Klassiek & zoPeter van der Lint
Ouderdom komt met gebreken? Nou nee, voor de 94-jarige maestro Herbert Blomstedt geldt dat beslist niet
Het is natuurlijk de goden verzoeken. En bovendien tamelijk bizar om het concert waarmee het Concertgebouw het nieuwe seizoen dinsdag opende meteen maar uit te roepen tot hét concert van dit nog prille culturele jaar. Toch was dat wat er – op een enkele dissonant na – gebeurde in kranten en op sociale media. De 94-jarige maestro Herbert Blomstedt leidde de Wiener Philharmoniker zonder tierlantijnen door symfonieën van Schubert en Bruckner, en het resultaat was niet minder dan verbluffend. Hadden we deze overbekende symfonieën, de Unvollendete en de Romantische ooit zó gehoord?
Laat ik in plaats van een antwoord op die vraag deze alinea met een andere vraag beginnen. Ouderdom komt met gebreken? Nou nee! Toegegeven, Blomstedt gaat niet meer de grote trap van het Concertgebouw op en af, maar komt via de zijkant op. Zijn bewegingen zijn wat strammer dan vroeger, en je houdt je hart vast dat hij bij het afstappen van de bok geen misstap maakt en tussen de celli neervalt. Dat overkwam zijn gewaardeerde collega Bernard Haitink immers drie jaar geleden in dezelfde zaal. Haitink was toen 89 jaar en besloot een jaar later de baton definitief aan de wilgen te hangen.
Niets wijst er op dat Blomstedt ook maar enige plannen in dezelfde richting heeft. Hij heeft niet eens een baton. Althans, dinsdagavond niet. Toen dirigeerde hij met zijn blote handen. Het was een concert zonder pauze (dat mag nog niet corona-technisch gezien), en dus stond Blomstedt ruim anderhalf uur achter elkaar op de bok. Hij ging alleen tussen de twee symfonieën in eventjes af. Op de bok stond geen kruk waar hij even op kon rusten. Hij kwam op zonder stok, zoals Haitink bij zijn laatste concerten wel altijd deed, en hij dirigeerde de twee symfonieën helemaal uit het hoofd. Schubert en Bruckner zaten dus nog helemaal in dat geheugen van Blomstedt. Je vraagt je af hoeveel noten daar inmiddels niet rondtollen.
Het was zoals gezegd fenomenaal. Blomstedt maakte op een volstrekt organische manier structuren duidelijk en liet overgangen ongelofelijk natuurlijk klinken. Alle overtolligheid in gebaar is weg, de serene kern is overgebleven. De combinatie met het Weense orkest, waarin overigens slechts zeven vrouwen, deed de rest. Een grote falanx aan strijkers zorgde voor fantastische klankgolven in Bruckner. En die hoorns! Een milde muur van geluid. Een legendarische avond, niets minder.
Viotti en Beckand bij Jinek, dat leverde waarlijk tenenkrommende televisie op
Blomstedt. Mentaal en fysiek fit, op een leeftijd die Schubert en Bruckner bij elkaar opgeteld maar net overschreden. Schubert werd slechts 31 jaar. Even oud dus als Lorenzo Viotti nu, de nieuwe chef-dirigent van De Nationale Opera en het Nederlands Philharmonisch Orkest. Als hij net zo gezond en fit blijft als Blomstedt – en gezien Viotti’s levensstijl en de torsofoto’s in de Men’s Health is dat wel in orde – dan heeft hij minimaal dus nog 63 jaar op de bok te gaan.
Viotti schoof deze week aan bij Jinek, en werd daar geconfronteerd met Tijl Beckand, aangekondigd als ‘de ambassadeur van de klassieke muziek in Nederland’. Toe maar! Hij gaat Beethovens Negende symfonie dirigeren, ondanks het feit dat hij geen noot kan lezen. Het leverde waarlijk tenenkrommende televisie op. Kennelijk dacht het programma dat met alleen een klassieke dirigent aan tafel de kijkers snel zouden wegzappen. De redactie had zich niet goed ingelezen, want Viotti heeft interessante visies genoeg om zo’n hele show te vullen. Of koppel hem aan Blomstedt. Dat zou pas geweldige televisie zijn geweest, weg van alle ongemakkelijke ijdelheid. IJdele hoop helaas.
Peter van der Lint schrijft iedere week met aanstekelijk enthousiasme over de wereld van de klassieke muziek. Lees zijn columns hier terug.