Willem Claesz. Heda
Nederlands ‘ontbijtje’ uit de zeventiende eeuw ontdekt in Australië
In Australië is een zeventiende-eeuws ontbijtstilleven gevonden van Willem Heda en zijn zoon Gerrit. Een mooie vondst voor het continent, dat niet veel Hollandse oude meesters heeft.
Een weelderig gedekte tafel, met mooi servies en chique spijzen. Dit zeventiende-eeuwse stilleven roept een beeld op van luxe, maar pepert de kijker ook een boodschap van vergankelijkheid in: de schalen zijn bijna leeg, het kleed verkreukeld, het glas omgevallen.
Het olieverfschilderij werd onlangs ontdekt op een landgoed in de Australische deelstaat New South Wales, zo meldt de Britse krant The Guardian. Volgens sommige experts was het kunstwerk mogelijk een samenwerking tussen de zeventiende-eeuwse schilder Gerrit Willemz Heda en zijn vader Willem Claesz. De waarde wordt op een paar miljoen euro geschat.
Vermoedelijk bracht een rijke negentiende-eeuwse Australische zakenman het schilderij op het landgoed - zeventiende-eeuwse schilderijen golden ook toen als een goede investering. Voor Australië is het een bijzondere vondst, want veel Hollandse oude meesters zijn er niet op het continent. Volgens Rebecca Pinchin, de collectiemanager van het landgoed, is het kunstwerk jarenlang onderzocht en gerestaureerd. De ontdekking van de handtekening van de Heda’s voelde als ‘een kans van één op een miljoen’.
Minder opgewonden
Nederlandse specialisten zijn iets minder opgewonden over de vondst. Volgens kunsthandelaar Willem Jan Hoogsteder, gespecialiseerd in Hollandse en Vlaamse meesters, was Gerrit Heda “een beduidend minder goede schilder” dan zijn vader. Schilderijen als dit duiken wel eens vaker op kunstmarkten op.
Ook Fred Meijer, die geldt als dé kenner van zeventiende stillevens, vindt het schilderij “op wereldschaal niet heel bijzonder, maar voor Australië wél, daar zijn de collecties niet zo geweldig.” De ‘ontbijtjes’ waren heel populair bij zeventiende-eeuwse schilders als Pieter Claesz en Willem Claesz Heda, die er hun technisch vernuft demonstreerden in de verbeelding van duur damast en glaswerk.
Als er inderdaad twee handtekeningen op het schilderij staan, dan is het misschien een soort debuut van zoon Gerrit geweest, zegt Meijer – met hulp van vader Willem. “Gerrit Willemsz Heda geldt in grote lijnen als een imitator van zijn vader, maar wel op heel hoog niveau. Zijn oeuvre is klein omdat hij jong gestorven is. Als hij langer geleefd had was hij waarschijnlijk een betere schilder geworden.”
Lees ook:
Het Mauritshuis bestaat 200 jaar en zet de bloemetjes van vrouwelijke schilders buiten
Vrouwelijke schilders waren in de zeventiende eeuw een zeldzaamheid. Maar ze bestonden wel degelijk, toont het Mauritshuis. En ze excelleerden in één genre: bloemstillevens.