null

FilmrecensieAt The Bowl '68

Nog één keer op de eerste rij bij The Doors

Beeld Henry Diltz

Een scheurende gitaar. Een spookachtige sound. En zanger Jim Morrison die over het podium sluipt als een wild dier. Een live concert van The Doors zit er niet meer in, maar een concertfilm biedt soelaas.

Frank Hettinga

Het is een frequent gestelde vraag onder muziekliefhebbers: welke artiest had je graag live willen zien in zijn hoogtijdagen? Elvis, hoor je dan. Of Jimi Hendrix. Maar Janis Joplin dan? En Prince? Nee, The Beatles natuurlijk. Sommigen zullen uitkomen bij The Doors. Nog een keer frontman Jim Morrison zien brullen en kronkelen over het podium. En dan smeken om Light My Fire.

De psychedelische hippiebluesrock van The Doors was de soundtrack van het protest tegen de Vietnamoorlog. De band verkocht meer dan honderd miljoen albums. Maar ze nog een keer live zien, zoals wél kan bij Fleetwood Mac? Jim Morrison behoort tot de ‘27 club’ van artiesten die op die jonge leeftijd overleden. Ook toetsenist Ray Manzarek leeft niet meer.

Je komt het dichtstbij door op 4 of 7 november naar de bioscoop te gaan. Dan is een concert te zien uit de zomer van 1968. De band is op zijn hoogtepunt en staat in het fameuze amfitheater The Hollywood Bowl in Los Angeles. Ze hebben net hun derde album Waiting for the Sun uitgebracht, de single Hello, I Love You staat op één in de Verenigde Staten.

Twee respectabele oude mannen

Het optreden Live At The Bowl wordt gezien als het beste dat ooit van The Doors op film is vastgelegd. Hun geluidstechnicus heeft de sound van een remaster voorzien. Volgens Doors-gitarist Robby Krieger, 75 jaar oud, heeft hij pure magie verricht, die ‘iedereen het gevoel [zal] geven dat ze op de eerste rij in The Hollywood Bowl zitten’.

Maar voor we de beelden van Live At The Bowl te zien krijgen, brengt drummer John Densmore een bezoekje aan Kriegers studio om het vijftigjarige jubileum van het befaamde album L.A. Woman te vieren. Ze zijn veranderd in respectabele oude mannen.

Samen met twee gastmuzikanten spelen ze nog eens Riders on the Storm en L.A. Woman. De film kan prima zonder, al is het misschien relevant om vast te stellen hoe onvervangbaar Morrison en ook toetsenist Manzarek waren.

Want als het concert opent met When The Music’s OverLadies and gentlemen, here are The Doors! – springen vooral Manzareks zo herkenbare fratsen op de toetsen in het oog. Als toetsenist die ook de baslijnen speelde, bepaalde hij grotendeels de sound. Rollend. Hypnotiserend. Spookachtig bij tijd en wijle. En een rockband zonder basgitaar, dat was vrij uniek in die tijd.

Morrison bespringt de microfoon en gilt en brult

Dan verschijnt ook Morrison, wat weifelend sluipt hij in zijn bruine leren broek het podium op. Als het intro van het nummer zijn hoogtepunt bereikt, bespringt de zanger de microfoon en gilt en brult het uit, op de slagen van de drummer en een scheurende gitaar die klinkt als een laag overkomend vliegtuig. Morrison sluit zijn ogen.

null Beeld Henry Diltz
Beeld Henry Diltz

Aanvankelijk was hij erg verlegen, tijdens de eerste shows van de band stond hij met zijn rug naar het publiek. De zanger tilde The Doors op – Girl, we couldn’t get much higher – met zijn charisma, zijn introversie én uitspattingen, zijn onnavolgbare teksten. Trouwens, voor de een klinken ze als een betekenisloze janboel, voor de ander zijn ze hoog poëtisch.

De rest van de band keek vaak lijdzaam toe wat hij allemaal improviserend uitkraamde en uitspookte op het podium. In 1969 in Miami zou hij de inhoud van zijn leren broek hebben getoond, wat hem een veroordeling wegens onzedelijk gedrag opleverde. 39 jaar later kreeg hij postuum gratie, omdat er twijfel bleef bestaan over het bewijs.

Toch luidde deze kwestie Morrisons ondergang in. Hij vluchtte naar Parijs. Daar hoopte hij zich een tijd af te sluiten van The Doors, hij wilde zich toeleggen op het schrijven van gedichten. Tot zijn vrouw Pamela hem dood aantrof in de badkuip van hun appartement, vermoedelijk overleden aan de gevolgen van drugsgebruik.

De donkere zijde van de Summer of Love

Zie hem in The Bowl onschuldig glimlachen. Sssst, fluistert hij, alsof hij Marilyn Monroe is. Het publiek lacht terug als het nummer stilvalt, zij het wat voorzichtig, de toeschouwers zijn op hun hoede. En terecht. Morrison is een ongeleid projectiel, een wild dier dat ineens een rare sprong kan maken. Plotseling laat hij een boer in de microfoon, om dan weer ijselijke kreten uit te slaan.

Hij schreeuwt het uit: We want the world and we want it now!

null Beeld Henry Diltz
Beeld Henry Diltz

Even daarvoor nog zong hij ook over our fair sister. Hoe ze is vernederd, neergestoken, meegesleurd. Het is onheilspellend. Het is gevaarlijk. Het is 5 juli 1968, de Summer of Love is in volle gang. Je zou The Doors kunnen zien als de donkere zijde ervan.

Het publiek, smekend om Light My Fire, krijgt precies wat het wil. En dan volgt ook nog de sinistere afsluiter The End, bijna achttien minuten lang. Alleen die twee nummers al zijn het bioscoopbezoek meer dan waard. The Doors hebben geen documentaire of talking heads nodig, live is wat telt.

The Doors: Live At The Bowl ’68 Special Edition is te zien op 4 en 7 november in de bioscoop.

Lees ook:

The Velvet Underground heeft nu een documentaire die zo origineel is als de band zelf

Over de Beatles en de Stones zijn talloze documentaires gemaakt. Tijd om ook eens aandacht te besteden aan die andere sixties-sensatie The Velvet Underground. Een interview met de Amerikaanse regisseur Todd Haynes die de uitdaging aanging.

Wilt u iets delen met Trouw?

Tip hier onze journalisten

Op alle verhalen van Trouw rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@trouw.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden