende cultheldstatus en zijn eigen rubriek.
Het eerste item ging over de veel te jonge flitsbezorgers (soms 13 jaar), ‘kubistische backpackers’ die vanuit een dark store binnen een paar minuten een zak chips moeten bezorgen. Hij maakte er een parodie op met een heel nieuw bedrijf: Flits Kidz. Met Willemijn uit groep 5 (8 jaar) in roze helm gaat hij een dagje mee. Inwerktijd voor ‘de nieuwe generatie’.
Nee… belt-ie zo echt bij mensen aan? Ja, dat doet-ie. “Dit is ons nieuwe talent”, zegt Roel. “Elke bestelling is maximaal vijftien minuten. En kratten bier tillen ze met hun tweeën”, stelt hij de mensen ‘gerust’.
‘Het is kinderarbeid’
Hoe langer hij het volhoudt, hoe grappiger het wordt. “Ik vind het niet kunnen”, zegt een vrouw. “Het is kinderarbeid”. “Nee, het zijn zzp’ers”, zegt hij als de gewoonste zaak van de wereld. “Het is een werk-leer-ervaringsplek voor 24 uur per week à € 2,50 per uur. Een win-win-situatie: die kids hebben werk, en wij hebben kidz. Tot morgenochtend half zeven!”, zegt hij tegen het meisje. Zij lief: “Daaag.”
Die voel je wel. Uitbuiting door kerels met gladde marketingpraatjes. Belachelijke bodemprijzen voor een dienst die een absurde luiheid faciliteert: dat mensen niet van hun bank af komen om een blikje cola bij de (avond-)winkel te halen. Gelaagde kritiek verpakt in een simpel concept.
Nu verwacht je wat korte sketches om het tempo weer terug te brengen, maar nee, er volgt een wat vergezocht item over gedoe op de voetbalvelden waarbij het publiek mantra’s zingt en mediteert. Och. Ik wacht het even af, luister naar cijfers over de bioindustrie en schiet weer rechtop bij de voxpopjes . Die doet-ie altijd leuk.
Hij vraagt mensen wat ze van vlees eten vinden. “Lekker. Zonder vlees niet gegeten. We moeten allemaal eten, hè. Wat een klagerige zeurmaatschappij; zo zijn wij niet”, zeggen mensen bijna strijdbaar. Een enkeling zegt dat het best wat minder mag.
Zegt Roel vervolgens tegen de grootste carnivoor: “Even wat anders, hè. Wist u dat er in de buurt een man is die dieren vermoordt? Hij dient ze koolzuurgas toe, elektrische schokken, hangt ze op. Schiet een pin door hun hoofd.” De man: “Nee! Dat is niet menselijk.” Een ander: “Die pin, moet-ie lekker op zichzelf uitproberen. Die man moet eigenlijk niet meer loslopen.”
Ze moeten zichzelf eens zien. Uiteindelijk zullen ze wel aan de slager denken, en inzien hoe inconsequent ze zijn. En uiteindelijk zien wij hoe inconsequent wíj zijn. Wanneer het schuurt, is de kameleontische Roel Maalderink op zijn best.
Vijf keer per week schrijven Maaike Bos en Renate van der Bas columns over televisie.